1.3.Le heeft op basis van dossierstudie, de bij de aanvraag aangeleverde medische informatie en de al aanwezige informatie van de vorige aanvragen in 2016 en 2017 geconcludeerd dat geen sprake is van een stabiele eindsituatie. De adviseur heeft aangegeven dat eiser bekend is met PDD-NOS, middelenmisbruik en beperkte intellectuele vermogens. Er is sprake van psychiatrie en de in 2017 vastgestelde grondslag verstandelijke handicap blijft van toepassing. Bij de eerdere advisering is vastgesteld dat er onvoldoende onderbouwing was om de blijvendheid van de zorgbehoefte vast te stellen. Op basis van de bij onderhavige aanvraag aangeleverde gegevens is er opnieuw onvoldoende onderbouwing om vast te stellen dat sprake is van een stabiele eindsituatie. Het is onvoldoende inzichtelijk welke behandeling is doorlopen en wat de behaalde resultaten zijn geweest. Het is onduidelijk of de verslavingsproblematiek daadwerkelijk volledig in remissie is. Uit de aangeleverde informatie blijkt niet dat eiser niet meer leerbaar is en wat de prognose is. Er wordt gesproken over het inzetten van autisme begeleiding maar dit lijkt tot op heden nog niet te zijn gebeurd, aldus de medisch adviseur.
2. Bij het primaire besluit heeft verweerder de aanvraag van eiser afgewezen omdat geen sprake is van een stabiele eindsituatie. Volgens verweerder kan begeleiding of behandeling gericht op autisme de beperkingen verminderen. Eiser komt mogelijk in aanmerking voor zorg vanuit een andere wet, bijvoorbeeld de Zorgverzekeringswet of de Wmo 2015.
3. Eiser heeft tegen de afwijzing bezwaar gemaakt en samengevat aangegeven dat hij op alle gebieden blijvend ondersteuning nodig heeft vanwege zijn verstandelijke beperking, gedragsproblemen, ASS, communicatieve beperkingen en het risico op terugval in alcohol en drugsgebruik. Eiser heeft daarbij (medische) informatie overgelegd.
4. Op 23 september 2019 heeft medisch adviseur drs. L. Cornelissen-Houben (Cornelissen-Houben) een medisch advies opgesteld. Cornelissen-Houben heeft na onderzoek, waarbij zij de in bezwaar overgelegde gegevens heeft bestudeerd, geconcludeerd dat het medisch advies van medisch adviseur Le nog altijd relevant en actueel is. Uit de in bezwaar ontvangen informatie zijn geen nieuwe medische feiten op te maken; niet gesteld kan worden dat eiser als uitbehandeld is te beschouwen. De informatie van gz-psycholoog Thoonen uit 2016 en van Yes we can clinics uit 2016 zijn al meegewogen in de adviezen van medisch adviseurs Le en Spitters (2017). De medisch adviseur beschrijft vervolgens de andere in bezwaar overgelegde medische informatie van de psychiater en de psycholoog verbonden aan Vincere van juli 2015, het jeugdreclasseringsplan van 5 februari 2018, het evaluatieplan Doors2open van februari 2019, gz-psycholoog Dautzenberg van 16 mei 2019 en psychiater J.A.J. Boermans (Boermans) van Koraal, polikliniek psychiatrie verstandelijk gehandicapten van 11 juli 2019. Volgens de medisch adviseur is niet op te maken dat de behandeling uitputtend is geweest; er zijn diverse malen initiatieven getoond tot starten van een behandeling, maar de behandeling is niet gestart of afgerond, onder andere vanwege onvoldoende motivatie, verslaving en/of gedragsproblematiek bij eiser. Gz-psycholoog Dautzenberg heeft in mei 2019 geadviseerd om in de thuissituatie ambulante begeleiding in te zetten, ter ondersteuning van de noodzakelijke behandeling c.q. het ondersteunen bij het toepassen van het aangeleerde tijdens de behandeling in de thuissituatie. Het is uiteraard niet mogelijk de psychiatrische problematiek en de verminderde intellectuele capaciteiten op te heffen maar wel is van een adequate behandeling vermindering van klachten te verwachten waardoor verbetering in het functioneren en zodoende afname in begeleidingsbehoefte is te verwachten. Niet uit te sluiten valt dat eiser levenslang is aangewezen op enige vorm van begeleiding door de combinatie van de psychiatrische problematiek en de verminderde intellectuele capaciteiten. Er kan volgens Cornelissen-Houben echter niet met zekerheid gesteld worden dat eiser levenslang is aangewezen op 24 uurs zorg in de nabijheid.
5. Het bestreden besluit berust op verweerders standpunt dat eiser de grondslag verstandelijk gehandicapt heeft maar dat geen sprake is van een blijvende behoefte aan permanent toezicht en/of 24 uur per dag zorg in de nabijheid, omdat er nog mogelijkheden zijn voor (functionele) verbetering/herstel/ontwikkeling. In het Jeugdreclasseringsplan van
5 februari 2018 wordt gemeld dat het toekomstperspectief een stuk verbeterd is, omdat eiser geen alcohol of drugs meer gebruikt. Eiser zou actueel abstinent zijn van alcohol en drugs volgens informatie van eisers moeder en ook kan nog niet uitgesloten worden dat met behandeling en individuele begeleiding zijn functioneren kan verbeteren. De mogelijkheid dat eiser met ambulante begeleiding zelfstandig kan wonen kan niet uitgesloten worden.
Verweerder heeft verder vermeld dat eiser psychiatrische problematiek heeft maar deze valt niet onder de aandoeningen die toegang geven tot de Wlz. Verweerder heeft voorts vermeld dat gezien de leeftijd van eiser hij mogelijk in aanmerking kan komen voor opname in een LVG (licht verstandelijk gehandicapt)-instelling met een maximale duur van drie jaar.
6. Eiser heeft in beroep samengevat aangevoerd dat gebleken is dat als hij geen voortdurend toezicht en begeleiding heeft er situaties van ernstig nadeel als bedoeld in de Wlz zich voordoen en ook hebben voorgedaan. Dankzij intensieve begeleiding van Jupiter Zorg en eisers moeder is eiser al enige tijd clean, maar hij blijft zeer kwetsbaar. Het is onduidelijk waar verweerder zijn standpunt, dat door behandeling en begeleiding verbetering nog mogelijk is, op baseert. De medische gegevens bieden daar geen aanknopingspunten voor; eiser is (zeer) weinig leerbaar (gz-psycholoog Thoonen, augustus 2016). Hij zoekt al jaren hulp en wordt verwezen naar allerlei instanties maar krijgt steeds te horen dat ze hem niet verder kunnen helpen danwel dat de behandeling niet geschikt is voor hem. Ook is niet duidelijk waar verweerder op baseert dat er geen prognose is; eiser heeft vele behandelaars en instellingen gezien en wordt voortdurend doorgeschoven. Duidelijk is dat zijn zwakbegaafdheid en zijn psychiatrische problematiek, pdd-nos een belangrijke rol spelen en vooral ook wel duidelijk maken wat er aan de hand is en om die reden diverse onderzochte behandelingen niet mogelijk zijn. De indruk wordt gewekt dat het niet doorgaan van danwel stoppen met behandelingen te wijten is aan het ontbreken van motivatie bij eiser maar heeft alles te maken met zijn zwakbegaafdheid en de pdd-nos. Hij is snel overvraagd, beïnvloedbaar, kan geen beslissingen nemen. Eiser heeft verwezen naar de bevindingen van gz-psycholoog Dautzenberg uit oktober 2018. Duidelijk is dat eiser niet behandeld kan worden in een groepsgerichte setting maar een individuele behandeling in een vertrouwde omgeving werkt wel.
7. De rechtbank komt tot de volgende beoordeling.
8. Ingevolge artikel 3.2.1, eerste lid, van de Wlz heeft een verzekerde recht op zorg die op zijn behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden is afgestemd voor zover hij naar aard, inhoud en omvang en uit een oogpunt van doelmatige zorgverlening redelijkerwijs op die zorg is aangewezen omdat hij, vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap een blijvende behoefte heeft aan:
a. permanent toezicht ter voorkoming van escalatie of ernstig nadeel voor de verzekerde, of
b. 24 uur per dag zorg in de nabijheid, omdat hij zelf niet in staat is om op relevante momenten hulp in te roepen en hij, om ernstig nadeel voor hem zelf te voorkomen,
1◦ door fysieke problemen voortdurend begeleiding, verpleging of overname van zelfzorg nodig heeft, of
2◦ door zware regieproblemen voortdurend begeleiding of overname van taken nodig heeft.
In artikel 3.2.1, tweede lid, aanhef en onder a, van de Wlz is bepaald dat in het eerste lid onder blijvend wordt verstaan: van niet voorbijgaande aard.
9. De rechtbank stelt vast dat de periode in geding loopt van 7 maart 2019 (datum aanvraag) tot en met 21 november 2019 (datum bestreden besluit).
10. Verweerder heeft het bestreden besluit gebaseerd op het advies van de medisch adviseur. Een advies van een medisch adviseur is een deskundigenadvies. Het bestuursorgaan mag, indien een zodanig advies op onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze is opgesteld, bij de besluitvorming in beginsel van het advies uitgaan, tenzij er concrete aanknopingspunten bestaan voor twijfel aan de juistheid of volledigheid daarvan (zie de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) van 16 september 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:3266). 11. Niet in geschil is dat bij eiser sprake is van de grondslag verstandelijk gehandicapt. Eiser heeft beperkingen in de sociale redzaamheid en psychisch functioneren als gevolg van de verstandelijke beperking en het autisme. Hij heeft begeleiding nodig bij het aanbrengen van dagstructuur, bij het oplossen van problemen, bij het nemen van beslissingen en bij de administratie en geldbeheer. Daarnaast is enige aansturing nodig bij de persoonlijke verzorging.
12. Het geschil spitst zich toe op de vraag of eiser een blijvende behoefte heeft aan permanent toezicht danwel 24 uur per dag zorg in de nabijheid.
13. Volgens informatie van Vincere uit 2015 is een behandeling binnen een dubbeldiagnose kliniek een meer passende indicatie voor eiser. Uit de informatie van psychiater Boermans van Koraal van juli 2019 blijkt dat in 2015 een klinische opname voor detoxificatie is geweest, dat ontslag na drie weken volgde vanwege fysieke agressie en dat een heropname mogelijk was na enkele weken maar dat eiser er niet achter stond. Verder blijkt uit de informatie van Boermans dat eiser in januari 2016 door een kinder- en jeugdpsychiater verbonden aan Mondriaan is aangemeld bij de polikliniek Gastenhof te Sittard voor begeleiding vanwege de PDD-NOS en zwakbegaafdheid. Bij het eerste intakegesprek in april 2016 bleek dat weer sprake was van alcohol en cannabisgebruik en liep een rechtszaak waarbij de rechter als voorwaarde had opgelegd een behandeling voor het middelengebruik in plaats van detentie. Eisers voorkeur had een ambulante behandeling bij Mondriaan met ondersteuning van Gastenhof. Vanwege een escalatie thuis in augustus 2016 is gezocht naar een andere woonplek. Er is een intake gepland bij Yes We Can Clinics. Eiser is aangemeld voor Pension Jekerzicht, een instelling die jongeren op een gangbare manier in de samenleving wil laten participeren en resocialiseren in de maatschappij, maar hij verscheen niet bij de intake aldaar in augustus 2016. Boermans heeft verder beschreven dat er nadien geen poliklinische contacten meer waren en dat het dossier in mei 2017 is gesloten. Boermans heeft voorts vermeld dat bij Koraal een aantal inventariserende gesprekken is geweest waardoor er nog geen diagnostisch traject gestart kon worden en destijds geen uitspraken gedaan konden worden inzake de uiteindelijke diagnostische bevindingen.
Verder staat in het Jeugdreclasseringsplan uit 2018 dat het toekomstperspectief een stuk verbeterd als eiser geen drank of drugs gebruikt en dat een gemiddeld recidive risico is.
Gz-psycholoog Dautzenberg heeft in mei 2019 geadviseerd om in de thuissituatie ambulante begeleiding in te zetten, ter ondersteuning van de noodzakelijke behandeling c.q. het ondersteunen bij het toepassen van het aangeleerde tijdens de behandeling in de thuissituatie.
14. Uit de medische informatie blijkt dat er diverse behandeltrajecten zijn gestart maar niet zijn doorgezet omdat sprake was van bijkomende problematiek en eiser niet verscheen op een intake-gesprek. Uit de informatie van Boermans en Dautzenberg blijkt naar het oordeel van de rechtbank dat er wel behandelmogelijkheden waren. Niet gebleken is dat de voorgestelde behandelingen niet geschikt zouden zijn en dat eiser niet leerbaar is. De stelling ter zitting dat een dubbeldiagnose kliniek niet haalbaar is, blijkt niet uit de ter beschikking staande medische informatie. Dat volgens een mondelinge mededeling van Jekerzicht eiser niet met andere aanwezige kinderen behandeld kan worden, zoals ter zitting is gesteld, is niet met schriftelijke gegevens onderbouwd.
15. Van concrete aanknopingspunten voor twijfel aan de juistheid van het advies van Cornelissen-Houben is de rechtbank niet gebleken. Eiser heeft in beroep geen nieuwe medische informatie overgelegd. De rechtbank is van oordeel dat Cornelissen-Houben op basis van de ter beschikking staande medische informatie heeft kunnen concluderen dat eiser nog niet als uitbehandeld is te beschouwen en dat nog niet met zekerheid gesteld kan worden dat sprake is van een blijvende behoefte aan permanent toezicht en/of 24 uur per dag zorg in de nabijheid.
16. Gelet op het voorgaande heeft verweerder terecht de aanvraag van eiser om een indicatie voor zorg op grond van de Wlz afgewezen.
17. Het beroep is ongegrond.
18. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.