In deze beschikking van de Rechtbank Limburg, uitgesproken op 3 september 2021, wordt de echtscheiding tussen de moeder en de vader uitgesproken. Partijen zijn op 11 oktober 2013 in Maastricht getrouwd en hebben twee minderjarige kinderen. De rechtbank constateert dat het huwelijk duurzaam is ontwricht en dat er geen ouderschapsplan is overgelegd. De rechtbank spreekt de hoop uit dat de ouders hun onderlinge verhouding na de echtscheiding zullen verbeteren in het belang van de kinderen.
De moeder verzoekt om de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij haar te bepalen, wat de vader ondersteunt. De rechtbank wijst dit verzoek toe, omdat er geen redenen zijn om aan te nemen dat dit niet in het belang van de kinderen is. Daarnaast vraagt de vader om een zorgregeling, maar de moeder is het hier niet mee eens. De rechtbank stelt een zorgregeling vast die de kinderen in staat stelt om contact te hebben met beide ouders, met als doel rust en regelmaat te creëren.
Wat betreft de kinderbijdrage verzoekt de moeder een bedrag van € 100,00 per maand per kind, terwijl de vader dit op € 25,00 per maand per kind wil vaststellen. De rechtbank oordeelt dat de vader onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor zijn financiële situatie en bepaalt dat hij € 100,00 per maand per kind moet betalen. De rechtbank besluit dat elke partij de eigen proceskosten draagt en wijst het meer of anders verzochte af.