ECLI:NL:RBLIM:2021:9072

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
23 augustus 2021
Publicatiedatum
2 december 2021
Zaaknummer
9325597 EZ VERZ 21-146
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vereffening van een nalatenschap en vaststelling van het vereffenaarsloon

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 23 augustus 2021 een beschikking gegeven inzake de vereffening van de nalatenschap van de erflater. De verzoekers, in hun hoedanigheid van vereffenaar, hebben een verzoekschrift ingediend waarin zij onder andere vroegen om het loon van de vereffenaar vast te stellen op € 9.127,71 inclusief BTW en de vereffeningskosten op € 12.750,79. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekers benoemd zijn tot vereffenaar van de nalatenschap bij beschikking van 7 augustus 2018. De rechtbank heeft de verzoeken A t/m D ingewilligd, met uitzondering van de door verzoekers in rekening gebrachte kantoorkosten van 4%, die zijn afgewezen omdat deze kosten geen looncomponent zijn. De kantonrechter heeft het salaris van de vereffenaar vastgesteld op € 9.455,86 inclusief BTW, en het totaal aan vereffeningskosten op € 12.713,83. Tevens is de opheffing van de vereffening van de nalatenschap bevolen en is de aanwijzing gegeven om het resterende batig saldo van € 1.121,98 te verdelen volgens de wettelijke rangregeling. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Burgerlijk recht / Kantonrechter
Zaaknr: 9325597 EZ VERZ 21-146
Beschikking van 23 augustus 2021
inzake
[verzoeker sub 1] en [verzoekster sub 2] ,
kantoor houdend te [vestigingsplaats] ,
verzoekers, in hun hoedanigheid van vereffenaar van de nalatenschap van
[erflater] ,
gemachtigde mr. J. van der Wende.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Op 7 juli 2021 is een verzoekschrift met bijlagen ter griffie van deze rechtbank ontvangen.
1.2.
Vervolgens is beschikking bepaald waarvan de uitspraak is gesteld op heden.

2.De beoordeling

2.1.
Uit de processtukken blijkt het volgende:
- op [overlijdensdatum] is te [overlijdensplaats] [erflater] (verder te noemen: de erflater) laatstelijk wonend te [woonplaats] , overleden
- bij beschikking van deze rechtbank van 7 augustus 2018 zijn verzoekers tot vereffenaar van de nalatenschap van de erflater benoemd.
2.2.
Verzoekers vragen:
het loon van de vereffenaar vast te stellen op € 9.127,71 inclusief BTW, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag,
de vereffeningskosten vast te stellen op € 12.750,79 bestaande uit € 9.127,71 aan loon en € 3.257,97 aan kosten, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag
de opheffing van de vereffening van de nalatenschap van de erflater te bevelen
te bevelen dat de opheffing van de vereffening uitsluitend (kosteloos) dient te worden gepubliceerd in de digitale Staatscourant
te bevelen dat het aan de indiening van dit verzoekschrift verbonden griffierecht ten laste komt van de Staat.
2.3.
De verzoeken A t/m D kunnen worden ingewilligd met dien verstande dat de kantonrechter het salaris van verzoekers en hun kantoorgenoten, inclusief twee uur voor de afwikkeling van de vereffening, vanaf 7 augustus 2018 tot en met heden overeenkomstig het Recofa-tarief zal vaststellen op € 9.455,86 inclusief btw waarmee het totaal aan vereffeningskosten, inclusief de reeds betaalde ad 3.257,97, zal worden vastgesteld op
€ 12.713,83. De door verzoekers in rekening gebrachte kantoorkosten van 4% zullen worden afgewezen aangezien deze kosten geen looncomponent zijn. Het onder E verzochte behoeft geen verdere beoordeling aangezien er voor het onderwerpelijke verzoekschrift geen griffierecht is geheven. Om proceseconomische redenen heeft geen mondelinge behandeling van het verzoekschrift plaatsgevonden.
2.4.
De kantonrechter geeft verzoekers de aanwijzing om het restant aan batig saldo van
€ 1.121,98 (zijnde activa van € 13.835,81 minus de reeds betaalde vereffeningskosten van
€ 3.257,97 en het nog te betalen vereffenaarsloon van € 9.455,86 inclusief btw) overeenkomstig de bij de wet bepaalde rangreling te verdelen.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
beveelt de opheffing van de vereffening van de nalatenschap van
[erflater] ,
3.2.
stelt het vereffenaarsloon van verzoekers en hun kantoorgenoten vast op € 9.455,86 inclusief btw,
3.3.
stelt het totaal aan vereffeningskosten vast op € 12.713,83,
3.4.
gelast verzoekers, in hun hoedanigheid van vereffenaar van voormelde nalatenschap, om de opheffing van deze vereffening bekend te maken in de kosteloze (digitale) Nederlandse Staatscourant,
3.5.
geeft verzoekers de aanwijzing om het resterende batig saldo van € 1.121,98 overeenkomstig de bij wet bepaalde rangregeling te verdelen,
3.6.
gelast de griffier om deze beschikking in het boedelregister in te schrijven,
3.7.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.P.J. Quaedackers, kantonrechter, en is in het aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken.
YT