In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 28 januari 2021 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een last onder dwangsom. Verzoeker, eigenaar van een perceel in Valkenburg aan de Geul, had een schutting gerealiseerd op grond die toebehoort aan een derde-partij, Waterschap Limburg. De gemeente had een bouwstop opgelegd, maar verzoeker had de schutting desondanks afgebouwd. Het primair besluit van de gemeente, waarin verzoeker werd opgedragen de schutting te verwijderen, werd door de voorzieningenrechter geschorst. De voorzieningenrechter oordeelde dat het onduidelijk was of legalisatie van de schutting mogelijk was, vooral omdat de schutting al meer dan een halfjaar zonder problemen stond en de hoorzitting in bezwaar binnen afzienbare tijd zou plaatsvinden. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en het primair besluit geschorst tot zes weken na de bekendmaking van de beslissing op bezwaar. Tevens werd de eerder opgelegde schorsing opgeheven en werd verweerder opgedragen het griffierecht aan verzoeker te vergoeden. De uitspraak heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank niet in een eventueel bodemgeding.