Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
Feit 3:op 12 maart 2019 te Schinveld opzettelijk aanwezig heeft gehad meer dan 30 gram hasjiesj en hennep.
3.De beoordeling van het bewijs
Het EOB dient voor het verkrijgen van bewijsmiddelen in een lopend onderzoek van het
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf en/of de maatregel
7.Het beslag
8.De wettelijke voorschriften
9.De vordering tot herroeping v.i.
- 23-006379-05 (6 maanden),
- 20-002655-08 (10 jaar en 2 maanden),
- 03-704019-07 (4 jaar).
mogelijksprake zou kunnen zijn van overgangsrecht waardoor de berekening van de v.i. mogelijkerwijs niet correct was. Daarvan is echter niet gebleken. Bij het oordeel over de vraag of het onderzoek zo spoedig heeft plaatsgevonden heeft de politierechter ook deze omstandigheden meegewogen.
10.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte voor de feiten tot een
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
gedeeltelijke herroeping van de voorwaardelijk invrijheidsstellingmet een strafrestant van 1784 dagen,
voor de duur van 364 dagen.
hij op of omstreeks 12 maart 2019 te Schinveld, gemeente Beekdaelen ,
- een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een
pistool van de Duitse wapenfabrikant Rohm, model Derringer, kaliber .38 (Special)
zijnde een vuurwapen in de vorm van een pistool
en/of
- munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten twee
kogelpatronen kaliber .38 (Special)
voorhanden heeft gehad;
De in deze tenlastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
2
hij op of omstreeks 12 maart 2019 te Schinveld, gemeente Beekdaelen ,
een wapen van categorie II, onder 5 van de Wet wapens en munitie, te
weten een paralizer/stroomstootwapen, zijnde een voorwerp waarmee door een
elektrische stroomstoot personen weerloos konden worden gemaakt of pijn kon
worden toegebracht voorhanden heeft gehad;
De in deze tenlastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
3
hij op of omstreeks 12 maart 2019 te Schinveld, gemeente Beekdaelen ,
opzettelijk aanwezig heeft gehad
- ongeveer 13,5 gram van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en
plantaardige elementen van hennep (hasjiesj), waaraan geen andere
substanties waren toegevoegd en/of
- ongeveer (28,2 + 282,4 + 8 + 12,8 = ) 331,4 gram hennep
in elk geval een hoeveelheid van (in totaal) meer dan 30 gram hasjiesj en/of hennep,
zijnde hasjiesj en/of hennep (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet
behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die
wet;
( art 11 lid 2 Opiumwet, art 3 ahf/ond C Opiumwet )