Wat vindt de rechtbank?
7. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft beslist dat eiser op de datum in geding voor 24,99% arbeidsongeschikt is en dus geen recht heeft op een WIA-uitkering. De rechtbank zal dat hierna uitleggen.
8. Het UWV mag besluiten over iemands arbeidsongeschiktheid baseren op rapporten van (verzekerings-)artsen. Deze rapporten moeten dan wel aan een aantal voorwaarden voldoen: zij moeten op zorgvuldige wijze tot stand zijn gekomen, ze mogen geen tegenstrijdigheden bevatten en de rapporten moeten begrijpelijk zijn. Het is aan eiser om aannemelijk te maken dat de rapporten die over hem zijn opgesteld niet aan deze voorwaarden voldoen.
De voorwaarden waaraan de rapporten moeten voldoen
9. De arts heeft het dossier en de daarin aanwezige medische informatie over eiser bestudeerd. Hij heeft eiser tijdens het spreekuur telefonisch gesproken. Hij beschrijft (onder andere) de klachten van eiser, het dagverhaal, de diagnose en de prognose. De arts heeft aangenomen dat eiser verminderd belastbaar is, en hij heeft dit vastgelegd in de FML van 22 juni 2021.
10. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft het standpunt van de arts in zijn rapport van 25 oktober 2021 heroverwogen. Hij heeft het dossier, het bezwaarschrift en de door eiser in bezwaar ingebrachte informatie van de behandelaars en van het re-integratiebureau bestudeerd. Ook heeft hij eiser gesproken op de hoorzitting, en aansluitend daarop onderzocht. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft gemotiveerd waarom hij aanleiding ziet eisers belastbaarheid aan te passen in de FML van 29 oktober 2021.
11
.De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft alle klachten van eiser en de informatie van de behandelaars betrokken in zijn beoordeling. Er is geen reden om aan te nemen dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep aspecten van de gezondheidstoestand van eiser heeft gemist. Gelet op deze onderzoeksactiviteiten is de rechtbank van oordeel dat het medische rapport zorgvuldig tot stand is gekomen. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft bovendien eenduidig, inzichtelijk en zonder tegenstrijdigheden uitgelegd hoe zijn beoordeling tot stand is gekomen. Dat betekent dat het rapport aan de drie voorwaarden voldoet.
12. De arts heeft aangenomen dat eiser verminderd belastbaar is ten gevolge van fysieke klachten (overige deformerende aandoening nek/rug, cervicale neuroforaminale stenose owv, discartrose/degeneratie niveau C6-C7, C7T1, hoofdpijn, adhesieve capsulitis schouder, obesitas) en psychische klachten (stemmingsstoornis). In de FML van 22 juni 2021 heeft de arts beperkingen opgenomen voor persoonlijk en sociaal functioneren, fysieke omgevingseisen, dynamische handelingen, statische houdingen en werktijden.
13
.De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft in het rapport van 25 oktober 2021
uiteengezet dat uit zijn eigen onderzoek volgt dat eisers belastbaarheid aanpassing behoeft in verband met de schouderklachten op het item 4.15.1 (hoofdbewegingen maken) en dat de toelichting bij item 5.7.1. (boven schouderhoogte actief zijn) moet worden gewijzigd. Voor het overige ziet de verzekeringsarts bezwaar en beroep geen reden om meer beperkingen aan te nemen.
14. De rechtbank vindt dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep voldoende heeft uitgelegd dat de FML van 29 oktober 2021 een juiste weergave geeft van eisers belastbaarheid per de datum in geding. De door eiser in zijn beroepschrift genoemde klachten en belemmeringen zijn door de (verzekerings-)artsen onderkend, erkend en betrokken bij de vaststelling van de FML. Eisers stelling, dat de FML onjuist is en er meer beperkingen hadden moeten worden aangenomen in verband met zijn pijnklachten en psychische klachten, in ieder geval op het item urenbeperking, volgt de rechtbank niet. De rechtbank is zich ervan bewust dat eiser klachten en belemmeringen ervaart, maar in de verzekeringsgeneeskundige beoordeling kan niet uitsluitend worden afgegaan op hoe eiser zijn klachten zelf ervaart. In de systematiek van de arbeidsongeschiktheidsbeoordeling zijn niet de ervaren klachten of de diagnose doorslaggevend, maar de mate waarin beperkingen ten aanzien van het verrichten van arbeid als gevolg van die klachten objectief medisch kunnen worden onderbouwd. Zonder afbreuk te willen doen aan de door eiser ervaren impact van zijn klachten op het dagelijks leven, ontbreekt een medisch objectieve onderbouwing van de klachten om meer beperkingen aan te nemen. De in beroep door eiser overgelegde stukken geven, zoals het UWV terecht naar voren brengt, geen ander beeld van zijn belastbaarheid. In dit verband is terecht aangegeven dat de medische notities van 11 april 2022 en 26 april 2022 zien op (medische) feiten en omstandigheden van ruim na de datum in geding. In deze stukken is weergegeven dat eiser toegenomen klachten heeft gemeld, maar ook die toename is terug te voeren op data na de datum in geding. Voor zover de notities verwijzen naar informatie van rond de datum in geding, is niet gebleken dat dit nieuwe medische feiten betreft. Voor de uit deze notities naar voren gekomen toename van klachten, los van de vraag of dat ook zo is, kan eiser zich toegenomen arbeidsongeschikt melden bij het UWV. Gelet op voorgaande ziet de rechtbank in wat eiser heeft aangevoerd geen aanleiding te twijfelen aan de juistheid van de medische onderbouwing van het besluit. Eiser moet op de datum in geding daarom in staat worden geacht arbeid te verrichten die in overeenstemming is met de voor hem vastgestelde medische belastbaarheid, zoals verwoord in de FML van 29 oktober 2021. Hieruit volgt dat eisers verzoek om een onafhankelijke deskundige te benoemen wordt afgewezen.
De arbeidskundige beoordeling
15. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft op grond van de FML van 29 oktober 2021 functies (beroepen/werkzaamheden) gezocht die eiser met zijn medische beperkingen in theorie nog kan uitvoeren. Het gaat om:
- ( sbc-code 315132) Archiefmedewerker;
- ( sbc-code 515100) Administratief medewerker;
- ( sbc-code 315100) Administratief ondersteunend medewerker.
16. Uitgaande van de juistheid van de bij eiser vastgestelde medische beperkingen zoals weergegeven in de FML van 29 oktober 2021 ziet de rechtbank in wat eiser heeft aangevoerd geen reden om de geschiktheid van de geduide functies in twijfel te trekken. De arbeidsdeskundige heeft in de resultaat functiebeoordeling van 29 juni 2021 voldoende uitgelegd waarom deze functies geen overschrijdingen opleveren van de belastbaarheid van eiser. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft zich achter deze motivering geschaard. Daarnaast heeft de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep in zijn rapport van 10 november 2021 een aanvullende motivering gegeven met betrekking tot de hoofdbewegingen en boven schouderhoogte actief zijn. De arbeidsdeskundigen hebben hierbij de knelpunten beoordeeld en toegelicht waarom de functies geschikt zijn. Deze toelichtingen zijn voor de rechtbank begrijpelijk. De stelling van eiser dat hij ten gevolge van zijn klachten en beperkingen niet in staat is om de geduide functies te verrichten is in feite gericht tegen de in de FML van 29 oktober 2021 vastgelegde medische belastbaarheid. Daarover heeft de rechtbank onder punt 14 geoordeeld dat er geen aanleiding is om aan de juistheid daarvan te twijfelen.
17. Eiser voert nog aan dat hij de kennis en kunde niet bezit om deze functies uit te voeren en dat hij eerst een opleiding of cursus zal moeten volgen. De arbeidsdeskundigen hebben op grond van de door eiser gevolgde opleidingen en cursussen vastgesteld dat hij opleidingsniveau vijf heeft. De geduide functies hebben allemaal een lager opleidingsniveau. Daar waar specifieke ervaring wordt vereist (computergebruik) hebben de arbeidsdeskundigen gemotiveerd dat eiser daarover beschikt. Eiser heeft dit ook niet betwist. De rechtbank komt dan ook tot de conclusie dat eiser gezien zijn kennis en kunde in staat moet worden geacht om, eventueel met voorafgaande cursus of training, de functies te verrichten. Eiser heeft een andersluidende conclusie onvoldoende weersproken.
18. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft berekend dat eiser op de datum in geding met de middelste van de geduide functies 75,01% kan verdienen van het loon dat hij voorheen verdiende als taxichauffeur, zodat eiser voor de overige 24,99% arbeidsongeschikt is.