ECLI:NL:RBLIM:2022:7234

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
21 september 2022
Publicatiedatum
26 september 2022
Zaaknummer
03.212938.22
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • D. Osmić
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Valsheid in geschrifte met betrekking tot visumaanvraag voor het Verenigd Koninkrijk

Op 21 september 2022 heeft de politierechter in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van valsheid in geschrifte. De verdachte, geboren in 1999, werd bijgestaan door haar raadsman, mr. W.J.F. Geertsen. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 7 september 2022, waarbij de verdachte niet aanwezig was, maar haar raadsman wel. De officier van justitie stelde dat de verdachte opzettelijk een vals document had gepresenteerd, namelijk een PDF-bestand van een valse aanvraag voor een visum voor het Verenigd Koninkrijk, dat zij op 22 augustus 2022 had getoond bij het inchecken voor een vlucht vanuit Maastricht naar Londen. De verdediging betwistte de beschuldigingen en stelde dat het document niet als vals kon worden aangemerkt, omdat het niet duidelijk was in welke context het was getoond en er geen beschermde onderdelen op het document aanwezig waren.

De politierechter oordeelde dat de verdachte samen met een medeverdachte opzettelijk een vals geschrift had afgeleverd, met de bedoeling om dit als echt en onvervalst te gebruiken. De rechter baseerde zijn oordeel op de verklaringen van de verdachte en de bevindingen van de Koninklijke Marechaussee, die hadden vastgesteld dat de overhandigde documenten niet authentiek waren. De politierechter achtte het bewezen dat de verdachte wist dat het document niet voldeed aan de vereisten voor een visum en dat zij dit document had gebruikt om de vervoersmaatschappij te misleiden.

De officier van justitie had een gevangenisstraf van twee maanden geëist, en de politierechter volgde deze eis, waarbij hij rekening hield met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was gepleegd. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee maanden, met aftrek van het voorarrest. De uitspraak werd gedaan door mr. D. Osmić, in aanwezigheid van griffier S.P.C. Terpelle.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer : 03.212938.22
gemachtigde raadsman
Vonnis van de politierechter d.d. 21 september 2022
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1999,
wonende te [adres]
De verdachte wordt bijgestaan door mr. W.J.F. Geertsen, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 7 september 2022. De verdachte is niet verschenen. Wel is verschenen haar gemachtigde raadsman. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte al dan niet tezamen met een ander, valsheid in geschrifte heeft gepleegd.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het de verdachte ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden. De officier van justitie acht ook het op een mobiele telefoon laten zien van een Pdf-bestand van een valse aanvraag voor een visum voor het Verenigd Koninkrijk op 22 augustus 2022 een valsheid in geschrifte. De verdachte wilde middels het Pdf-bestand immers aantonen dat er een transitvisum aangevraagd was om daarmee naar het Verenigd Koninkrijk te reizen. Een dergelijk transitvisum is dan voldoende om naar het Verenigd Koninkrijk te kunnen reizen.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat het niet duidelijk is in welke context en aan wie de verdachte het Pdf-bestand met de valse aanvragen getoond heeft. Ook stelt de verdediging dat op basis van het dossier niet geconstateerd kan worden dat het om een vals document gaat, nu er geen sprake is van beschermde onderdelen op de aanvragen (zoals bijvoorbeeld een barcode of de kroon van een bepaald land).
De aanvraagformulieren zijn verkregen via het reisbureau, waarbij de verdachte deze aanvraagformulieren niet als VISA heeft gebruikt. De rechter-commissaris is op 25 augustus tot dezelfde conclusie gekomen en heeft om die reden de vordering tot inbewaringstelling afgewezen.
3.3
Het oordeel van de politierechter [1]
Medewerkers van de Koninklijke Marechaussee kregen van de afdeling Immigration Affairs & Authority Liaison van RyanAir de melding binnen dat [verdachte] en [naam 1] op 22 augustus 2022 gebruik zouden maken van valse documenten op de vlucht vanuit Maastricht Aachen Airport naar London Stansted. [verdachte] had bij het inchecken voor de vlucht naar Londen op haar telefoon een digitaal visum voor het Verenigd Koninkrijk getoond. Het personeel van de vliegmaatschappij zag dat het naar alle waarschijnlijkheid geen juist visum betrof.
Verbalisant [naam 2] , wachtmeester van de Koninklijke Marechaussee, zag dat [verdachte] via haar mobiele telefoon een formulier liet zien waarop stond UK VISA. Hierop heeft zij desgevraagd dit formulier via e-mail aan [naam 2] verzonden. [naam 2] zag dat het hun reisbescheiden en een Pdf-bijlage van hun UK Visa's en Immigration betrof.
Na het openen van de Pdf-bijlage UK Visa’s en Immigration van verdachte [naam 1] die werd verstuurd door de verdachte [verdachte] viel [naam 2] het volgende op:
- er verschenen meerdere foto's met onbekende personen in een snel tempo afwisselend op de locatie waar de pasfoto hoort te zitten;
- er waren in eerste instantie geen persoonlijke gegevens zichtbaar;
- toen de pasfoto van [naam 1] verscheen kwamen ook de persoonlijke gegevens van [naam 1] naar boven.
Uit een onderzoek is (…) gebleken dat een (transit)visum altijd in het paspoort wordt geplaatst en nooit als los A4-document wordt afgegeven. De visums die vandaag zijn aangetroffen zijn digitaal aangeboden en ook op A4-formaat. [2]
[naam 3] , opperwachtmeester van de Koninklijke Marechaussee, ontving op 22 augustus 2022 het bericht van de Immigration Affairs & Authority Liaison van RyanAir dat de overhandigde VISA van beide personen niet bestaande documenten betroffen.
Omtrent een soortgelijke zaak heeft een collega van [naam 3] contact gehad met de
Consulaire afdeling van de ambassade van LONDEN, met de vraag of het mogelijk is dat een visum voor Groot-Brittannië op een A4-papier wordt verstrekt.
Daarop werd kenbaar gemaakt dat visa van Groot-Brittannië alleen op officiële wijze in het paspoort worden verstrekt en dat het niet mogelijk is om een visum te verkrijgen op een los blaadje. [3]
[verdachte] heeft over het ten laste gelegde feit verklaard dat zij het visum via het toeristische agentschap had gekregen. De documenten had zij via Whatsapp gekregen. Normaal gesproken dien je naar de ambassade te gaan, documenten mee te nemen en aanvragen in te dienen. Vervolgens krijg je een stempel in je paspoort. Zij heeft gebeld met een contactpersoon die haar vertelde dat dit geen officieel visum was, maar een aanvraag. [4]
De overwegingen van de politierechter
De in voormelde bewijsmiddelen genoemde feiten en omstandigheden leveren op de redengevende feiten en omstandigheden waarop steunt de beslissing van de politierechter dat het ten laste gelegde en hierna bewezen verklaarde feit door de verdachte is begaan.
Het is vaste jurisprudentie dat artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht ziet op geschriften waaraan in het maatschappelijk verkeer betekenis voor het bewijs van enig feit pleegt te worden toegekend. De bewijsbestemming kan ontbreken als het geschrift duidelijk niet geloofwaardig of onvoldoende substantieel is.
Het document dat verdachte voorhanden heeft gehad heeft geen nietszeggende inhoud. Het geschrift ziet evident op een rechtens relevant feit, te weten een aanvraag om toestemming tot (tijdelijk) verblijf in het Verenigd Koninkrijk. Verdachte had het document ook met dat doel voorhanden. Gezien de verklaringen van de verdachte had het document immers tot doel aan te tonen dat zij toestemming had om het Verenigd Koninkrijk te betreden. Het geschrift heeft daarmee een duidelijke bewijsbestemming. Het is niet zo dat het betreffende geschrift zodanig ongeloofwaardig of onvoldoende substantieel is dat het voor een ieder direct duidelijk is dat het hier een vals stuk betreft. Het document is voorzien van een logo en de tekst UK Visas & Immigration. Het geschrift is verder voorzien van een (gelijkende) pasfoto van de verdachte, haar personalia, inclusief paspoortnummer, en met de tickets van de verdachte inhoudende de bestemming.
De verklaringen van de verdachte over het verloop van de reisbewegingen op haar gestelde vakantie tot moment van aanhouding, het reisbureau dat een en ander zou hebben geregeld en de opgegeven reden van de bijzondere tussenstop in Londen, terwijl het reisdoel Palma de Mallorca zou zijn, zijn niet geloofwaardig. Uit de verklaringen van de verdachte blijkt verder dat zij op de hoogte was van het feit dat zij visumplichtig is in het Verenigd Koninkrijk en wat de normale gang van zaken is om een dergelijk visum te verkrijgen. Verdachte wist derhalve donders goed dat zij niet voldeed aan de vereisten voor toegang tot het Verenigd Koninkrijk, zodat het niet anders kan dan dat het ook haar bedoeling was om de geschriften te bezigen tot misleiding van de vervoersmaatschappij en aldus illegaal in het Verenigd Koninkrijk te geraken. Daarmee kan het ten laste gelegde feit worden bewezen en wel in de zin van medeplegen. Gelet op het feit dat zij de gehele onderneming samen hebben meegemaakt, kan de conclusie niet anders zijn dan dat de verdachte het feit samen met de medeverdachte [naam 1] heeft gepleegd.
3.4
De bewezenverklaring
De politierechter acht, op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte:
op 22 augustus 2022 te Maastricht-Airport, gemeente Beek tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk een vals geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten Pdf-bestand van meerdere aanvragen voor VISA voor het Verenigd Koninkrijk heeft afgeleverd, terwijl zij, verdachte en haar mededader, wisten dat dit geschrift bestemd was om gebruik van te maken als ware het echt en onvervalst.
De politierechter acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert het volgende strafbare feit op:
opzettelijk een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, afleveren, terwijl zij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die haar strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden, met aftrek van het voorarrest.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen strafmaatverweer gevoerd.
6.3
Het oordeel van de politierechter
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het in vereniging plegen van valsheid in geschrifte. Door deze vervalste geschriften te gebruiken heeft de verdachte het vertrouwen dat in officiële documenten (of aanvragen daarvan) moet kunnen worden gesteld geschaad. Bovendien heeft de verdachte de valse documenten op slinkse wijze proberen te gebruiken. Zij, en haar partner, trachtten middels deze fantasiedocumenten onder het mom van een ‘transitvisa’ onrechtmatig toegang te verkrijgen tot het Verenigd Koninkrijk, om aldaar uiteindelijk een verblijfsdocument aan te vragen. De politierechter rekent dit de verdachte aan.
De politierechter zal, als uitgangspunt, de eis van de officier van justitie nemen: een gevangenisstraf van 2 maanden. De vraag die zich aandient is of er redenen zijn om van dit uitgangspunt af te wijken.
De politierechter constateert dat de verdachte geen ingezetene van Nederland (of de Europese Unie) is. Dit sluit de oplegging van een taakstraf uit en bemoeilijkt de oplegging van een geldboete. Verder is het zo dat de verdachte geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor haar handelen. Tijdens het verhoor was zij niet eerlijk over haar werkelijke beweegredenen om de valse documenten te tonen.
De conclusie is dat de politierechter geen redenen ziet om van de eis van de officier van justitie af te wijken. Daarom acht hij een gevangenisstraf van 2 maanden passend en geboden.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht.

8.De beslissing

De politierechter:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. D. Osmić, politierechter, in tegenwoordigheid van S.P.C. Terpelle, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 21 september 2022.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
zij op of omstreeks 22 augustus 2022 te Maastricht-Airport, gemeente Beek
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een vals en/of vervalst geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten twee, althans een PDF-bestand van een of meerdere aanvra(a)g(en) voor een VISA voor het Verenigd Koninkrijk heeft/hebben afgeleverd en/of voorhanden heeft/hebben gehad, terwijl zij, verdachte en/of haar mededader(s), wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dit geschrift bestemd was om gebruik van te maken als ware het echt en onvervalst.

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van de Koninklijke Marechaussee, dossiernummer PL27YL/22-003203, gesloten d.d. 23 augustus 2022, digitaal doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 40.
2.Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 augustus 2022, pagina 4 tot en met 8.
3.Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 augustus 2022, pagina 25.
4.Het proces-verbaal van verhoor van de verdachte d.d. 23 augustus 2022, pagina 22 en 23.