ECLI:NL:RBLIM:2022:7439

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
28 september 2022
Publicatiedatum
30 september 2022
Zaaknummer
9475539 CV EXPL 21-4664
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding koopovereenkomst bankstel wegens non-conformiteit en dwaling

In deze zaak hebben eisende partijen, wonend in [woonplaats], een bankstel gekocht bij Meubelcentrum Laarderheide, gevestigd in België, voor een bedrag van € 10.548,-. Na de aankoop hebben zij herhaaldelijk problemen ervaren met de elektrische bediening van de bank, wat leidde tot klachten en uiteindelijk tot een verzoek om ontbinding van de koopovereenkomst. De eisende partijen hebben hun klachten schriftelijk geuit en een beroep gedaan op dwaling en non-conformiteit. Meubelcentrum Laarderheide heeft de klachten betwist en stelde dat de bank conform de specificaties was geleverd.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de problemen met de bank zich vrijwel direct na de aankoop hebben voorgedaan en dat de verkoper niet in staat is geweest om de gebreken op een deugdelijke manier te verhelpen. De rechter oordeelde dat de eisende partijen terecht de overeenkomst hebben ontbonden op grond van non-conformiteit, aangezien de bank niet voldeed aan de verwachtingen die bij de aankoop waren gewekt. De kantonrechter heeft Meubelcentrum Laarderheide veroordeeld tot terugbetaling van het aankoopbedrag en heeft de vordering van de eisende partijen tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten toegewezen.

De rechter heeft ook geoordeeld dat er geen recht op een gebruiksvergoeding bestaat, omdat de gebreken zich al snel na de aankoop hebben gemanifesteerd en de eisende partijen voornamelijk ergernis hebben ervaren. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van de verkoper bij consumentenkoop en de rechten van de koper bij non-conformiteit.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 9475539 CV EXPL 21-4664
Vonnis van de kantonrechter van 28 september 2022
in de zaak van:

1.[eisende partij 1] ,

2.
[eisende partij 2],
beiden wonend in [woonplaats] ,
eisende partij,
gemachtigde S. Keuren (DAS Rechtsbijstand),
tegen:
de rechtspersoon naar buitenlands recht
MEUBELCENTRUM LAARDERHEIDE N.V.,
gevestigd in Peer, België,
gedaagde partij,
gemachtigde mr. J.P.M. Dexters.
Partijen zullen hierna [eisende partij 3] en Meubelcentrum Laarderheide genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • het vonnis van 26 januari 2022 waarbij een plaatselijke bezichtiging en mondelinge behandeling zijn bepaald
  • het proces-verbaal van plaatselijke bezichtiging en aansluitende mondelinge behandeling van 25 mei 2022.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 22 maart 2019 hebben [eisende partij 3] een bankstel met verstelbare zittingen en beensteunen gekocht bij Meubelcentrum Laarderheide voor € 10.548,-, die op 24 juni 2019 is geleverd. [eisende partij 3] hebben hierbij Protexx vlekkenservice afgesloten, met een looptijd van 5 jaar. In de uitleg bij Protexx vlekkenservice staat onder meer het volgende:

Door de bijbehorende vlekkenservice heeft u de komende jaren de zekerheid dat gemorste vloeistoffen geen blijvende vlek veroorzaken. (…) De Protexx Textile Protector zorgt ervoor dat eet- en drinkwaren en afscheiding afkomstig van mens of zoogdier geen vlekken kunnen veroorzaken op uw meubel(en). Dit is zichtbaar door de druppelvorming die ontstaat op het textiel bij het doen van de druppeltest. (…)

4.Wanneer kunt u aanspraak maken op de service?

(…)
Textiele bekleding
Alle af- en uitscheiding van mens en zoogdier, zoals:

transpiratie

huidvet

bloed

urine

braaksel

ontlasting
(…)
U kunt dus geen aanspraak maken op de service als het gaat om bijvoorbeeld:
(…)
-
Vlekken door kledingafgifte (zoals bijvoorbeeld afgeven van spijkerbroeken)

(…)

-
Normale aanvuiling van de meubelstof”
2.2.
Op 12 mei 2020 hebben [eisende partij 3] hun beklag gedaan aan Meubelcentrum Laarderheide in een e-mail waarin onder meer het volgende staat:

De bediening van de elektrische bank zou nog altijd vervangen worden, maar tot heden nog steeds niets gehoord zoals gewoonlijk. Het volgende probleem we moeten de accu’s iedere week opladen, in plaats van twee keer per jaar wat jij zei.
Daarbij komt dat de bedieningsknoppen niet meer reageren, althans van een zitgedeelte is ook nog het zit gedeelte waar bijna nooit niemand zit. We zijn na levering van 24/06/2019 alleen maar problemen aan het oplossen, de banken zijn al opgehaald voor een andere vulling, waarvan de nierkussens niet zijn veranderd van vulling. Van die kussens komen nog steeds de veren naar buiten die dan in je rug steken. Daarbij komt dat de bank na 5 maanden nu inmiddels 10 maanden nog steeds niet is zoals we ze gekocht hebben. Daarbij is de bank dusdanig bevuild en ziet eruit of ze 6/7 jaar oud is. We hebben zelf met Protexx gebeld i.v.m. die bevuiling, hebben foto’s opgestuurd en wachten nu op hun antwoord. (…)
2.3.
Protexx heeft het serviceverzoek afgewezen omdat zij op de foto’s heeft geconstateerd dat het bankstel algeheel aangevuild was en dit niet binnen de voorwaarden valt.
2.4.
Het bankstel werd meegenomen en op 24 juli 2020 werd het, met een nieuwe Protexx-beschermlaag, retour gebracht bij [eisende partij 3] , waarna zij een extra garantie op electro kit en constructie ontvingen vanaf 16 juli 2020. In de e-mail die voorafgaand aan de teruglevering is gestuurd door Meubelcentrum Laarderheide staat onder meer dat een batterij die slechts twee maal per jaar dient op te laden niet verkrijgbaar is, en dat bij gemiddeld gebruik moet worden gerekend op één keer per week één nacht opladen.
2.5.
In oktober 2020 viel de elektrische bediening weer uit. Er is een monteur langsgekomen en die heeft de gehele elektrische bediening inclusief de accu’s vervangen.
2.6.
Op 12 mei 2021 hebben [eisende partij 3] Meubelcentrum Laarderheide een brief gestuurd waarin staat dat [eisende partij 3] wederom kampen met het uitvallen van de elektrische bediening. Zij doen een beroep op dwaling/non-conformiteit en stellen dat Meubelcentrum Laarderheide in verzuim verkeert en dat de overeenkomst kan worden ontbonden. Er wordt Meubelcentrum Laarderheide een termijn van veertien dagen gegeven om het aankoopbedrag terug te storten.
2.7.
Op 27 mei 2021 hebben [eisende partij 3] Meubelcentrum Laarderheide weer een brief gestuurd waarin staat dat zij geen passende oplossing heeft aangeboden noch tot betaling is overgegaan en haar een laatste termijn wordt geboden om alsnog tot betaling over te gaan. Meubelcentrum Laarderheide heeft geen gehoor gegeven aan deze sommatie.

3.Het geschil

3.1.
[eisende partij 3] vordert in het licht van bovenstaande feiten dat de kantonrechter bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
primair:voor recht zal verklaren dat de overeenkomst per 12 mei 2021 (dan wel 27 mei, veertien dagen na sommatie) is vernietigd op grond van dwaling
:
subsidiair:de overeenkomst zal vernietigen op grond van dwaling,
meer subsidiair:voor recht zal verklaren dat de overeenkomst per 27 mei 2021 is ontbonden (dan wel 14 juni 2021, veertien dagen na sommatie)
verder subsidiair:de overeenkomst zal ontbinden
in alle gevallen:Meubelcentrum Laarderheide zal veroordelen tot (terug)betaling van:
  • de aankoopsom van € 10.548,00 inclusief btw veertien dagen na vonnis, waarna een afspraak kan worden gemaakt met [eisende partij 3] voor het ophalen van het bankstel,
  • de buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente,
  • de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente, alsmede de nakosten.
[eisende partij 3] stellen zich hierin op het standpunt dat zij hebben gedwaald, omdat zij een andere bank hebben gekregen dan hen ten tijde van het sluiten van de overeenkomst is voorgehouden en zij roepen de (buitengerechtelijke) vernietiging van de overeenkomst in. Mocht dwaling niet aan de orde zijn, dan is er volgens [eisende partij 3] in ieder geval sprake van non-conformiteit, wat [eisende partij 3] recht geeft op kosteloos herstel of vervanging binnen een redelijke termijn zonder ernstige overlast. Nu het bankstel al meermaals is meegenomen voor herstel en dit herstel niet tot een deugdelijke en structurele oplossing heeft geleid kan en mag [eisende partij 3] aannemen dat Meubelcentrum Laarderheide in haar verplichtingen tekortschiet, waardoor zij, zonder dat een ingebrekestelling noodzakelijk is, in verzuim is geraakt. Nakoming is blijvend onmogelijk zodat [eisende partij 3] gerechtigd is de overeenkomst te ontbinden.
3.2.
Meubelcentrum Laarderheide voert het volgende verweer. [eisende partij 3] moeten niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vordering althans deze moet hen worden ontzegd, met veroordeling van hen in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met rente. Van dwaling is geen sprake, want er zijn geen onjuiste mededelingen gedaan. [eisende partij 3] hebben het bankstel in de showroom kunnen uitproberen, wat zij ook hebben gedaan, en hebben gekozen voor een donzen vulling, dus zij moesten weten dat er af en toe veertjes uit zouden komen en dat de kussens soms opgeklopt moesten worden. Ook voor wat betreft het opladen van de accu’s is geen sprake van dwaling, want gelijk aan ieder elektrisch apparaat is het noodzakelijk die regelmatig op te laden, zoals ook is meegedeeld in de e-mail van 16 juli 2020. Voor zover de dwaling zou bestaan uit het smoezelig worden van de bank geldt dat deze staat van de stof is veroorzaakt door [eisende partij 3] zelf. Op de bank zijn schoensmeervlekken en vuil toegebracht door hun huisdier aangetroffen. De Protexx-behandeling betreft bovendien geen vlekken-garantie, maar is een hulp bij het eenvoudig verwijderen van vlekken. Dat [eisende partij 3] het bankstel achteraf tegenvalt, betekent niet dat zij hebben gedwaald.
Er is geen sprake van non-conformiteit, want het bankstel is op 24 juni 2019 conform specificatie op de bestelbon afgeleverd. [eisende partij 3] hebben exact gekregen wat zij in de showroom besteld hebben. De bank heeft ook alle functionaliteiten die [eisende partij 3] mochten verwachten: de stof is behandeld met Protexx-bescherming, het zitvlak had een uitstekend zitcomfort en de relax-functie werkte naar behoren. Dat deze functionaliteiten achteraf zijn tegengevallen betekent niet dat deze niet goed werken of non-conform zijn. Dat Meubelcentrum Laarderheide servicewerkzaamheden heeft uitgevoerd, betekent in geen geval dat de functionaliteiten niet werkten. Zij heeft enkel geprobeerd een ontvreden klant te helpen.
Indien de kantonrechter oordeelt dat het bankstel teruggenomen moet worden, is Meubelcentrum Laarderheide van mening dat [eisende partij 3] een gebruiksvergoeding moeten betalen. De levensduur van een bankstel is acht jaar, dus de gebruiksvergoeding bedraagt € 120,21 per maand. Op het moment van indiening van de conclusie van antwoord bedraagt de gebruiksvergoeding dan € 3.486,09.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Deze zaak draagt een internationale component – Meubelcentrum Laarderheide is immers gevestigd in België – zodat moet worden beoordeeld of de Nederlandse rechter bevoegd is en of Nederlands recht van toepassing is. Partijen zijn het erover eens dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat Nederlands recht van toepassing is. De kantonrechter overweegt als volgt. In deze zaak is sprake van een consumentenkoop, wat betekent dat:
- op grond van artikel 18 van de Brussel I bis-verordening [1] de rechter van de woonplaats van [eisende partij 3] bevoegd is, oftewel de Nederlandse rechter van de rechtbank Limburg, locatie Maastricht, en gelet op de hoogte van de vordering meer specifiek de kantonrechter,
- op grond van artikel 6 van de Rome I-verordening [2] Nederlands recht van toepassing is.
4.2.
De dwalingsvordering van [eisende partij 3] is gestoeld op het feit dat de bank gevuld was met dons en dat de service slecht was. Het eerste probleem, voor zover daarover inderdaad is gedwaald (Meubelcentrum Laarderheide betwist dit), is opgelost. Meubelcentrum Laarderheide heeft immers de vulling vervangen. Dit kan/kon dan ook geen reden (meer) vormen voor vernietiging van de overeenkomst. Dat de service slecht was leidt ook niet tot een geslaagd beroep op dwaling, nu dit een toekomstige omstandigheid betreft. Voor zover de vordering is gegrond op dwaling, zal die dus worden afgewezen.
4.3.
Ten aanzien van het beroep op non-conformiteit oordeelt de kantonrechter als volgt.
4.3.1.
Meubelcentrum Laarderheide stelt zich op het standpunt dat de vervuiling van de bank is veroorzaakt door onhygiënische omstandigheden bij [eisende partij 3] , maar tijdens de bezichtiging heeft de kantonrechter geconstateerd dat de woning van [eisende partij 3] alles behalve onhygiënisch is. Hierbij komt dat uit de folder van Protexx blijkt dat aanspraak kan worden gemaakt op de service bij
alleaf- en uitscheiding van mens en zoogdier (zie 2.1.) en er is geen enkele reden om aan te nemen dat hiervan geen sprake was. Gelet op de bij de bezichtiging aangetroffen vlekken acht de kantonrechter aannemelijk dat het huidvet betreft, wat dus onder de Protexx-service valt. Meubelcentrum Laarderheide voerde tijdens de mondelinge behandeling aan dat deze folder hen onbekend was, maar die zat gewoon bij de stukken die bij de dagvaarding gevoegd waren. Zij voerde verder aan dat de service enkel zag op vlekken, bijvoorbeeld als er een glas wijn omvalt, maar dat is, zoals onder 2.1. te lezen is, niet waar.
4.3.2.
Overigens kan de vraag of de bank non-conform is vanwege de vervuiling in het midden blijven. De bank is meermaals gerepareerd vanwege niet functionerende bediening/elektronica en die reparaties hebben niet geleid tot het gewenste resultaat. Immers heeft de kantonrechter tijdens de bezichtiging geconstateerd dat de zitting en het beengedeelte van de linkerzijde in eerste instantie in het geheel niet reageerden op de knoppenbediening en pas na veel pogingen in beweging kwamen, dat de rugleuning wel werkte maar dat de bediening vervolgens bleef piepen, dat één van de accu’s niet oplaadt, en dat de rechterzijde van de bank in het geheel niet reageerde op de bedieningsknoppen. Bij de aankoop van een bank met elektrische bediening van meer dan tienduizend euro, mag een koper verwachten dat die langer dan een (paar) jaar goed blijft functioneren. Dat is hier niet het geval. Nu Meubelcentrum Laarderheide niet heeft aangevoerd dat deze gebreken aan [eisende partij 3] te wijten zijn, moet worden geoordeeld dat de bank niet beantwoordt aan de koopovereenkomst. De vraag is dan of Meubelcentrum Laarderheide de bank moet terugnemen en de aankoopsom moet terugbetalen.
4.3.3.
[eisende partij 3] hebben Meubelcentrum Laarderheide meermaals in de gelegenheid gesteld het bankstel te repareren, maar dit heeft niet geleid tot een goed werkend bankstel. [eisende partij 3] hadden/hebben op grond van artikel 7:22 BW daarom de bevoegdheid de overeenkomst te ontbinden, nu Meubelcentrum Laarderheide is tekortgeschoten in haar verplichting binnen redelijke termijn en zonder overlast voor [eisende partij 3] het bankstel te herstellen dan wel te vervangen. Meubelcentrum Laarderheide heeft op de mondelinge behandeling alsnog herstel aangeboden, maar dat is inmiddels te laat, want [eisende partij 3] hebben de overeenkomst op 27 mei 2021 ontbonden. De kantonrechter zal voor recht verklaren dat de overeenkomst per deze datum is ontbonden. Dit betekent dat Meubelcentrum Laarderheide in beginsel de gehele aankoopsom zal moeten vergoeden.
4.3.4.
Meubelcentrum Laarderheide heeft aangevoerd dat [eisende partij 3] een gebruiksvergoeding moeten betalen. De kantonrechter gaat hierin niet mee. Uitgangspunt is dat de verkoper slechts in uitzonderingsgevallen recht heeft op een gebruiksvergoeding. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat een gebruiksvergoeding bijvoorbeeld redelijk kan zijn als een gebrek zich na langere tijd manifesteert. Dat is hier niet het geval geweest. Uit de correspondentie blijkt dat de klachten vrij snel na aankoop begonnen en dat [eisende partij 3] sindsdien voornamelijk ergernis hebben gehad van de bank. In die omstandigheden is het niet redelijk van [eisende partij 3] een gebruiksvergoeding te vragen. Dat zij jarenlang gebruik hebben gemaakt van de bank, komt bovendien vooral doordat de herstelpogingen van Meubelcentrum Laarderheide vruchteloos waren, zij (op een gegeven moment) niet (meer) voortvarend handelde en zij zich niet heeft neergelegd bij de door [eisende partij 3] ingeroepen buitengerechtelijke ontbinding. Meubelcentrum Laarderheide zal dus worden veroordeeld tot terugbetaling van € 10.548,-. Vervolgens moet het bankstel terug naar Meubelcentrum Laarderheide. [eisende partij 3] hebben aangevoerd dat Meubelcentrum Laarderheide het bankstel na terugbetaling kan komen ophalen, na het maken van een afspraak. Meubelcentrum Laarderheide heeft hiertegen geen bezwaar gemaakt, zodat de kantonrechter dit aldus zal verstaan in de beslissing.
4.4.
[eisende partij 3] maken aanspraak op de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van toepassing is nu het verzuim na 1 juli 2012 is ingetreden. [eisende partij 3] hebben voldoende gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht en ook uit de inhoud van de stukken blijkt van voldoende incasso-activiteiten, zodat de gevorderde buitengerechtelijke kosten toewijsbaar worden geacht. Deze vordering van [eisende partij 3] zal worden toegewezen, zoals gevorderd te vermeerderen met de wettelijke rente.
4.5.
Meubelcentrum Laarderheide zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskosten, zoals gevorderd te vermeerderen met de wettelijke rente. De proceskosten van [eisende partij 3] worden tot vandaag begroot op:
dagvaarding: € 276,39
griffierecht: € 240,00
salaris gemachtigde:
€ 1.119,00(3 punten x tarief € 373,-)
totaal € 1.635,39.
4.6.
De door [eisende partij 3] gevorderde nakosten zullen hieronder in de beslissing worden begroot.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
verklaart voor recht dat de overeenkomst per 27 mei 2021 is ontbonden,
5.2.
veroordeelt Meubelcentrum Laarderheide om binnen veertien dagen na vandaag de aankoopsom van het bankstel van € 10.548,- aan [eisende partij 3] te betalen,
5.3.
verstaat dat Meubelcentrum Laarderheide na betaling van dit bedrag een afspraak zal maken met [eisende partij 3] voor het ophalen van het bankstel,
5.4.
veroordeelt Meubelcentrum Laarderheide € 875,- aan buitengerechtelijke incassokosten aan [eisende partij 3] te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 juli 2021 tot de dag van betaling,
5.5.
veroordeelt Meubelcentrum Laarderheide tot betaling van de proceskosten, tot vandaag aan de zijde van [eisende partij 3] begroot op € 1.635,39, bij gebreke van betaling binnen veertien dagen na vandaag te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na vandaag tot betaling,
5.6.
veroordeelt Meubelcentrum Laarderheide in de kosten die zijn ontstaan na dit vonnis, begroot op € 124,- aan salaris gemachtigde, te vermeerderen met de explootkosten van betekening van dit vonnis, als er vervolgens betekening heeft plaatsgevonden,
5.7.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.M. Drenth en in het openbaar uitgesproken.
type: GD

Voetnoten

1.Verordening (EU) Nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in
2.Verordening (EG) Nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I)