Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
Inleiding
Wat ging aan deze procedure vooraf
Wat vindt het UWV
.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de rechtbank Limburg op 8 mei 2023 uitspraak gedaan in het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn WIA-aanvraag door het UWV. Eiser, die voorheen als teamleider facilitaire dienst werkte, had zich op 20 augustus 2018 ziekgemeld en verzocht om een uitkering op grond van de Wet WIA. Het UWV heeft zijn aanvraag afgewezen, omdat eiser op 16 augustus 2021 minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Eiser was het niet eens met deze beslissing en heeft beroep aangetekend.
De rechtbank heeft de medische en arbeidskundige grondslagen van het bestreden besluit beoordeeld. De verzekeringsarts B&B heeft in zijn rapporten overtuigend gemotiveerd dat eiser op de genoemde datum niet meer dan 35% arbeidsongeschikt was. De rechtbank concludeert dat het UWV terecht heeft vastgesteld dat eiser in staat is om arbeid te verrichten, rekening houdend met de door de verzekeringsarts vastgestelde beperkingen. Eiser heeft geen nieuwe medische informatie overgelegd die zijn standpunt onderbouwt.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het UWV voldoende onderbouwing heeft gegeven voor de geschiktheid van de geduide functies en dat eiser niet in staat is om zijn eigen werk te verrichten, maar wel geschikt is voor andere functies. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen recht heeft op een WIA-uitkering en dat zijn verzoek om schadevergoeding niet wordt ingewilligd.