ECLI:NL:RBLIM:2023:3716

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
22 juni 2023
Publicatiedatum
22 juni 2023
Zaaknummer
ROE 21/3270
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging van WIA-uitkering na herbeoordeling arbeidsongeschiktheid

In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 22 juni 2023 uitspraak gedaan in het beroep van eiseres tegen de beëindiging van haar WGA-loonaanvullingsuitkering door het UWV. Eiseres ontving aanvankelijk een uitkering op basis van een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80 tot 100%, maar het UWV heeft na een herbeoordeling vastgesteld dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is, met een percentage van 17,55%. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het UWV heeft dit ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep van eiseres behandeld op 8 juni 2023, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van het UWV.

De rechtbank heeft de argumenten van eiseres beoordeeld, waaronder haar stelling dat zij niet gehoord is in de bezwaarfase en dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is. Eiseres heeft ook aangevoerd dat de UWV-arts niet onpartijdig is en heeft verzocht om een nieuwe beoordeling door een onafhankelijke deskundige. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het UWV zorgvuldig onderzoek heeft verricht en dat de medische situatie van eiseres op 3 mei 2021 correct is vastgesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzekeringsarts B&B alle relevante klachten van eiseres heeft meegenomen in zijn beoordeling en dat er geen reden is om aan te nemen dat de arts niet onpartijdig was.

Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat het UWV terecht de WGA-loonaanvullingsuitkering van eiseres heeft beëindigd, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, wat betekent dat zij geen gelijk heeft gekregen in deze procedure. De rechtbank heeft ook bepaald dat de proceskosten niet vergoed worden, aangezien eiseres in beroep geen gelijk heeft gekregen.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG
Inloopteam bestuursrecht
zaaknummer: ROE 21/3270

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres

(gemachtigde: mr. R.G.P. Voragen),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen(hierna: het UWV), verweerder
(gemachtigde: [naam gemachtigde] ).
Aan dit geding heeft verder deelgenomen:
[naam derde-partij](hierna: werkgever), gevestigd in [verzoeksters] , derde-partij.

Inleiding

Het UWV heeft de WGA [1] -loonaanvullingsuitkering van eiseres beëindigd, omdat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De mate van arbeidsongeschiktheid is vastgesteld op 17,65%.
Het UWV heeft het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard. Het arbeidsongeschiktheidspercentage is gewijzigd naar 17,55%.
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen deze beslissing op bezwaar (het bestreden besluit) van 9 november 2021.
De werkgever heeft verklaard als derde-partij aan het geding te willen deelnemen en uitsluitend een kopie van de uitspraak te willen ontvangen. Er zijn daarom geen processtukken naar werkgever gestuurd. Eiseres heeft geen toestemming gegeven om medische gegevens te delen met haar werkgever. De rechtbank zal in de uitspraak geen medische informatie opnemen, om te voorkomen dat de werkgever alsnog kennisneemt van de medische situatie van eiseres.
De rechtbank heeft het beroep op 8 juni 2023 met behulp van een beeldverbinding op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van het UWV.

Wat ging aan deze procedure vooraf

1. Eiseres ontving een WGA-loonaanvullingsuitkering op basis van een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80 tot 100%. Op 31 maart 2021 heeft eiseres aan het UWV doorgegeven dat haar klachten zijn toegenomen. Eiseres heeft daarbij een expertiserapport van Ergatis overgelegd. De werkgever heeft, eveneens op 31 maart 2021, het UWV verzocht een herbeoordeling van de arbeidsongeschiktheid van eiseres uit te voeren.
2. Het UWV heeft een herbeoordeling uitgevoerd. Na medisch en arbeidskundig onderzoek heeft het UWV de besluiten genomen die in de inleiding zijn genoemd.

Wat vindt het UWV

3. Het UWV vindt dat eiseres op 3 mei 2021 voor 17,55% arbeidsongeschikt is en heeft daarom besloten om de WGA-loonaanvullingsuitkering met ingang van 3 augustus 2021 te beëindigen.
4. Het UWV heeft de medische grondslag van het bestreden besluit gebaseerd op het rapport van een verzekeringsarts bezwaar en beroep (verzekeringsarts B&B) van 11 oktober 2021. De medische belastbaarheid van eiseres is opgenomen in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 11 oktober 2021.
5. Het UWV heeft de arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit gebaseerd op het rapport van een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep (arbeidsdeskundige B&B) van
12 oktober 2021
.

Wat vindt eiseres

6. Eiseres is het niet eens met het UWV. Allereerst stelt eiseres dat de bezwaargronden als herhaald en ingelast moeten worden beschouwd. Zij stelt dat zij niet gehoord is in de bezwaarfase. Daarnaast vindt eiseres het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd en daarom in strijd met de beginselen van algemeen bestuur
(de rechtbank begrijpt: de algemene beginselen van behoorlijk bestuur). Eiseres is van mening dat de UWV-arts niet onpartijdig is. Zij doet een beroep op het Korošec-arrest en wenst een nieuwe beoordeling door een medisch onafhankelijke deskundige. Verder wijst eiseres erop dat eerder is geoordeeld dat zij zeer beperkt is in het werken met een toetsenbord. Eiseres is het er niet mee eens dat deze visie nu wordt verlaten zonder deugdelijke grond en motivering. Daarbij is aangetekend dat het alleen maar mogelijk is om computerwerkzaamheden te verrichten bij een optimaal ergonomische omgeving. Dat is bij veel bedrijven niet het geval volgens eiseres. Dit betekent dat niet klakkeloos alle vergelijkbare functies geduid kunnen worden, maar dat er specifiek gekeken moet worden naar functies waarin aan die eisen is voldaan. Omdat dat niet gebeurd is, kan het bestreden besluit niet in stand blijven. Gezien de klachten van eiseres is het zeer aannemelijk dat computerwerk juist heel slecht is. Ter zitting voert eiseres aan dat zij per 9 december 2021 een IVA-uitkering toegekend heeft gekregen en dat zij niet begrijpt waarom zij in de tussenliggende periode, van 3 mei 2021 tot 9 december 2021, arbeidsgeschikt is bevonden.

Wat vindt de rechtbank

7. De vraag is of het UWV terecht de WGA-loonaanvullingsuitkering van eiseres heeft beëindigd, omdat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De rechtbank moet die vraag beantwoorden aan de hand van wat eiseres daartegen in heeft gebracht. Belangrijk punt is dat het gaat om de medische toestand van eiseres op 3 mei 2021 en de vraag welke beperkingen daaruit volgen.
8. De rechtbank vindt dat het UWV terecht de WGA-loonaanvullingsuitkering van eiseres heeft beëindigd, omdat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
9. Voor zover eiseres in haar beroepschrift verwijst naar dat wat zij in bezwaar heeft aangevoerd
,overweegt de rechtbank dat het aan eiseres is om in beroep gemotiveerd en specifiek aan te voeren waarom zij het niet eens is met het bestreden besluit. De verwijzing naar het bezwaarschrift wordt niet als zo’n gemotiveerde en specifieke betwisting opgevat. Daarop is immers gereageerd in het bestreden besluit. Eiseres zal dus moeten aanvoeren waarom zij het met die reactie niet eens is. Gelet hierop zal de rechtbank de beoordeling van het beroep plaatsen in het licht van de in beroep nader uitgewerkte gronden en niet in het licht van hetgeen in bezwaar is aangevoerd.
Medische grondslag van het bestreden besluit
Het onderzoek
10. Anders dan eiseres is de rechtbank van oordeel dat het medisch onderzoek zorgvuldig is verricht. De verzekeringsarts B&B heeft kennis genomen van het dossier en het bezwaar van eiseres. In de primaire fase heeft er een spreekuurcontact plaatsgevonden met een arts. [2] De rechtbank vindt dat de verzekeringsarts B&B op een zorgvuldige en duidelijke manier alle naar voren gebrachte klachten heeft betrokken bij de medische beoordeling. De rechtbank ziet geen reden om aan te nemen dat de verzekeringsarts B&B aspecten van de medische situatie van eiseres heeft gemist.
11. Eiseres voert aan dat zij niet gehoord is in de bezwaarfase. Het UWV geeft in het verweerschrift aan dat eiseres heeft verklaard geen gebruik te willen maken van de mogelijkheid tot een hoorzitting. Het UWV wijst daarbij op een telefoonnotitie van 24 juni 2021. De rechtbank overweegt dat op basis van de telefoonnotitie er vanuit moet worden gegaan dat eiseres heeft besloten af te zien van een hoorzitting. Er is dus geen sprake van schending van de hoorplicht.
12. Eiseres voert aan dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is en daarom in strijd met de beginselen van algemeen bestuur
(de rechtbank begrijpt: de algemene beginselen van behoorlijk bestuur). Het UWV geeft aan van mening te zijn dat het bestreden besluit wel voldoende gemotiveerd is. De rechtbank ziet geen aanleiding om te oordelen dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is en dat er daardoor sprake zou zijn van strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. De verzekeringsarts B&B en de arbeidsdeskundige B&B hebben in hun rapporten hun standpunten voldoende gemotiveerd. Daarnaast heeft eiseres niet uitgelegd waarom zij van mening is dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is, zodat de rechtbank niet weet waar zij precies op doelt.
13. Eiseres is ook van mening dat de UWV-arts
(de rechtbank begrijpt: de verzekeringsarts B&B)niet onpartijdig is. Zij doet een beroep op het Korošec-arrest en wenst een nieuwe beoordeling door een medisch onafhankelijke deskundige. Het bevreemdt eiseres met name dat het UWV eerst wel een grote beperking ten aanzien van computerwerk aanneemt
(de rechtbank begrijpt: bij de beoordeling van het UWV op 18 maart 2019), dit vervolgens terugdraait en later bij de toekenning van de IVA-uitkering wel weer een grote beperking voor computerwerk aanneemt. Het UWV geeft in het verweerschrift aan dat eiseres een spreekuurcontact heeft gehad met de primaire arts en dat zij de gelegenheid heeft gehad medische informatie te overleggen, wat zij ook heeft gedaan. Eiseres heeft een expertiserapport van Ergatis overgelegd. De FML die door de verzekeringsarts B&B is opgesteld sluit aan op de FML uit het rapport van Ergatis. De rechtbank ziet geen aanleiding om aan te nemen dat de verzekeringsarts B&B niet onpartijdig zou zijn. De stelling van eiseres dat de verzekeringsarts B&B niet onpartijdig is omdat hij bij het UWV in dienst is volgt de rechtbank niet. Bovendien heeft de verzekeringsarts B&B de beperkingen uit de FML behorend bij het expertiserapport van Ergatis overgenomen. Ook ziet de rechtbank in het standpunt van eiseres dat de verzekeringsarts B&B niet onpartijdig zou zijn geen aanleiding om een deskundige te benoemen.
De beoordeling van de belastbaarheid
14. De rechtbank is verder van oordeel dat de verzekeringsarts B&B de medische belastbaarheid van eiseres in het rapport van 11 oktober 2021 op inhoudelijk overtuigende wijze en zonder tegenstrijdigheden heeft gemotiveerd. De verzekeringsarts B&B heeft geconstateerd dat er een paar verschillen zaten tussen de FML die de primaire arts heeft opgesteld en de FML behorend bij het expertiserapport van Ergatis. De verzekeringsarts B&B heeft een nieuwe FML opgesteld waarin deze verschillen zijn weggenomen.
15. Eiseres voert aan dat zij zeer beperkt is in het werken met een toetsenbord. Eiseres is het er niet mee eens dat de visie dat zij zeer beperkt is in het werken met een toetsenbord (zie FML van 18 maart 2019) is verlaten zonder deugdelijke grond en motivering.
16. Het UWV wijst in het verweerschrift op het expertiserapport van Ergatis waarin de verzekeringsarts van Ergatis motiveert waarom zij de eerdere (forsere) beperking op werken met een toetsenbord en muis die door het UWV is gesteld niet kan volgen. De verzekeringsarts van Ergatis acht eiseres minder ernstig beperkt op dit punt. Eiseres kan namelijk gebruik maken van pauzes. Wanneer er sprake is van een optimaal ergonomisch ingerichte werkplek, hoeft zij niet dermate ernstig beperkt te zijn op dit punt. De verzekeringsarts B&B heeft deze overweging meegenomen in de aanpassing van de FML.
17. De rechtbank kan het UWV hierin volgen. Verder is de rechtbank van oordeel dat de medische stukken en het besluit met de IVA-toekenning die eiseres op 31 mei 2023 heeft overgelegd niet relevant zijn voor onderhavige procedure. De stukken zien namelijk op de situatie van na de datum in geding. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat eiseres op 3 mei 2021 in staat moet worden geacht arbeid te verrichten als daarbij rekening wordt gehouden met de beperkingen die de verzekeringsarts B&B heeft vastgesteld. Gelet op het voorgaande ziet de rechtbank geen aanleiding om een onafhankelijk deskundige te benoemen, zoals eiseres heeft verzocht.
Arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit
18. De arbeidsdeskundige B&B heeft op grond van de FML van 11 oktober 2021 vastgesteld dat eiseres niet geschikt is voor haar eigen werk als verkoopmedewerker, omdat deze functie haar belastbaarheid overschrijdt. De arbeidsdeskundige B&B heeft vervolgens functies geselecteerd die eiseres in theorie nog wel kan uitvoeren. Dat heeft drie functies (en twee reservefuncties) opgeleverd.
Het gaat om:
- ( sbc-code 315120) Receptionist;
- ( sbc-code 315174) Telefonist, medewerker callcenter;
- ( sbc-code 315173) Telefonisch verkoper.
De reservefuncties zijn:
- ( sbc-code 111010) Medewerker tuinbouw;
- ( sbc-code 315173) Telefonisch verkoper.
19. Eiseres voert aan dat de verzekeringsarts B&B heeft opgemerkt dat er sprake moet zijn van een optimaal ergonomische omgeving maar dat dit bij veel bedrijven niet het geval is. Dit betekent dat niet klakkeloos alle vergelijkbare functies geduid kunnen worden, maar dat er specifiek gekeken moet worden naar functies waar aan die eisen is voldaan.
20. De arbeidsdeskundige B&B heeft in zijn rapport en de resultaat functiebeoordeling voldoende uitgelegd waarom de functies geschikt zijn voor eiseres. De arbeidsdeskundige B&B heeft de knelpunten beoordeeld en toegelicht waarom de functies geschikt zijn. Deze toelichtingen zijn voor de rechtbank begrijpelijk. De rechtbank volgt het UWV ook in de opmerking ter zitting, dat van een werkgever verwacht kan worden dat er zorg wordt gedragen voor een ergonomisch verantwoorde werkplek. De rechtbank vindt dan ook dat het UWV voldoende duidelijk heeft onderbouwd, dat eiseres in staat is de functies te vervullen.
21. De arbeidsdeskundige B&B heeft berekend dat eiseres op 3 mei 2021 met de middelste van de drie geduide functies 82,45% kan verdienen van het loon dat zij verdiende met haar eigen werk, zodat zij voor de overige 17,55% arbeidsongeschikt is.

Conclusie en gevolgen

22. Het UWV heeft terecht besloten de WGA-loonaanvullingsuitkering te beëindigen, omdat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is.
23. Het beroep van eiseres is ongegrond. Dit betekent dat zij geen gelijk krijgt. Omdat eiseres in beroep geen gelijk krijgt, worden de door haar gemaakte proceskosten of het betaalde griffierecht niet vergoed.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan op 22 juni 2023 door mr. R.J. van Lochem, rechter, in aanwezigheid van mr. C.J. Kroon, griffier.
griffier
rechter
De uitspraak is verzonden op 22 juni 2023.
en zal binnen een week na deze datum openbaar gemaakt worden door publicatie op rechtspraak.nl.

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Voetnoten

1.Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten.
2.De sociaal-medische beoordeling is getoetst en akkoord bevonden door een verzekeringsarts.