Wat vindt de rechtbank
10. De vraag is of het UWV terecht stelt dat eiseres 54,84% arbeidsongeschikt is. De rechtbank moet die vraag beantwoorden aan de hand van wat eiseres daartegen in heeft gebracht. Belangrijk punt is dat het gaat om de medische toestand van eiseres op 21 juni 2021 en de vraag welke beperkingen daaruit volgen.
11. Voor zover eiseres in haar beroepschrift verwijst naar dat wat zij in bezwaar heeft aangevoerd, overweegt de rechtbank dat het aan eiseres is om in beroep gemotiveerd en specifiek aan te voeren waarom zij het niet eens is met het bestreden besluit. De verwijzing naar het bezwaarschrift wordt niet als zo’n gemotiveerde en specifieke betwisting opgevat. Daarop is immers gereageerd in het bestreden besluit. Eiseres zal dus moeten aanvoeren waarom zij het met die reactie niet eens is. Gelet hierop zal de rechtbank de beoordeling van het beroep plaatsen in het licht van de in beroep nader uitgewerkte gronden en niet in het licht van hetgeen in bezwaar is aangevoerd.
Medische grondslag van het bestreden besluit
12. De rechtbank is van oordeel dat het medisch onderzoek zorgvuldig is verricht. De verzekeringsarts B&B heeft kennis genomen van het dossier en het bezwaar van eiseres. Hij heeft eiseres gesproken tijdens de hoorzitting. Ook heeft hij de door eiseres ingebrachte medische informatie meegewogen in zijn beoordeling, waarbij de rechtbank opmerkt dat ook de informatie van de manueel(/fysio) therapeut van 19 oktober 2021 is betrokken bij de beoordeling. Dat de verzekeringsarts B&B gezegd zou hebben dat het onderzoek een formaliteit was – wat daar ook van zij – kan niet tot de conclusie leiden dat de verzekeringsarts B&B onvoldoende onderzoek heeft verricht en daardoor een onjuist of onvolledig beeld van de medische situatie heeft gehad. Dat neemt niet weg dat de rechtbank het vervelend vindt voor eiseres dat ze zich niet gezien heeft gevoeld. De rechtbank vindt dat de verzekeringsarts B&B op een zorgvuldige en duidelijke manier alle bekende klachten heeft betrokken bij de medische beoordeling. De rechtbank ziet geen reden om aan te nemen dat de verzekeringsarts B&B aspecten van de medische situatie van eiseres heeft gemist.
De beoordeling van de belastbaarheid
13. De rechtbank is van oordeel dat de verzekeringsarts B&B de medische belastbaarheid van eiseres op 21 juni 2021 in het rapport op inhoudelijk overtuigende wijze en zonder tegenstrijdigheden heeft gemotiveerd. De verzekeringsarts B&B heeft aangegeven dat uit de medische informatie in de bezwaarprocedure geen nieuwe medische feiten naar voren komen. Ook ziet hij geen aanleiding om de aangegeven stoornissen en klachtencomplexen voor onjuist te houden. Hij bevestigt de geclassificeerde klachten en neemt deze over. Over de beperkingen licht de verzekeringsarts B&B toe dat pijn niet leidend mag zijn voor aan te nemen belastbaarheid. Gelet op de aanwezige objectief medische informatie ziet hij geen reden om aan te nemen dat eiseres niet normaal belastbaar zou zijn voor rug- en nekbelastende arbeid conform de normaalwaarden van de FML. Er zal sprake zijn van conditieverlies, maar dit wordt niet gezien als ziekte en/of gebrek. Wel acht hij het reëel dat eiseres beperkt is ten aanzien van zeer zware dynamische en langdurige statische belasting van de rug en nek. Hiervoor zijn al beperkingen aangenomen, waarmee volgens de verzekeringsarts B&B voldoende rekening is gehouden met de chronische aspecifieke rug- en nekpijnklachten. Verder acht hij aanvullende beperkingen nodig voor de gebruikte medicatie. Ook neemt hij een urenbeperking aan voor 6 uur per dag en 30 uur per week, door de verstoorde slaap ten gevolge van de stemmingsstoornis. De rechtbank kan deze toelichting volgen. Dat wat eiseres heeft aangevoerd geeft de rechtbank geen reden om aan deze toelichting te twijfelen. De rechtbank zal dat uitleggen.
14. De verzekeringsarts B&B heeft in het rapport van 22 juni 2023 gemotiveerd toegelicht dat de in beroep ingebrachte informatie al bekend was en is betrokken bij de beoordeling of betrekking heeft op de situatie van ver na de datum in geding. Deze informatie leidt niet tot een ander standpunt. De rechtbank kan dit volgen. Voor zover eiseres verwijst naar de informatie van de revalidatiearts, fysiotherapeut en huisarts overweegt de rechtbank dat de verzekeringsarts B&B deze informatie heeft meegewogen in zijn beoordeling. Daar komt bij dat het de expertise is van een verzekeringsarts, niet een behandelaar, om de belastbaarheid in arbeid vast te stellen. De rechtbank ziet dan ook in de medische informatie waar eiseres zich op beroept geen reden om te twijfelen aan de beoordeling van de belastbaarheid.
15. Ten aanzien van de FML, opgesteld door de bedrijfsarts, overweegt de rechtbank dat hier niet de waarde aan kan worden toegekend die eiseres daaraan toegekend wil zien. De beoordeling van een bedrijfsarts wordt verricht in een ander kader (re-integratie), dan de beoordeling van een verzekeringsarts (beoordeling van de arbeidsongeschiktheid). Zoals ook staat toegelicht in het schrijven van de bedrijfsarts kan aan het ‘inzetbaarheidsprofiel’
(de rechtbank begrijpt dat hiermee de FML bedoeld wordt)geen rechten worden ontleend bij de aanvraag van een WIA-uitkering. De arbeidsongeschiktheidsbeoordeling is voorbehouden aan het UWV. De verzekeringsarts B&B is ook niet gehouden tot (bijzondere) motivering bij afwijking van de FML van de bedrijfsarts.
16. De stelling dat de mentale klachten onbesproken zijn gebleven acht de rechtbank onjuist. Uit het rapport van de verzekeringsarts B&B komt naar voren dat er sprake is van verstoorde slaap, als symptoom van een stemmingsstoornis. Hiervoor wordt een urenbeperking aangenomen. De verzekeringsarts B&B heeft kenbaar en inzichtelijk de psychische gezondheid van eiseres meegenomen in zijn beoordeling, inclusief de psychische klachten ten gevolge van het overlijden van de patiënt van eiseres. De rechtbank ziet dan ook geen reden om aan deze beoordeling te twijfelen.
17. De verzekeringsarts B&B heeft, gelet op de gebruikte medicatie (tramadol/paracetamol), aanvullende beperkingen aangenomen voor verhoogd persoonlijk risico, werken met gevaarlijke machines en werken met scherp handgereedschap. Eiseres acht een aanvullende beperking nodig voor het vasthouden van aandacht, waarbij eiseres verwijst naar een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep(CRvB). De rechtbank overweegt dat de beperkingen dienen te worden vastgesteld aan de hand van het individuele geval van eiseres. De aangehaalde jurisprudentie kan eiseres dan ook niet baten, nu gesteld noch gebleken is dat de situatie van de belanghebbende in die zaak (volledig) overeenkomt met de situatie van eiseres. Verder merkt de rechtbank op dat uit de ingebrachte informatie in bezwaar blijkt dat eiseres driemaal daags tramadol/paracetamol neemt. De arts heeft tijdens het spreekuur echter geen afwijkingen ten aanzien van het bewustzijn, aandacht, concentratie of geheugen geobjectiveerd. Gelet hierop ziet de rechtbank geen aanleiding om te twijfelen aan de beoordeling van de verzekeringsarts B&B.
18. De verzekeringsarts B&B heeft in het rapport van 23 augustus 2023 gemotiveerd waarom er in het geval van eiseres geen sprake is van ADL-afhankelijkheid. Iemand is ADL-afhankelijk wanneer diegene bij zeer basale activiteiten die van belang zijn voor de primaire fysieke zelfstandigheid afhankelijk is van een ander. De verzekeringsarts B&B heeft aangegeven dat er bij eiseres geen sprake is van algehele afhankelijkheid. Uit het rapport van de arts van 23 juli 2021blijkt dat eiseres zich binnenshuis kon verplaatsen. Ze heeft geregeld hulp nodig, soms dagelijks, maar niet altijd en niet iedere dag. De verzekeringsarts B&B verwijst naar de informatie van de revalidatiearts en primaire arts. Het beeld dat eiseres op de zitting van haar situatie rond de datum in geding heeft geschetst kan de rechtbank niet rijmen met het beeld zoals dit volgt uit het rapport van de arts. In dit rapport wordt bij het dagverhaal vermeld dat eiseres twee á drie dagen per week niet uit bed kan komen, maar op de andere dagen helpt ze met de verzorging van haar zoon en kookt ze het avondeten. Verder probeert ze af te wassen, te stofzuigen en rijdt ze auto over kleine afstanden. Gelet hierop kan de rechtbank niet zonder meer uitgaan van het beeld dat eiseres op de zitting heeft geschetst. De rechtbank kan de verzekeringsarts B&B daarom volgen in zijn standpunt dat er geen sprake is van algehele afhankelijkheid.
19. Eiseres heeft aangegeven dat zij zich veelvuldig ziek zal moeten melden in verband met de door haar ervaren beperkingen, waardoor er sprake is van excessief ziekteverzuim. De verzekeringsarts B&B en de arts hebben overwogen dat er een discrepantie is tussen de beleving van eiseres van haar klachten en de mate waarin de klachten medisch objectief vast te stellen zijn. De verzekeringsarts B&B heeft toegelicht waarom hij eiseres voor 6 uur per dag en 30 uur per week belastbaar acht. De rechtbank kan eiseres niet volgen in haar standpunt, omdat in de verzekeringsgeneeskundige beoordeling niet uitsluitend wordt afgegaan op hoe eiseres haar klachten zelf ervaart. Er is geen aanleiding om aan te nemen dat excessief ziekteverzuim objectief medisch kan worden onderbouwd.
20. In de systematiek van de arbeidsongeschiktheidsbeoordeling zijn niet de ervaren klachten of de diagnose doorslaggevend, maar de mate waarin beperkingen ten aanzien van het verrichten van arbeid als gevolg van die klachten objectief medisch kunnen worden onderbouwd. Zonder afbreuk te willen doen aan de door eiseres ervaren impact van haar klachten op het dagelijks leven, merkt de rechtbank op dat er geen medisch objectieve onderbouwing is voor verdergaande beperkingen op 21 juni 2021. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat eiseres op 21 juni 2021 in staat moet worden geacht arbeid te verrichten als daarbij rekening wordt gehouden met de beperkingen die de verzekeringsarts B&B heeft vastgesteld in de FML van 28 januari 2022.
Arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit
21. De arbeidsdeskundige B&B heeft bevestigd dat eiseres niet geschikt is voor haar eigen werk als persoonlijk begeleider PGB, omdat deze functie haar belastbaarheid overschrijdt. De arbeidsdeskundige B&B heeft op grond van de FML van 28 januari 2022 functies gezocht die eiseres in theorie nog wel kan uitvoeren. Dat heeft drie functies opgeleverd. Het gaat om:
- ( sbc-code 111180) Productiemedewerker industrie;
- ( sbc-code 267041) Assemblagemedewerker elektrotechnische producten;
- ( sbc-code 111161) Medewerker kleding en textielreiniging.
22. De arbeidsdeskundige B&B heeft in haar rapport van 9 februari 2022 en de resultaat functiebeoordeling uitgelegd waarom deze functies geschikt zijn voor eiseres. De arbeidsdeskundige B&B heeft de knelpunten beoordeeld en toegelicht waarom de functies geschikt zijn. Aanvullend heeft de arbeidsdeskundige B&B in het rapport van 11 mei 2022 toegelicht waarom de gronden van eiseres in beroep niet leiden tot een ander standpunt. Deze toelichting komt er – kort gezegd – op neer dat eiseres een beroep heeft gedaan op aspecten, waarvoor geen beperkingen zijn aangenomen in de FML, of dat de belastbaarheid op de aspecten waarvoor wel beperkingen zijn aangenomen niet wordt overschreden. De rechtbank vindt dat de arbeidsdeskundige B&B in haar rapporten voldoende duidelijk heeft onderbouwd dat eiseres in staat is de functies te vervullen. Daartoe overweegt de rechtbank nog dat de stelling van eiseres dat zij de functies gezien haar ervaren klachten en beperkingen niet kan verrichten in feite is gericht tegen de vastgestelde FML. De rechtbank heeft hiervoor al geoordeeld dat er geen reden is om aan die vaststelling te twijfelen.
23. De arbeidsdeskundige B&B heeft berekend dat eiseres op 21 juni 2021 met de middelste van de drie geduide functies 45,16% kan verdienen van het loon dat zij verdiende met haar eigen werk, zodat zij voor de overige 54,84% arbeidsongeschikt is.