ECLI:NL:RBLIM:2023:6903

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
22 november 2023
Publicatiedatum
24 november 2023
Zaaknummer
10575998 \ CV EXPL 23-2668
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis in huurrechtelijke geschil met bijzondere overeenkomst

In deze zaak heeft de Stichting Zowonen, gevestigd in Sittard, verzet ingesteld tegen een verstekvonnis van de rechtbank Limburg, locatie Maastricht, dat op 3 mei 2023 was gewezen. Dit verstekvonnis was het gevolg van een vordering van Zowonen om de gedaagde, wonend in [woonplaats], te veroordelen tot ontruiming van de gehuurde woning. De gedaagde heeft op 15 juni 2023 verzet ingesteld tegen dit verstekvonnis en heeft verweer gevoerd. Tijdens de procedure hebben partijen op 18 september 2023 medegedeeld dat zij overeenstemming hebben bereikt, waarbij Zowonen akkoord ging met de vernietiging van het verstekvonnis.

De kantonrechter heeft op 22 november 2023 geoordeeld dat de gedaagde ontvankelijk is in haar verzet, aangezien er geen belemmeringen zijn voor de tijdigheid van het verzet. Aangezien partijen overeenstemming hebben bereikt, was een verdere inhoudelijke beoordeling van de zaak niet meer aan de orde. Het verstekvonnis van 3 mei 2023 werd vernietigd, en Zowonen werd veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van de gedaagde, met uitzondering van de kosten die voortvloeien uit het niet verschijnen van de gedaagde in de eerste instantie, die voor haar rekening komen.

De beslissing van de kantonrechter houdt in dat het gevorderde door de gedaagde wordt afgewezen, en dat Zowonen de kosten van de procedure moet vergoeden, tot op heden begroot op € 199,00 aan salaris voor de gemachtigde van de gedaagde. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10575998 \ CV EXPL 23-2668
Vonnis van de kantonrechter van 22 november 2023
in de zaak van:
de stichting
STICHTING ZOWONEN,
gevestigd in Sittard,
oorspronkelijke eisende partij,
gedaagde partij in verzet,
gemachtigde R.H.M. Vleeshouwers,
tegen:
[gedaagde],
wonend in [woonplaats] ,
oorspronkelijke gedaagde partij,
eisende partij in verzet,
gemachtigde mr. R.A. Wijnands.
Partijen zullen hierna Zowonen en [gedaagde] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
[gedaagde] heeft bij exploot van dagvaarding van 15 juni 2023 verzet ingesteld tegen een op vordering van Zowonen door de rechtbank Limburg, locatie Maastricht, gewezen verstekvonnis van 3 mei 2023 (met zaaknummer 10393057 CV EXPL 23-1020) en heeft alsnog verweer gevoerd.
1.2.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- de beslissing (bij brief) waarbij een mondelinge behandeling is bepaald op 22 september 2023;
- het schrijven van Zowonen waaruit blijkt dat partijen overeenstemming hebben bereikt en zij akkoord gaat met de vernietiging van voornoemd verstekvonnis.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

Zowonen verhuurt aan [gedaagde] de woning aan de [adres] in [woonplaats] .

3.Het geschil

3.1.
In de op 7 maart 2023 uitgebrachte dagvaarding heeft Zowonen op grond van artikel 7:220 BW (primair) gevorderd, bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen tot ontruiming van het gehuurde, binnen twee dagen na betekening van het vonnis en tot betaling van de proces –en nakosten.
3.2.
Bij voornoemd verstekvonnis van 15 juni 2023 heeft de kantonrechter deze vorderingen van Zowonen toegewezen.
3.3.
[gedaagde] komt in verzet tegen voornoemd verstekvonnis en vordert [gedaagde] te ontheffen van de veroordeling tot ontruiming van het gehuurde en de vordering tot ontruiming alsnog af te wijzen, met veroordeling van Zowonen tot betaling van de proceskosten.
3.4.
Bij brief van 18 september 2023 hebben partijen medegedeeld dat zij “overeenstemming hebben bereikt waarmee de kwestie is opgelost”. Zowonen heeft daarbij tevens medegedeeld akkoord te gaan met de vernietiging van het verstekvonnis.

4.De beoordeling

4.1.
Gesteld noch gebleken is dat [gedaagde] niet tijdig in verzet is gekomen van het verstekvonnis van 3 mei 2023, zodat zij ontvankelijk is in haar verzet.
4.2.
Nu partijen hebben medegedeeld dat zij overeenstemming hebben bereikt zal de kantonrechter dienovereenkomstig beslissen. Een verdere inhoudelijke beoordeling van de zaak is daardoor niet meer aan de orde.
4.3.
Nu het verstekvonnis wordt vernietigd zal Zowonen als de in het ongelijk gestelde partij tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] worden veroordeeld. De kosten van de betekening van het verstekvonnis en van het uitbrengen van de verzetdagvaarding zullen echter op grond van het bepaalde in artikel 141 Rv voor rekening van [gedaagde] komen, omdat deze kosten een gevolg zijn van het feit dat zij in eerste instantie niet in het geding is verschenen.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
vernietigt het op 3 mei 2023 onder zaaknummer 10393057 CV EXPL 23-1020 gewezen verstekvonnis,
en opnieuw beslissend
5.2.
wijst het gevorderde af,
5.3.
veroordeelt Zowonen in de kosten van deze procedure, aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op € 199,00 aan salaris gemachtigde,
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P.J. Quaedackers en in het openbaar uitgesproken op 22 november 2023.
LC