ECLI:NL:RBLIM:2023:6929

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
27 november 2023
Publicatiedatum
27 november 2023
Zaaknummer
C/03/323524 / HA RK 23-179
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verwerping van nalatenschap en verwijdering uit boedelregister na faillissement

Op 27 november 2023 heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, een beschikking gegeven in de zaak met zaaknummer C/03/323524 / HA RK 23-179. Deze beschikking betreft het verzoek van de curator in het faillissement van [belanghebbende] om de registratie van de akte tot verwerping van de nalatenschap van zijn vader, [erflater], uit het boedelregister te verwijderen. De curator stelt dat [belanghebbende] de verklaring tot verwerping van de nalatenschap heeft afgelegd na de datum van faillissement, waardoor hij volgens de curator niet bevoegd was om deze verklaring af te leggen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaring tot verwerping van de nalatenschap is afgelegd na het uitspreken van het faillissement van [belanghebbende]. Dit betekent dat de registratie in het boedelregister niet in overeenstemming is met de wet. De rechtbank heeft daarom besloten om het verzoek van de curator toe te wijzen en de registratie van de verklaring tot verwerping van de nalatenschap uit het boedelregister te verwijderen. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. B.R.M. de Bruijn.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rekestnummer: C/03/323524 / HA RK 23-179
Beschikking van 27 november 2023
naar aanleiding van het verzoek van
[verzoeker] , handelend in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van [belanghebbende],
kantoorhoudend te Voerendaal,
verzoeker,
advocaat [verzoeker] .
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
[belanghebbende],
verblijvend te Roermond,
advocaat mr. B. Keybeck.
Partijen worden hierna de curator en [belanghebbende] genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met bijlagen, ter griffie ontvangen op 24 oktober 2023,
  • de brief van de griffier aan de curator van 27 oktober 2023,
  • de brief van de curator van 31 oktober 2023,
  • de brief van de griffier van 9 november 2023 aan [belanghebbende] , houdende de oproeping voor de behandeling van het verzoek op 27 november 2023,
  • de brief van de griffier van 13 november 2023 aan de curator, houdende de oproeping voor de behandeling van het verzoek op 27 november 2023,
  • de brief met bijlagen 1 t/m 3 namens de curator, ter griffie ontvangen op 17 november
  • het e-mailbericht van mr. Keybeck aan de rechtbank van 22 november 2023,
  • het verweerschrift met bijlagen, ter griffie ontvangen op 23 november 2023.
1.2.
Vervolgens is de beschikking bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1.
Bij vonnis van deze rechtbank van 22 november 2016 is [belanghebbende] in staat van faillissement verklaard met aanstelling van de curator tot curator (insolventienummer F.03/16/351).
2.2.
Op [overlijdensdatum] 2020 is in Sittard-Geleen overleden [erflater] , geboren te [geboorteplaats 1] op [geboortedatum 1] 1945 en laatstelijk gewoond hebbend te [woonplaats] . Het betreft de vader van [belanghebbende] .
2.3.
[belanghebbende] heeft op 31 december 2021 ter griffie van deze rechtbank een verklaring als bedoeld in artikel 4:191 lid 1 Burgerlijk Wetboek afgelegd houdende de verwerping van de nalatenschap van zijn vader (hierna: erflater). De verklaring is door de griffier ingeschreven in het boedelregister.

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
Het verzoek strekt ertoe dat de rechtbank aan de griffier opdraagt om de registratie van de akte tot verwerping van de nalatenschap van erflater uit het boedelregister te verwijderen.
3.2.
De curator stelt ter onderbouwing van zijn verzoek dat [belanghebbende] de verklaring tot de verwerping van de nalatenschap van erflater heeft afgelegd ruim na de datum van faillissement. Omdat een gefailleerde op basis van art. 73 Faillissementswet van rechtswege de beschikking en het beheer over zijn tot het faillissement behorend vermogen verliest, was [belanghebbende] volgens de curator echter niet bevoegd om de nalatenschap van zijn vader te verwerpen.
3.3.
Namens [belanghebbende] is bericht dat hij zich niet tegen het verzoek verzet en dat dit door de rechtbank kan worden toegewezen.

4.De beoordeling

Gelet op het feit dat de verklaring tot verwerping van de nalatenschap door [belanghebbende] is afgelegd na het uitspreken van zijn faillissement, is er alle aanleiding om aan te nemen dat de registratie van deze verklaring in het boedelregister betekent dat de informatie in het boedelregister niet in overeenstemming is met hetgeen rechtens is. Daarom acht de rechtbank het aangewezen dat deze registratie uit het boedelregister wordt verwijderd. Het verzoek zal dus worden toegewezen.

5.De beslissing

De rechtbank
draagt de griffier op om de registratie van de verklaring strekkende tot verwerping van de nalatenschap van:
[erflater] , geboren te [geboorteplaats 1] op [geboortedatum 1] 1945 en overleden te [overlijdensplaats] op [overlijdensdatum] 2020
door
[belanghebbende] , geboren te [geboorteplaats 2] op [geboortedatum 2] 1970,gedaan op
31 december 2021
te verwijderen uit het boedelregister.
Deze beschikking is gegeven door mr. B.R.M. de Bruijn en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: AH