Uitspraak
RECHTBANK Limburg
2. de besloten vennootschap
3. de besloten vennootschap
1.De procedure
- de producties 15 tot en met 17 van [eisers] ,
-de mondelinge behandeling van 29 februari 2024,
- de pleitnota van Rabobank.
2.De feiten
“Wij bieden u de volgende financiering aan (..): een geldlening van € 2.500.000 (..) voor de financiering van de overname van Jachthaven Maastricht Marina.”In die conceptovereenkomst staat onder het kopje ‘Nog aan te leveren documenten’ van een van de bijlagen:
‘Alle partijen die deel uitmaken van deze overeenkomst dienen volledig geaccepteerd te zijn in het kader van KYC/CDD.’
e-mail van de afdeling KYC van 19 december 2023 doorgestuurd.
loopt er op dit moment nog een KYC onderzoek inzake de contante transactie die recentelijk zijn verricht en ik verwacht eind deze week een uitkomst over dit onderzoek. (..)
20% reductie in percentage inkoopwaarde omzet die cash verloopt (..)
Inzage in het kasboek zodat we kunnen controleren of er idd geen B2B meer contant betaald wordt.(..)
3.Het geschil
4.De beoordeling
e-mail is een reactie op een telefoongesprek van diezelfde dag tussen [naam senior accountmanager] en [naam bestuurder] . In dat telefoongesprek heeft [naam senior accountmanager] [naam bestuurder] erop gewezen dat er signalen waren bij de afdeling KYC die aanleiding gaven tot een nieuw, nader, onderzoek, dat een commissie daarover nog zou oordelen en dat de uitkomst niet zeker was. Dat dit gesprek op die dag heeft plaatsgevonden, blijkt ook uit de belgeschiedenis van [naam senior accountmanager] . Rabobank wijst verder op de e-mail van 18 januari 2024 (zie r.o. 2.14.) waaruit valt op te maken dat [eisers] erover geïnformeerd zijn dat de verstrekking van het krediet nog afhing van het advies van de commissie. De ‘KYC signalen’ die genoemd zijn in de e-mail van
26 januari 2024 (zie r.o. 2.18.) zien op de extreem hoge contante geldstroom bij [eiseres sub 1] , in combinatie met het ontbreken van een harde toezegging door haar over de mate van het omlaag brengen van die contante geldstroom.
19 december 2023 wordt doorgezonden. Dat past bij een reactie op een net gevoerd telefoongesprek waarin verteld is over een nieuw onderzoek. Ook de inhoud van de e-mail van 18 januari 2024 van [naam bestuurder] (zie r.o. 2.14) wekt de indruk dat [eisers] zich ervan bewust waren dat er een nader klantonderzoek naar de vennootschappen liep dat voor onzekerheid zorgde. [naam bestuurder] schrijft in die e-mail van 18 januari 2024 immers “
Zoals vernomen begreep ik dat er nog een intern onderzoek loopt aangaande de contante opnames.”
178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)