ECLI:NL:RBLIM:2024:3165

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
5 juni 2024
Publicatiedatum
7 juni 2024
Zaaknummer
10974911 \ CV EXPL 24-1235
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis in verzekeringskwestie tussen eiseres en VGZ Zorgverzekeraar N.V.

In deze zaak heeft eiseres in verzet, vertegenwoordigd door mr. D.M. Gijzen, zich verzet tegen een verstekvonnis dat op 3 januari 2024 door de kantonrechter is gewezen in een geschil met VGZ Zorgverzekeraar N.V. (hierna: VGZ). Eiseres had een zorgverzekering afgesloten bij VGZ en was in gebreke gebleven met de betaling van premies en zorgkosten, wat leidde tot een vordering van VGZ tot betaling van € 1.407,16. Eiseres vorderde in verzet dat het verstekvonnis werd vernietigd en VGZ niet-ontvankelijk werd verklaard in haar vordering, dan wel dat deze werd afgewezen.

Tijdens de procedure heeft VGZ aangegeven om moverende redenen niet verder te willen procederen en verzocht om doorhaling van de zaak. Eiseres ging akkoord met doorhaling, maar alleen onder de voorwaarde dat VGZ in de proceskosten werd veroordeeld. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het verzet tijdig en op de juiste wijze was ingesteld. Gezien VGZ's verzoek om doorhaling, werd geconcludeerd dat VGZ haar vordering niet langer wenste te handhaven, waardoor de vordering voor afwijzing gereed lag.

De kantonrechter heeft het verzet gegrond verklaard, het verstekvonnis vernietigd en de vorderingen van VGZ afgewezen. VGZ werd veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die op € 306,00 werden begroot, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving. Tevens werd de wettelijke rente over de proceskosten toegewezen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANKLIMBURG
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10974911 \ CV EXPL 24-1235
Vonnis van 5 juni 2024
in de zaak van
[eiseres in verzet],
wonende te [woonplaats] ,
eisende partij in verzet,
hierna te noemen: [eiseres in verzet] ,
gemachtigde: mr. D.M. Gijzen,
tegen
de naamloze vennootschap
VGZ ZORGVERZEKERAAR N.V. betreffende BEWUZT,
gevestigd en kantoor houdende te Arnhem,
gedaagde partij in verzet,
hierna te noemen: VGZ,
gemachtigde: Inkassier Gerechtsdeurwaarders & Incasso.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het door de kantonrechter op 3 januari 2024 tussen VGZ als eisende partij en [eiseres in verzet] als gedaagde partij bij verstek gewezen vonnis onder zaaknummer 10837105 CV EXPL
23-5517
- de verzetdagvaarding
- de akte van VGZ in oppositie
- de akte van [eiseres in verzet] in oppositie.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

[eiseres in verzet] heeft met VGZ een verzekering als bedoeld in de Zorgverzekeringswet afgesloten, op grond waarvan [eiseres in verzet] aan VGZ onder andere premie en betaling van zorgkostenfacturen verschuldigd is. [eiseres in verzet] heeft in totaal een bedrag van € 1.142,58 aan premies en zorgkostenfacturen onbetaald gelaten.

3.Het geschil

3.1.
VGZ heeft in de verstekprocedure gevorderd dat de kantonrechter bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis [eiseres in verzet] zal veroordelen tot betaling van € 1.407,16 (€ 1.142,58 aan hoofdsom, € 175,72 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 173,27 aan wettelijke rente, minus € 84,41 nu dit bedrag reeds is voldaan door [eiseres in verzet] ), vermeerderd met de wettelijke rente over € 1.142,58 vanaf 2 november 2023, alsmede de proceskosten en de nakosten.
3.2.
Bij verstekvonnis van 3 januari 2024 is [eiseres in verzet] veroordeeld om aan VGZ te betalen een bedrag van € 1.058,17, vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 7 november 2023, met veroordeling van [eiseres in verzet] in de proceskosten en de nakosten.
3.3.
[eiseres in verzet] vordert bij verzetdagvaarding om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, het verzet gegrond te verklaren, het vonnis van 3 januari 2024 onder zaaknummer 10837105 CV EXPL 23-5517 gewezen, te vernietigen en, opnieuw rechtdoende met aanvulling en/of verbetering van gronden, VGZ alsnog niet-ontvankelijk in haar vordering te verklaren, haar deze althans te ontzeggen als zijnde verjaard dan wel ongegrond en/of onbewezen en VGZ te veroordelen in de proceskosten, de nakosten en de wettelijke rente over deze kosten.
3.4.
VGZ heeft bij akte medegedeeld dat zij om haar moverende redenen van verder procederen wenst af te zien en verzoekt om doorhaling van de zaak ter rolle.
3.5.
[eiseres in verzet] verzoekt de kantonrechter per akte primair om voor recht te verklaren dat de vorderingen van VGZ zijn verjaard onder veroordeling van VGZ in de proceskosten. Subsidiair gaat [eiseres in verzet] akkoord met doorhaling ter rolle onder veroordeling van VGZ in de proceskosten.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het verzet is tijdig en op de juiste wijze ingesteld, zodat [eiseres in verzet] in haar verzet kan worden ontvangen.
4.2.
Gelet op de door VGZ ongemotiveerd verzochte doorhaling ter rolle van de procedure dient het ervoor te worden gehouden dat zij haar vordering niet langer wenst te handhaven en ligt die vordering voor afwijzing gereed. De kantonrechter komt dan niet meer toe aan de beoordeling van het verjaringsverweer van [eiseres in verzet] .
4.3.
De kantonrechter begrijpt het standpunt van [eiseres in verzet] zodanig dat zij subsidiair instemt met doorhaling van de procedure onder voorwaarde van betaling van de proceskosten door VGZ. Nu [eiseres in verzet] een voorwaarde aan de medewerking aan de doorhaling ter rolle heeft gesteld is de conclusie dat niet beide partijen instemmen met de doorhaling ter rolle, zodat de kantonrechter daartoe niet zal overgaan.
4.4.
Het verzet is gegrond. De initiële vordering van VGZ zal op grond van het voorgaande moeten worden afgewezen, met veroordeling van VGZ in de proceskosten. De proceskosten van [eiseres in verzet] worden begroot op:
- salaris gemachtigde
204,00
(1,00 punten × € 204,00)
- nakosten
102,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
306,00
4.5.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
verklaart het verzet gegrond,
5.2.
vernietigt het door de kantonrechter op 3 januari 2024 onder zaaknummer 10837105 CV EXPL 23-5517 gewezen verstekvonnis,
5.3.
wijst de vorderingen van VGZ af,
5.4.
veroordeelt VGZ in de proceskosten van € 306,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als VGZ niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.5.
veroordeelt VGZ tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
5.6.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.7.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P.J. Quaedackers en in het openbaar uitgesproken op
5 juni 2024.
SH