ECLI:NL:RBLIM:2024:3879
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag tegemoetkoming voor slachtoffers van geweld in de jeugdzorg
In deze uitspraak van de Rechtbank Limburg, gedaan op 1 juli 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een tegemoetkoming voor slachtoffers van geweld in de jeugdzorg beoordeeld. Eiser had een aanvraag ingediend op basis van de Tijdelijke regeling financiële tegemoetkoming voor slachtoffers van geweld in de jeugdzorg, maar deze werd afgewezen omdat er geen sprake was van residentieel verblijf. De commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven handhaafde deze afwijzing in de beslissing op bezwaar. Eiser verbleef van 2006 tot 2008 in het Medisch Kinderdagverblijf Parkstad Uitkijktoren, maar de rechtbank oordeelt dat hij niet voldoet aan de voorwaarden voor een tegemoetkoming, aangezien hij niet dag en nacht in het medisch dagverblijf verbleef. De rechtbank concludeert dat de commissie terecht heeft geoordeeld dat eiser niet in aanmerking komt voor de tegemoetkoming, omdat de tijdelijke regeling specifiek vereist dat slachtoffers in een instelling verblijven die residentiële hulpverlening biedt. Eiser heeft aangevoerd dat zijn ervaringen voldoen aan de criteria voor de tegemoetkoming, maar de rechtbank stelt vast dat de bewijslast bij de aanvrager ligt en dat er onvoldoende bewijs is geleverd voor residentieel verblijf. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst erop dat de tijdelijke regeling niet bedoeld is om alle slachtoffers van geweld te compenseren, maar slechts een specifieke groep.