ECLI:NL:RBLIM:2024:482

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
31 januari 2024
Publicatiedatum
2 februari 2024
Zaaknummer
10571571 \ CV EXPL 23-2638
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • S.C. Hagedoorn
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake herroeping van overeenkomst en informatieplicht bij consumentenovereenkomsten

In deze zaak, die voor de kantonrechter van de Rechtbank Limburg is behandeld, heeft eiser, h.o.d.n. [handelsnaam], een vordering ingesteld tegen gedaagde, wonende te [woonplaats 2], met betrekking tot onbetaalde facturen voor kitwerkzaamheden die in juli 2022 zijn uitgevoerd. De kern van het geschil betreft de vraag of de overeenkomst tussen partijen rechtsgeldig tot stand is gekomen en of gedaagde recht had op herroeping van deze overeenkomst. De kantonrechter heeft vastgesteld dat partijen in juni en juli 2022 overeenkomsten hebben gesloten, maar dat gedaagde de overeenkomst op 16 juni 2023 heeft herroepen. De kantonrechter oordeelt dat eiser niet heeft voldaan aan zijn informatieverplichtingen jegens gedaagde, zoals vastgelegd in de artikelen 6:230m en 6:230t BW, waardoor de herroepingstermijn voor gedaagde is verlengd. Aangezien gedaagde tijdig heeft herroepen, wordt de vordering van eiser afgewezen. De kantonrechter heeft eiser bovendien veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, die op nihil zijn begroot.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10571571 \ CV EXPL 23-2638
Vonnis van de kantonrechter van 31 januari 2024
in de zaak van:
[eiser],
h.o.d.n. [handelsnaam],
wonende en zaakdoende te [woonplaats 1] ,
eiser,
gemachtigde: mr. M.G. Lodewijk,
tegen:
[gedaagde],
wonende te [woonplaats 2] ,
gedaagde,
procederend in persoon.
Partijen worden hierna genoemd: ‘ [eiser] ’ en ‘ [gedaagde] ’.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 16 mei 2023, met bijlagen;
  • de conclusie van antwoord, met bijlagen;
  • de conclusie van repliek;
  • de conclusie van dupliek, met bijlagen;
  • de akte uitlating producties namens eiser.
1.2.
Ten slotte is bepaald dat er een vonnis zal worden uitgesproken.

2.De beoordeling

De kern van de zaak
2.1.
Partijen hebben in juni en juli 2022 overeenkomsten met elkaar gesloten voor het uitvoeren van kitwerkzaamheden door [eiser] in de woning van [gedaagde] . De factuur voor de in juli 2022 uitgevoerde werkzaamheden is door [gedaagde] niet betaald. [eiser] vordert daarvan betaling. Die vordering zal worden afgewezen, omdat [gedaagde] de aan die factuur ten grondslag liggende overeenkomst op 16 juni 2023 heeft herroepen.
De overeenkomst is tot stand gekomen buiten de verkoopruimte, dan wel op afstand
2.2.
Partijen zijn het erover eens dat zij een tweetal overeenkomsten zijn aangegaan, maar zij verschillen van standpunt over de wijze van totstandkoming hiervan en welke juridische gevolgen dat met zich meebrengt. [eiser] heeft gesteld dat [gedaagde] hem aanvankelijk per e-mail heeft benaderd en dat partijen vervolgens telefonisch de werkzaamheden en de geldende voorwaarden zijn overeengekomen. Het inplannen van de afspraken is ook per e-mail gegaan. Voor de tweede opdracht in juli 2022 (hierna: ‘de tweede overeenkomst’) geldt dat partijen al met elkaar bekend waren en dat [eiser] bij [gedaagde] is langs geweest om ter plaatse de werkzaamheden te bepalen. Daarom is er geen sprake van een overeenkomst op afstand, aldus [eiser] . [gedaagde] betwist dit en concludeert dat er ook bij de tweede overeenkomst sprake is van een overeenkomst op afstand. Zelfs als het klopt wat door [eiser] is aangevoerd over de tweede overeenkomst, geldt dat partijen de overeenkomst buiten de verkoopruimte van [eiser] hebben gesloten. Hierdoor had [eiser] als handelaar jegens [gedaagde] als consument moeten voldoen aan de informatieverplichtingen als genoemd in artikelen 6:230m en 6:230t BW.
2.3.
De kantonrechter volgt [gedaagde] in haar stellingen dat in ieder geval sprake is van een overeenkomst gesloten buiten de verkoopruimte van [eiser] , dan wel op afstand. Voor de beoordeling kan in het midden worden gelaten om welke soort het precies gaat, omdat [eiser] in beide gevallen had moeten voldoen aan zijn informatieverplichtingen, zoals vastgelegd in artikel 6:230m en eventueel 6:230t BW.
[eiser] heeft [gedaagde] niet geïnformeerd over haar herroepingsrecht
2.4.
[eiser] heeft hier niet aan voldaan. In ieder geval heeft [eiser] de stelling van [gedaagde] niet betwist dat hij [gedaagde] niet op haar herroepingsrecht gedurende veertien dagen na de totstandkoming van de tweede overeenkomst (artikel 6:230m lid 1 sub h BW) heeft gewezen, zodat van de juistheid van die stelling wordt uitgegaan. Het gevolg daarvan is dat de herroepingstermijn voor [gedaagde] met een maximum van twaalf maanden is verlengd (artikel 6:230s lid 2 BW). De termijn is namelijk verlengd tot het moment waarop [eiser] alsnog alle ontbrekende informatie met betrekking tot deze termijn op de voorgeschreven wijze aan [gedaagde] zou hebben verstrekt. Dit is dus niet gebeurd. Dit houdt in dat [gedaagde] in ieder geval tot 20 juli 2023 de tijd had om de tweede overeenkomst te herroepen.
[gedaagde] heeft de overeenkomst herroepen
2.5.
[gedaagde] heeft dus op 16 juni 2023 tijdig de tweede overeenkomst herroepen, zodat deze op die datum is beëindigd. Gelet op de inhoud van het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 17 mei 2023 (ECLI:EU:C:2023:413) is [gedaagde] op grond van artikel 6:230s lid 5 onder a onder 1 BW geen kosten aan [eiser] verschuldigd voor de tijdens de herroepingstermijn geleverde diensten. Volgens het Hof van Justitie van de Europese Unie beoogt richtlijn 2011/83/EU, die onder andere is verwerkt in artikelen 6:230m en 6:230s BW, een hoog niveau van consumentenbescherming. De consument kan bij een buiten de verkoopruimte gesloten overeenkomst onder psychologische druk staan of te maken krijgen met een verrassingselement, ongeacht of zij zelf om de dienst van de handelaar heeft gevraagd. Wanneer de handelaar voor het aangaan van de overeenkomst heeft nagelaten de consument te informeren over haar herroepingsrecht, is zij niet in staat gesteld om met kennis van zaken te beslissen of zij al dan niet met de handelaar de overeenkomst wil aangaan. Om deze reden kan de consument niet worden verplicht om aan de nalatige handelaar een prijs te betalen voor tijdens de herroepingstermijn uitgevoerde diensten. De vordering van [eiser] zal daarom in het geheel worden afgewezen.
2.6.
Aangezien het herroepingsverweer van [gedaagde] slaagt, behoeven de overige gronden die door haar zijn aangedragen, waaronder dat de uitgevoerde werkzaamheden niet beantwoorden aan de overeenkomst, geen bespreking.
Proceskostenveroordeling
2.7.
[eiser] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van [gedaagde] worden veroordeeld. Deze worden begroot op nihil.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst het gevorderde af;
3.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op nihil;
Dit vonnis is gewezen door mr. S.C. Hagedoorn en in het openbaar uitgesproken op 31 januari 2024.