In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 5 februari 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woonpunt en een huurder, aangeduid als [gedaagde]. De vordering van Woonpunt betreft ontruiming van de huurwoning vanwege aanhoudende overlast en huurachterstand. De huurovereenkomst tussen Woonpunt en [gedaagde] is op 29 september 2009 gesloten en de huurprijs bedraagt € 556,06 per maand. Woonpunt heeft [gedaagde] herhaaldelijk gewaarschuwd voor het niet opruimen van afval in de tuin en voor het niet nakomen van huurbetalingen. Ondanks waarschuwingen en een gedragsaanwijzing heeft [gedaagde] geen verbetering laten zien. De huurachterstand bedraagt op het moment van de uitspraak € 2.959,58, en Woonpunt heeft de vordering tot ontruiming ingediend. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde] zich niet als een goed huurder heeft gedragen en dat de ontruiming gerechtvaardigd is. De rechter heeft de ontruimingstermijn vastgesteld op veertien dagen na betekening van het vonnis. Daarnaast is [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en de proceskosten. De kantonrechter heeft ook opgemerkt dat de situatie van [gedaagde] problematisch is door de aanwezigheid van een agressieve inwonende, maar dat dit niet afdoet aan haar verplichtingen als huurder.