ECLI:NL:RBLIM:2024:6660

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
25 september 2024
Publicatiedatum
26 september 2024
Zaaknummer
C/03/334006 / FA RK 24-2642
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wijziging van voornaam in het kader van de persoonlijke identiteit en geloofsovertuiging

Op 25 september 2024 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht een beschikking gegeven inzake een verzoek tot wijziging van de voornaam van de verzoeker. De verzoeker, geboren op [geboortedatum] 1992 te [geboorteplaats], heeft een verzoekschrift ingediend op 22 augustus 2024, waarin hij verzoekt zijn voornaam te wijzigen van '[voornaam 2]' naar '[voornaam 1]'. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker met zijn toelichting voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij in het dagelijks leven hinder ondervindt van zijn huidige voornaam, die geassocieerd wordt met het Islamitische geloof, terwijl hij zich identificeert met het Christelijk geloof. De rechtbank heeft de relevante artikelen van het Burgerlijk Wetboek (BW) in overweging genomen, waaronder artikel 1:4, dat de rechter de bevoegdheid geeft om een wijziging van voornamen te gelasten op verzoek van de betrokken persoon of zijn wettelijke vertegenwoordiger. De rechtbank heeft geoordeeld dat er een zwaarwichtig belang bestaat voor de wijziging van de voornaam, gezien de persoonlijke en sociale impact die de huidige naam op de verzoeker heeft. De rechtbank heeft besloten het verzoek toe te wijzen, waarbij de voornaam '[voornaam 2]' komt te vervallen en wordt gewijzigd in '[voornaam 1]'. De griffier is opgedragen om een afschrift van de beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Amsterdam, met inachtneming van de wettelijke termijnen.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Familie en jeugd
Datum uitspraak: 25 september 2024
Zaaknummer: C/03/334006 / FA RK 24-2642
De enkelvoudige kamer, belast met de behandeling van burgerlijke zaken, heeft de volgende beschikking gegeven inzake:
[verzoeker] ,
verzoeker,
wonende te [woonplaats] ,
advocaat mr. C. van der Zalm,

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Op 22 augustus 2024 is bij de griffie een verzoekschrift ingekomen.

2.De feiten

2.1.
Verzoeker is op [geboortedatum] 1992 te [geboorteplaats] geboren.
2.2.
De geboorteakte van verzoeker komt voor in het register van de burgerlijke stand van de gemeente Amsterdam in het jaar 1992 onder aktenummer 1FA0017.
2.3.
In de basisregistratie personen is verzoeker geregistreerd met de Nederlandse nationaliteit.

3.Het verzoek

3.1.
Het verzoek strekt ertoe dat de rechtbank de wijziging zal gelasten van de voornaam van verzoeker, in die zin dat deze wordt gewijzigd in ‘ [voornaam 1] ’.

4.De beoordeling

4.1.
Artikel 1:4 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek (BW) geeft de rechter de (discretionaire) bevoegdheid op verzoek van de betrokken persoon of van zijn wettelijke vertegenwoordiger de wijziging te gelasten van zijn voornamen.
4.2.
Op grond van voornoemd artikel moet voor een wijziging van de voornamen een voldoende zwaarwichtig belang bestaan. Bepalend bij de vraag of sprake is van een zwaarwichtig belang, is de mate van ongemak en/of overlast die de betrokkene in het dagelijks leven van zijn voornamen ondervindt. Daarbij dienen alle feiten en omstandigheden te worden meegewogen. Verder moet het verzoek worden getoetst aan artikel 1:4 lid 2 BW en moet worden beoordeeld of de gewenste voornamen niet ongepast zijn of overeenstemmen met bestaande geslachtsnamen, tenzij deze tevens gebruikelijke voornamen zijn.
4.3.
De rechtbank is van oordeel dat verzoeker met de door hem gegeven toelichting voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij in het dagelijks leven veel hinder ervaart van de door zijn ouders gekozen voornaam [voornaam 2] . Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.
4.4.
De voornaam van verzoeker is een naam die steevast geassocieerd wordt met het Islamitische geloof, nu deze (onder andere) verwijst naar de naam van een van de volgers van de profeet Mohammed. Verzoeker, die dit geloof niet praktiseert, heeft door deze voornaam echter wel het gevoel dat hij verbonden is aan de Islamitische geloofsovertuiging. Hij ziet zich daardoor tevens geconfronteerd met vooroordelen en er worden daarover ook regelmatig vragen aan hem gesteld, waardoor hij zich genoodzaakt voelt om verantwoording over zijn naam en geloofsovertuiging af te leggen. Dit maakt dat hij zich minder serieus genomen voelt. Verzoeker wil dan ook niet langer via zijn voornaam hiermee worden geassocieerd.
4.5.
Verzoeker voelt al langere tijd een diepe innerlijke verbintenis met het Christelijk geloof. Omdat zijn voornaam echter niet past bij deze geloofsovertuiging en zijn sociale omgeving, mist verzoeker belangrijke aansluiting en ervaart hij een disconnectie met zijn geloof. Hij heeft dan ook de grote wens om zijn naam te wijzigen naar ‘ [voornaam 1] ’. Dit is een Christelijke naam die verwijst naar Jezus en uit de betekenis van deze naam (‘de Heer helpt’) haalt verzoeker veel zelfvertrouwen en energie. Hoewel verzoeker de naam ‘ [voornaam 1] ’ al langere tijd als roepnaam gebruikt, zijn er nog altijd veel momenten waarop hij geconfronteerd wordt met zijn officiële voornaam, zoals bijvoorbeeld bij het invullen van formulieren, het ontvangen van post et cetera. Deze momenten wekken bij verzoeker gevoelens van ergernis, schaamte en verdriet op. Verzoeker heeft continu het gevoel zich te moeten verantwoorden voor het feit dat zijn roepnaam verschilt van zijn officiële naam en het lijkt alsof hij een leven leidt met twee verschillende identiteiten. Verzoeker heeft echter maar één identiteit en dat is ‘ [voornaam 1] ’, nu deze naam recht doet aan wie hij werkelijk is. Verzoeker heeft een langdurig proces ondergaan binnen het Christelijk geloof waarbij hij zich heeft gecommitteerd aan veranderingen op het gebied van leefstijl, denkwijze en kennis over de geschiedenis en vieringen. Voor verzoeker is het wijzigen van zijn naam de laatste stap in dit proces. Daarmee is het zwaarwichtige belang bij de verzochte voornaamswijziging voldoende komen vast te staan.
4.6.
Niet gebleken is van beletselen als bedoeld in artikel 1:4 lid 2 BW. Gezien het vorenstaande zal het verzoek tot wijziging van de voornaam van verzoeker worden toegewezen, in die zin dat de voornaam ‘ [voornaam 2] ’ komt te vervallen en wordt gewijzigd in ‘ [voornaam 1] ’.
4.7.
Ingevolge artikel 1:4 lid 4 BW geschiedt de wijziging van de voornaam doordat van de beschikking een latere vermelding aan de akte van geboorte van de betrokken persoon wordt toegevoegd, overeenkomstig artikel 1:20a lid 1 BW. In verband daarmee dient de griffier niet eerder dan drie maanden na de dag van deze beschikking, en voor zover daartegen geen hoger beroep is ingesteld, een afschrift van de beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Amsterdam in wiens registers de geboorteakte van verzoeker voorkomt.

5.De beslissing:

De rechtbank:
5.1.
gelast de wijziging van de voornaam van [verzoeker] , geboren [geboortedatum] 1992 te [geboorteplaats] , in die zin dat de naam ‘ [voornaam 2] ’ wordt vervangen, zodat de volledige naam komt te luiden: ‘ [verzoeker] ’;
5.2.
bepaalt dat de griffier op de voet van het bepaalde in artikel 1:20e lid 1 BW niet eerder dan drie maanden na de dag van deze beschikking een afschrift daarvan zal zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Amsterdam, dit met het oog op het bepaalde in artikel 1:20 lid 1 en onder a, BW juncto artikel 1:20a lid 1 BW.
Deze beschikking is gegeven door mr. dr. M.C.A.E. van Binnebeke, rechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 25 september 2024.
CS
Tegen deze beschikking kan - uitsluitend door tussenkomst van een advocaat - hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch:
a. door de verzoekende partij en degenen aan wie een afschrift van de beschikking (vanwege de griffier) is verstrekt of verzonden, binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
b. door andere belanghebbenden binnen 3 maanden na betekening daarvan of nadat de beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.