3.3Het oordeel van de rechtbank
Aantreffen hennepkwekerij
Naar aanleiding van een MMA melding op 11 maart 2022, inhoudende dat in de woning aan de [adres] in Landgraaf al ruim vier jaren hennep zou worden gekweekt, en een daarna gehouden netmeting door Enexis, waarbij in- en uitschakelmomenten te zien waren, werd op 7 april 2022 binnengetreden in dit pand. De woning was op dat moment eigendom van [verdachte] .Door een ruit in de kelderdeur werd gezien dat in de kelder jerrycans stonden, ambtshalve bekend als groei- en bloeimiddelen voor hennepteelt. De kelderdeur was afgesloten maar de bewoonster (zijnde de verdachte) opende deze met een sleutel, die hing aan een haakje naast de koelkast. Bij het betreden van de kelder zagen verbalisanten een wasmachine, een strijkplank en vuile was in twee wasmanden staan. Tevens stonden er diverse schoonmaakspullen voor dagelijks gebruik.
Beneden aan de keldertrap stonden diverse goederen welke aanwijzingen zijn voor versnelde hennepteelt. Rechts bevond zich een kelderruimte welke ingericht was als werkruimte. In deze ruimte werd een aan- en afzuiging aangetroffen welke verbonden was met een hennepkwekerij in een kelderruimte. Tevens werden in deze ruimte vier volle en een halve zak met het kweekmedium Mapito aangetroffen. Ook was in deze kelder een ventilator aanwezig welke aanstond. Deze ventilator zorgde voor de luchtverplaatsing richting het kelderraam, koekoek. De deur naar de kelder in het midden was open. Bij het betreden van deze kelder zagen verbalisanten dat dit een voorraadkelder betrof. In deze kelder stonden rekken tegen de muur met voedingsvoorraad zoals potgroenten, conserven, flessen drank etc. Tevens bevond zich in deze kelder een watermeter met welke gefraudeerd was.
In de gang naar de kelder links werd aan de rechtermuur een schakelbord en transformatoren aangetroffen bestemd voor de versnelde teelt van hennepplanten. Tevens stond in deze gang een tafeltje met daarop diverse goederen bestemd voor de versnelde kweek van hennepplanten. Ook werden in de gang diverse jerrycans groei- en bloeimiddelen aangetroffen.
Verbalisanten troffen vervolgens in de linker kelder van de woning een niet in werking zijnde kweekinrichting, nummer 1, aan voor de versnelde kweek van hennep. In deze kwekerij waren geen hennepplanten meer aanwezig. In de kelder bevonden zich zes vuilniszakken waarin restanten van hennepplanten werden aangetroffen. Tevens werden in één vuilniszak lege jerrycans groei- en bloeimiddelen aangetroffen. In deze hennepkwekerij hadden 149 hennepplanten gestaan.
In de tuin werd in een berging, vast aan de woning, een in werking zijnde hennepkwekerij, nummer 2, aangetroffen. De aangetroffen hennepplanten waren nagenoeg oogstrijp.
Verbalisanten zagen dat kweekinrichting 1 onder andere bestond uit 149 bloempotten, 12 assimilatielampen, 1 koolstoffilter en 2 geluidsdempers.
Verbalisanten zagen dat kweekinrichting 2 onder andere bestond uit 241 hennepplanten, 8 Dimlux assimilatielampen, 1 koolstoffilter, 2 geluidsdempers en 1 opticlimate. De planten waren gemiddeld 130 centimeter hoog en ongeveer 8 weken oud. Er werd gebruik gemaakt van een klimaatbeheersingssysteem opticlimate en er werd gebruik gemaakt van C02 toevoeging.
Indicatoren eerdere hennepteelt kweekruimte 1
Verbalisant [naam 2] zag onder andere de navolgende indicatoren met betrekking tot eerdere
hennepoogsten: 5 vuilniszakken met hennepafval en gebruikte Mapito (kweekmedium), 1 vuilniszak gevuld met lege jerrycans groei- en bloeimiddelen, met kalk en algenvorming vervuild watervat, vervuilde dompelpomp, hennepresten op de vloer en aanwezig tafeltje, vervuilde scharen, vervuild strijkijzer (krultang) welke vermoedelijk is gebruikt voor dichtmaken van strijkzakken, lege jerrycans groei- en bloeimiddelen, kalkaanslag aan het Hydrosysteem c.q. druppelsysteem, kalkaanslag aan de onderzijde van alle plantenpotten, stofvorming op de in de kwekerij aanwezige apparatuur, vervuild doek koolstoffilter, houtenplaat bouw kwekerij met productiedatum 30-10-2019, gebruikte stroomkabels met productiedatum 12-2019, aantekening op de muur 300/210 = 510.
Indicatoren eerdere hennepteelt kweekruimte 2
Verbalisant [naam 2] zag onder andere de navolgende indicatoren met betrekking tot eerdere
hennepoogsten: met kalk en algenvorming vervuild watervat, vervuilde dompelpomp, vervuiling waterslang, hennepresten op de vloer en delen hennepkwekerij, met hennep vervuilde scharen, kalkaanslag op aan de onderzijde van alle plantenpotten, stofvorming op de in de kwekerij aanwezige apparatuur, kalender 2021 met aangegeven de kweek weken, kalender 2022 met aangegeven de kweekweken, productiedatum gebruikte stroomkabels 12-11-2018, vervuiling kozijn met THC.
Analyse kalenders
In de voorruimte van kweekinrichting 2 bevonden zich twee kalenders van het jaar 2021 en 2022.
Kweekinrichting 1, kelder:
Aan de hand van de kalenders konden de navolgende 5 oogsten/kweken vastgesteld worden:
In de periode van 11 december 2021 tot en met 7 maart 2022 blijkt uit de kalenders dat er in de kelder hennep geteeld is, echter kloppen de aantekeningen niet geheel qua datums. Derhalve wordt er voor deze periode uitgegaan van 1 hennepkweek.
26 augustus 2021 t/m 28 oktober 2021 (uitgaande van een kweek van 9 weken)
16 juni 2021 t/m 18 augustus 2021 (uitgaande van een kweek van 9 weken)
5 april 2021 t/m 7 juni 2021 (uitgaande van een kweek van 9 weken)
16 januari 2021 t/m 20 maart 2021 (uitgaande van een kweek van 9 weken)
Kweekinrichting 2, berging:
Aan de hand van de kalenders konden de navolgende 2 oogsten/kweken vastgesteld worden:
7 februari 2022 t/m 7 april 2022 (in beslag genomen door politie)
1 november 2021 t/m 6 januari 2022 (uitgaande van een kweek van 8 weken ivm C02)
Aangifte Enexis
[aangever 1] heeft namens Enexis Netbeheer B.V. (hierna: Enexis) aangifte gedaan van diefstal van energie na verbreking van de verzegeling gepleegd in het pand aan de [adres] in Landgraaf.
Uit onderzoek bleek dat er een illegale aansluiting na de hoofdbeveiliging was gemaakt in de
hoofdaansluitkast. Er was een illegale elektriciteitskabel aangelegd die buiten de elektriciteitsmeter om liep naar de elektrische installatie in het betreffende pand en voorzag de aangesloten installatie van elektriciteit. Om deze aftakking te kunnen realiseren is het noodzakelijk geweest dat het door Enexis verzegelde deksel van de hoofdaansluitkast gedemonteerd is of is geweest. De door Enexis aangebrachte zegels zijn dus verwijderd, vervangen en/of gemanipuleerd.
Uit onderzoek bleek eveneens dat de hoofdveiligheden in de aansluitkast van Enexis zijn gemanipuleerd. Door het verzwaren van de hoofdzekeringen is er meer vermogen beschikbaar dan contractueel is overeengekomen met de contractant. Om deze uitbreiding/verzwaring te kunnen realiseren is het noodzakelijk geweest dat het door Enexis verzegelde deksel van de hoofdaansluitkast gedemonteerd is of is geweest. De door Enexis aangebrachte zegels zijn dus verwijderd, vervangen en/of gemanipuleerd.
Aangifte WML
[aangever 2] heeft namens Waterleiding Maatschappij Limburg (hierna: WML) aangifte gedaan van diefstal van water na verbreking van de verzegeling gepleegd in het pand aan de [adres] in Landgraaf. De verzegeling die op 1 april 2009 was aangebracht was verwijderd door de klant en lag los in de ruimte. De watermeter zat verkeerd om in de waterinstallatie. De keerklep was uit de watermeter gehaald en de stand van de watermeter draaide terug. Door het manipuleren van de watermeter in de waterinstallatie werd het waterverbruik voor het normale verbruik en de hennepplantages niet correct door de watermeter geregistreerd.
Onderzoek telefoon [verdachte]
Ten behoeve van het onderzoek werd de mobiele telefoon van de verdachte, [verdachte] , die zij op dat moment in haar bezit had, in beslag genomen. De in de WhatsApp conversaties gebruikte naam van de gebruiker van deze gsm betreft [verdachte] (zijnde de verdachte). Op 21 maart 2022 omstreeks 10.32 uur, deelde [bijnaam medeverdachte 1] het volgende mede aan [verdachte] :
“is ingebroken bij jullie er”. Wat opvallend is, is dat dit gesprek is gewist op 7 april 2022 om 08:57 uur. De politie is de woning binnengetreden op 7 april 2022 om 08.47 uur.
Op 21 maart 2022 om 10:36 uur deelt [verdachte] in een groepsgesprek mede dat er is ingebroken bij haar:
“Bij mij is ingebroken. Tuinman appte. [naam in groepsapp 2] gaat erheen”. Gezien de tijdspanne tussen de berichtgeving van [bijnaam medeverdachte 1] (10.32 uur) en [verdachte] en [verdachte] en de groepsleden (10.36 uur), kan er worden aangenomen dat verdachte [verdachte] [bijnaam medeverdachte 1] bedoelt met ' Tuinman ’.
Op 21 maart 2022 om 11.56 uur, vraagt contact [naam in groepsapp 3] "
Politie gebeld ivm verzekering?", waarop verdachte [verdachte] antwoordt: "
Nee. Gaat toch niet. Ik regel het volgende week."[naam in groepsapp 4] vraagt: "
Die komen dan langs?", waarop [naam in groepsapp 3] antwoordt: "
Dat zeker mr zolang de deur naar onder afgesloten is?". Vervolgens zegt [naam in groepsapp 2] :
“Oké ja ik ga wel iedere dag als die man er niet is dan in de avond kijken”.
Op 21 maart 2022 om 14:12 uur, zegt verdachte [verdachte] :
“ [naam in groepsapp 2] verwijder aub de foto van mijn klusjesman”.
Verklaringen medeverdachte [medeverdachte 1]
Op 23 juni 2022 is [medeverdachte 1] gehoord door de politie. Hij heeft in dat verhoor het volgende verklaard:
Ik ben daar 1,5 jaar geleden gekomen. Als zij (de rechtbank begrijpt: de verdachte) weg was, verzorgde ik daar alles. Ik had binnen een aantal weken alle sleutels. De laatste keer moest ik elke dag komen, in het begin alleen als zij op vakantie was. Zij schreef precies op wat ik moest doen in die hokken. Bijvoorbeeld het is de 5e week en dan moet je dit en zo doen. Ook schreef ze mij altijd op wanneer ze naar Brabant ging naar haar vriend of man. Toen jullie daar zijn binnengevallen kwam ik net de straat ingereden. Ik had met haar afgesproken dat ik voor haar nog een camera zou ophangen. Maar toen ik de politieauto's zag staan dacht ik, en nu wegwezen. [bijnaam verdachte] (de rechtbank begrijpt: de verdachte) had mij nog een berichtje verstuurd dat jullie er waren. Ik heb de inbraak in de woning [adres] Landgraaf ontdekt. Via de telefoon van mijn broer [medeverdachte 2] heb ik dit [verdachte] laten weten. Mijn broer [medeverdachte 2] wist wel af van die hennepkwekerijen maar, ik deed het eigenlijk samen met die vrouw die ik [bijnaam verdachte] noem. Nadat er was ingebroken ben ik een aantal nachten in de woning blijven slapen ter beveiliging. Op vrijdag is haar man uit Brabant gekomen. Ik vond het toen wel welletjes. Ik heb er genoeg geld voor betaald gekregen. Mijn DNA kan aangetroffen zijn in de hennepkwekerijen en het kan kloppen dat een getuige mij heeft herkend als [bijnaam medeverdachte 1] , de klusjesman. Ik ben werkzaam geweest in de hennepkwekerijen. Ik heb alleen water gegeven en potjes gedraaid. Daarmee bedoel ik oude hennepplanten eruit en wortels eruit. Dit deed ik in opdracht van haar. Ik moest dan een of ander spul in de bloempotten doen en vol onder water. Ik denk dat ik ergens in augustus 2021 begonnen ben met watergeven.
Ter terechtzitting van 9 april 2024 is [medeverdachte 1] als getuige in de zaak [verdachte] gehoord en heeft hij het volgende verklaard:
Mevrouw [verdachte] vertelde me dat ik moest opruimen. Drie of vier weken later ben ik begonnen met werkzaamheden in het kader van de hennepteelt. Ik kreeg direct de sleutels van de berging en de poort. Ik sprak haar meestal als ik daar was. Het schrift met aantekeningen dat is aangetroffen, gebruikten wij bij het onderhouden van de hennepkwekerij. Na de inbraak werd mij gevraagd om, in verband met de veiligheid van de plantages, een paar nachten in de woning te blijven slapen.
[medeverdachte 2]
Op 22 juni 2022 is [medeverdachte 2] gehoord door de politie. Hij heeft in dat verhoor het volgende verklaard:
Ik ben behulpzaam geweest bij het telen van hennepplanten op het adres [adres] in Landgraaf. Ik heb daar potjes voor hennepteelt schoongemaakt en lampen vervangen. Ik ben daar via mijn broer terechtgekomen. De plantage is van de bewoonster van het adres [adres] in Landgraaf.
Bewijsoverweging
Uit deze bewijsmiddelen volgt dat op 7 april 2022 in de woning van de verdachte in Landgraaf twee hennepkwekerijen zijn aangetroffen. In kweekruimte 2 stond een in werking zijnde hennepkwekerij met 241 nagenoeg oogstrijpe hennepplanten. In de kweekruimte 1 in de kelder stonden 149 plantenpotten met hennepresten.
Rol van de verdachte feit 1
De rechtbank moet vaststellen of en op welke wijze de verdachte betrokken was bij de aangetroffen hennepkwekerijen. De verdachte en de medeverdachten [medeverdachte 1] en
[medeverdachte 2] hebben hierover uiteenlopende verklaringen afgelegd.
De verdachte heeft -kort gezegd- verklaard dat zij louter de ruimtes, althans een van de ruimtes, heeft verhuurd aan een onbekende derde en dat zij hiermee slechts medeplichtig kan worden geacht aan het ten laste gelegde onder feit 1. De rechtbank acht die verklaring evenwel niet geloofwaardig en overweegt daartoe als volgt.
Bij de politie heeft de verdachte verklaard dat zij zowel de berging als de kelder verhuurde, maar ter terechtzitting van 9 april 2024 heeft zij verklaard dat zij alleen de berging verhuurde. Bij de politie verklaarde de verdachte dat zij voor de verhuur per maand € 100,- per ruimte ontving, maar ter terechtzitting van 9 april 2024 heeft zij verklaard dat zij
€ 2.500,- per maand ontving. Bij de politie verklaarde de verdachte dat zij niet wist waarvoor de gehuurde ruimtes werden gebruikt, maar ter terechtzitting van 9 april 2024 bleek dat zij wel wist dat in de berging een hennepkwekerij was opgezet. De verdachte verklaart derhalve op vele belangrijke punten inconsistent, hetgeen de verklaringen van de verdachte onbetrouwbaar maken. Ter terechtzitting van 9 april 2024 heeft de verdachte voorts verklaard dat zij op straat aan de praat raakte met een voor haar onbekende man die haar voorstelde dat zij wat kon bijverdienen, omdat deze onbekende man vanaf de straat kon zien dat de verdachte in haar berging ruimte had voor een hennepplantage. De rechtbank acht het ongeloofwaardig dat een onbekende voorbijganger dit soort illegale praktijken op straat ter sprake brengt en dit vanaf de straat kan vaststellen, temeer nu de betreffende berging, zoals blijkt uit de foto’s in het procesdossier, vanaf de straat niet te zien is. De rechtbank gelooft evenmin dat een onbekende derde bij de hennepkwekerijen in de woning van de verdachte betrokken was, zoals de verdachte heeft gesteld. Desgevraagd en meermaals daartoe in de gelegenheid gesteld heeft de verdachte geen enkele concrete en verifieerbare informatie verstrekt over de persoon die de hennepkwekerijen dan in haar woning zou hebben opgezet en aan wie zij de ruimtes zou hebben verhuurd. Het dossier bevat bovendien geen enkele aanwijzing dat een onbekende derde bij de hennepkwekerijen betrokken was.
Daar staat tegenover dat beide medeverdachten hebben verklaard dat de hennepplantages van de verdachte zijn. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij voor zijn werkzaamheden in de kweekruimtes instructies ontving van de verdachte. Ook instrueerde de verdachte hem na de inbraak om een camera bij haar woning op te hangen en tegen vergoeding in de woning te blijven slapen. De rechtbank hecht geloof aan de verklaringen van de medeverdachten en acht deze betrouwbaar, nu [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] vanaf het eerste verhoor tot en met de terechtzitting op hoofdlijnen steeds consistent en gedetailleerd hebben verklaard. Weliswaar vallen op detailniveau enkele discrepanties te ontdekken in de verklaring van [medeverdachte 1] – zo kan hij zich niet goed herinneren met wie zijn allereerste contact was– maar dit maakt de verklaringen van de medeverdachten over hun rol bij de hennepkwekerijen en de rol van de verdachte hierin naar het oordeel van de rechtbank niet ongeloofwaardig.
De verklaringen van de medeverdachten worden bovendien gesteund door de bewijsmiddelen. Hieruit blijkt dat de verdachte weet had van de hennepkwekerijen, ook van die in de kelder. Nadat in de woning van de verdachte is ingebroken, schrijft de verdachte in een chatgesprek met haar familieleden dat ze de politie niet kan inschakelen, waarop [naam in groepsapp 3] antwoordt dat bij komst van de politie de deur naar beneden afgesloten moet zijn. Op de dag dat de politie haar woning binnentreedt, opent de verdachte met een sleutel de kelderdeur voor de politie en zien zij niet alleen een wasmachine en twee wasmanden met vuile was - hetgeen erop duidt dat de verdachte ook in de kelder kwam -, maar ook direct bij binnentreden diverse goederen voor hennepteelt. Bovendien verwijdert de verdachte het telefoonnummer en berichten van medeverdachte [medeverdachte 2] op het moment dat de politie in haar woning is en instrueert zij haar dochter om de foto van de medeverdachte die zij de 'klusjesman' noemt te verwijderen.
Alhoewel er geen aanwijzingen zijn voor betrokkenheid van een onbekende derde - zoals wel door de verdachte verklaard - ziet de rechtbank wel aanwijzingen voor betrokkenheid van bepaalde familieleden van de verdachte. Uit de onder de bewijsmiddelen opgenomen chatberichten blijkt onder meer dat de verdachte een bericht aan haar dochter [naam in groepsapp 2] stuurt met het verzoek om de foto van de klusjesman te verwijderen. Verder stuurt diezelfde [naam in groepsapp 2] een bericht dat zij elke dag zal gaan checken. [medeverdachte 1] heeft bij de politie verklaard dat de partner van de verdachte hem weleens afgelost heeft, deze partner is toen in de woning blijven slapen ter beveiliging van de hennepkwekerij. De rechtbank oordeelt in dit verband dat de bewijsmiddelen alleszins de conclusie rechtvaardigen dat de verdachte een sturende rol had in het geheel. Het was de verdachte die opdrachten verstrekte aan medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 2] en aan haar dochter [naam in groepsapp 2] (om de foto te wissen), haar dochter moest de hennepkwekerij regelmatig checken en het was de verdachte die de sleutel had van de kelder.
Op grond van de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen en voorgaande bewijsoverwegingen acht de rechtbank bewezen dat het de verdachte was die opzettelijk in haar woning hennep heeft geteeld.
Medeplegen
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte bij het telen van de hennep nauw en bewust heeft samengewerkt met [medeverdachte 1] door hem instructies te verstrekken over de werkzaamheden die hij in de twee kweekruimtes diende te verrichten. [medeverdachte 1] heeft op regelmatige tijdstippen gedurende een lange periode de in de kweekruimtes aanwezige hennepplanten water gegeven en verzorgd. Hoewel de rol van de verdachte in de hennepteelt aanzienlijk groter was dan de rol van de medeverdachten, was de bijdrage van [medeverdachte 1] aan de hennepteelt substantieel en van voldoende gewicht om van medeplegen te kunnen spreken. Ofschoon er aanwijzingen zijn voor betrokkenheid van bepaalde familieleden van de verdachte, biedt het procesdossier onvoldoende houvast om de conclusie te kunnen trekken dat ook zij als medeplegers dienen te worden beschouwd. Dus, enkel het medeplegen tussen de verdachte en [medeverdachte 1] zal de rechtbank wettig en overtuigend bewezen verklaren.
Hoeveelheid en periode feit 1
Voor wat betreft de bewezenverklaring van de hoeveelheid hennepplanten gaat de rechtbank uit van de ten laste gelegde en aangetroffen teelt van 241 hennepplanten. Ten aanzien van de tenlastegelegde pleegperiode overweegt de rechtbank dat de bewezenverklaarde hoeveelheid nagenoeg oogstrijp was. Een kweekcyclus wordt doorgaans op tien weken gesteld, zodat de rechtbank bewezen acht dat de verdachte in ieder geval in de ten laste gelegde periode van 7 februari 2022 tot en met 7 april 2022 hennep heeft geteeld.
Diefstal elektriciteit en water (feiten 2 en 3)
Uit de bewijsmiddelen volgt dat in de woning van de verdachte een illegale elektriciteitsaansluiting was gemaakt en dat de zegels van de hoofdaansluitkast hierbij waren verbroken. Deze aansluiting liep buiten de elektriciteitsmeter om en voorzag de hennepkwekerijen van elektriciteit. Ook de verzegeling van de waterinstallatie in de woning van de verdachte was verbroken en de watermeter zat verkeerd om in de waterinstallatie, waardoor het waterverbruik niet correct werd geregistreerd. Zowel elektriciteit als water werd derhalve illegaal afgenomen. In aanmerking genomen de vaststelling dat de verdachte zelf de aangetroffen hennepplanten heeft geteeld, dat het scenario dat een onbekende derde de hennepkwekerij exploiteerde niet aannemelijk is geworden, dat de rechtbank medeverdachten [medeverdachte 2] gelooft in hun verklaring dat zij niet verantwoordelijk zijn voor de tenlastegelegde diefstal en dat er onvoldoende aanknopingspunten in het procesdossier zitten dat een van de familieleden van de verdachte dit gedaan heeft, kan het niet anders zijn dan dat het de verdachte zelf is geweest die elektriciteit en water heeft weggenomen.
Nu het procesdossier geen enkel aanknopingspunt bevat dat de medeverdachten daarbij betrokken waren, noch enige andere derden, zal de verdachte dus worden vrijgesproken van het ten laste gelegde medeplegen.
In beide kweekruimtes zijn indicatoren voor eerdere oogsten aangetroffen, zoals vuilniszakken met hennepafval, lege jerrycans met groei- en bloeimiddelen, een vervuilde dompelpomp, hennepresten op de vloer, hennep op vervuilde scharen, een vervuild strijkijzer, kalkaanslag aan het druppelsysteem en de onderzijde van alle plantenpotten, stofvorming en een vervuilde koolstoffilter, maar ook een kalender van 2021 en een kalender van 2022 waarin de kweekweken zijn aangegeven. Hieruit blijkt dat in de kelder in ieder geval sinds 16 januari 2021 met regelmaat hennep is geteeld. De rechtbank acht dan ook bewezen dat er diefstal van elektriciteit en water heeft plaatsgevonden in de ten laste gelegde periode van 1 januari 2021 tot en met 7 april 2022.