Uitspraak
RECHTBANK Limburg
1.De procedure
- de conclusie van antwoord,
- de conclusie van repliek.
Rechtbank Limburg
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, heeft de rechtspersoon naar buitenlands recht, Marcolin Benelux SPRL, een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij wegens onbetaalde facturen voor de levering van brillen en monturen. De gedaagde heeft zich onttrokken aan de procedure door zijn advocaat terug te trekken, waardoor de rechtbank niet in staat was om de gedaagde in kennis te stellen van een eventuele mondelinge behandeling. Marcolin heeft een vordering ingesteld voor een bedrag van € 42.408,72, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, aangezien de gedaagde in Nederland woont. De overeenkomsten tussen partijen worden beheerst door het Weens Koopverdrag, met Belgisch recht van toepassing voor onderwerpen die niet door het verdrag worden geregeld.
De rechtbank heeft geoordeeld dat Marcolin recht heeft op de hoofdsom van € 36.583,80, die niet is betwist, en heeft de vordering tot forfaitaire schadevergoeding van 15% afgewezen, omdat de gedaagde al aansprakelijk was voor de hoofdverbintenis. De rechtbank heeft ook de vertragingsrente van 1% per maand toegewezen, met uitzondering van de factuur die is verzonden na de eerste overeenkomst. De gedaagde is veroordeeld tot betaling van de beslagkosten en de proceskosten, die in totaal € 4.717,31 bedragen. Het vonnis is uitgesproken op 7 februari 2024.