Uitspraak
:11090086 \ CV EXPL 24-2290
1.De procedure
- de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft VGZ Zorgverzekeraar N.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die in conventie en reconventie procedeert. De procedure is gestart met een dagvaarding op 30 april 2024, gevolgd door een conclusie van antwoord, repliek en dupliek. De kantonrechter heeft op 2 oktober 2024 vonnis gewezen. De gedaagde partij heeft een zorgverzekeringsovereenkomst met VGZ gesloten, maar heeft een deel van de verschuldigde premie onbetaald gelaten. VGZ vordert betaling van € 954,83, bestaande uit hoofdsom, buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde partij de openstaande premies verschuldigd is en dat VGZ voldoende bewijs heeft geleverd voor de vordering. De gedaagde partij heeft verweer gevoerd, maar dit werd als onvoldoende onderbouwd afgewezen. In reconventie vordert de gedaagde partij een schadevergoeding van € 10.000,00, maar deze vordering wordt afgewezen omdat de gedaagde partij niet heeft aangetoond dat VGZ onrechtmatig heeft gehandeld. De kantonrechter heeft de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan VGZ, die zijn begroot op € 802,89. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.