Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de rolbeslissing van 27 december 2023
- de akte van uitlating aan de zijde van beide partijen, genomen op de rol van 10 januari
2.De beoordeling
3.De beslissing
woensdag 28 februari 2024voor stellen advocaat,
Rechtbank Limburg
In deze civiele procedure, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Limburg, is op 14 februari 2024 vonnis gewezen in de zaak tussen BULLIONGROUP B.V., handelend onder de namen Holland Gold en Goudstandaard, en DYNAGROUP B.V. De eisende partij, vertegenwoordigd door mr. R.W.J.M. te Pas, heeft een vordering ingesteld die volgens haar van onbepaalde waarde is. De gedaagde partij, vertegenwoordigd door mr. A.J.J. Gunst, betwistte de bevoegdheid van de kantonrechter en stelde dat de vordering geen rol speelt bij de bepaling van de absolute bevoegdheid.
De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de vorderingen niet in geld kunnen worden uitgedrukt en dat er geen duidelijke aanwijzingen zijn dat de vorderingen een waarde van minder dan € 25.000,00 vertegenwoordigen. Hierdoor is de kantonrechter niet bevoegd om van de vorderingen kennis te nemen. De zaak is vervolgens in de staat en stand waarin deze zich bevindt, verwezen naar de kamer voor andere zaken dan kantonzaken van de Rechtbank Limburg, locatie Maastricht.
De kantonrechter heeft partijen erop gewezen dat zij in het vervolg van de procedure alleen bij advocaat kunnen procederen en dat na verwijzing een verhoogd griffierecht verschuldigd is. Dit griffierecht moet binnen vier weken na de roldatum zijn bijgeschreven op de rekening van de rechtbank of ter griffie zijn gestort. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. R.H.J. Otto.