ECLI:NL:RBLIM:2025:10212
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechter mr. J.M.A. Kessels in civiele procedure
Op 3 oktober 2025 heeft verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, een verzoek tot wraking ingediend tegen mr. J.M.A. Kessels, rechter in de rechtbank Limburg. Dit verzoek is gedaan in het kader van een lopende civiele procedure met zaaknummer 11337827/ WM VERZ 24-34344. De gronden voor het wrakingsverzoek zijn schriftelijk overgelegd en aan het proces-verbaal gehecht. De wrakingskamer heeft de zaak beoordeeld aan de hand van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat stelt dat een rechter gewraakt kan worden op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen.
De gemachtigde van verzoeker heeft aangevoerd dat de Nederlandse rechters het EU-recht niet of onvoldoende toepassen, wat volgens hem aanleiding geeft tot verregaande maatregelen. De wrakingskamer heeft echter geconcludeerd dat de aangevoerde gronden geen objectieve feiten of omstandigheden bevatten die wijzen op een vooringenomenheid van de behandelend rechter. De wrakingskamer benadrukt dat de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd moet zijn en dat het subjectieve standpunt van de verzoeker niet doorslaggevend is. Gezien het ontbreken van voldoende onderbouwing heeft de wrakingskamer besloten het verzoek tot wraking ongegrond te verklaren, waardoor de mondelinge behandeling niet nodig is.
De beslissing is openbaar uitgesproken op 13 oktober 2025 door de meervoudige kamer, bestaande uit mr. R.H.J. Otto, mr. H.M.J. Quaedvlieg en mr. M.T.A.C. Russel, met mr. M.J.W.D. Janssen als griffier. De voorzitter was niet in staat om de beslissing mede te ondertekenen.