ECLI:NL:RBLIM:2025:1102

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
5 februari 2025
Publicatiedatum
7 februari 2025
Zaaknummer
11313652 \ CV EXPL 24-4758
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van openstaande facturen voor tandheelkundige behandelingen

In deze zaak vordert Infomedics B.V., vertegenwoordigd door YARDS Deurwaardersdiensten BV, betaling van openstaande facturen van een gedaagde partij die tandheelkundige behandelingen heeft ondergaan. De gedaagde heeft op 28 september 2023 en 1 november 2023 behandelingen ondergaan bij respectievelijk [naam tandarts] en Dental Clinics Maastricht Heerderrein. De vorderingen zijn overgedragen aan Infomedics Finance B.V., die Infomedics heeft gemachtigd om de openstaande bedragen te incasseren. Infomedics heeft de gedaagde een factuur gestuurd voor de behandelingen, maar de gedaagde heeft nagelaten deze te betalen.

De kantonrechter heeft de procedure beoordeeld en vastgesteld dat de gedaagde in gebreke is gebleven met de betaling van de facturen. De gedaagde heeft verweer gevoerd, maar dit werd als onduidelijk en onsamenhangend beschouwd. De kantonrechter oordeelt dat Infomedics voldoende bewijs heeft geleverd van de vordering en dat de gedaagde niet heeft aangetoond dat hij niet verschuldigd is. De kantonrechter wijst de vordering van Infomedics toe, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten.

In de beslissing wordt de gedaagde veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 215,15, vermeerderd met wettelijke rente, en moet hij ook de proceskosten van € 303,54 vergoeden. Het vonnis is uitgesproken op 5 februari 2025 door de kantonrechter R.P.J. Quaedackers.

Uitspraak

RECHTBANKLIMBURG
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 11313652 \ CV EXPL 24-4758
Vonnis van 5 februari 2025
in de zaak van
INFOMEDICS B.V., m.h.o.d.n. INFOMEDICS FACTORING, UWNOTA.NL, DFA SERVICES EN INFOMEDICS DFA,
gevestigd te Almere,
eisende partij,
hierna te noemen: Infomedics,
gemachtigde: YARDS Deurwaardersdiensten BV,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde] heeft op 28 september 2023 een tandheelkundige behandeling ondergaan bij [naam tandarts] – Tandarts en op 1 november 2023 een tandheelkundige behandeling bij Dental Clinics Maastricht Heerderrein, beiden gevestigd te Maastricht.
2.2.
[naam tandarts] - Tandarts en Dental Clinics Maastricht Heerderrein hebben hun vordering bij akte van cessie overgedragen aan Infomedics Finance B.V.. Infomedics treedt op als opdrachtnemer om namens Infomedics Finance B.V. (lastgever) openstaande vorderingen te incasseren.
2.3.
Bij factuur van 2 oktober 2023 heeft Infomedics een bedrag van € 25,27 bij [gedaagde] in rekening gebracht voor de behandeling bij [naam tandarts] - Tandarts, en bij factuur van
28 november 2023 heeft Infomedics bij [gedaagde] een bedrag van € 142,30 in rekening gebracht voor de behandeling bij Dental Clinics Maastricht Heerderrein.
2.4.
[gedaagde] blijft in gebreke met betaling van deze facturen.

3.Het geschil

3.1.
Infomedics vordert - samengevat - veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 215,15, bestaande uit € 167,57 aan hoofdsom (onbetaald gelaten facturen), € 7,58 aan vervallen wettelijke rente tot 14 augustus 2024, € 40,00 aan vergoeding buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente over € 167,57 vanaf 14 augustus 2024 tot de dag van volledige betaling en vermeerderd met de proceskosten en de daarover verschuldigde wettelijke rente.
3.2.
[gedaagde] voert verweer en verzoekt bij antwoord om een beëdigde verklaring van de crediteur van dit account, waarna [gedaagde] bij dupliek een zekerheidstellingsovereenkomst overlegt en aangeeft dat er pandrecht rust op alle goederen en bezittingen van [gedaagde] . [gedaagde] stelt dat uit deze zekerheidstellingsovereenkomst en uit het pandrecht een vordering voortvloeit.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Infomedics vordert betaling van de tandheelkundige behandelingen zoals deze bij [gedaagde] zijn uitgevoerd door [naam tandarts] - Tandarts en Dental Clinics Maastricht Heerderrein. [gedaagde] verzoekt om een beëdigde verklaring van de crediteur van dit account. Dit verzoek is onbegrijpelijk. Infomedics heeft in haar dagvaarding uitgelegd dat [naam tandarts] - Tandarts en Dental Clinics Maastricht Heerderrein hun vordering op vergoeding van de bij [gedaagde] uitgevoerde tandheelkundige behandeling, bij cessie hebben overgedragen aan Infomedics Finance B.V.. Deze mededeling is via de factuur aan [gedaagde] bekend gemaakt, waarmee Infomedics heeft voldaan aan de vereiste kennisgeving uit artikel 3:94 BW. Uit de dagvaarding blijkt verder dat Infomedics Finance B.V. het bedrijf Infomedics heeft belast met de inning van de vordering. Daarmee heeft Infomedics voldoende onderbouwd waarom zij bevoegd is om de vordering in te stellen.
4.2.
Verder heeft [gedaagde] in dupliek het contract gevraagd waaruit zou blijken dat hij iets verschuldigd is. Op de door Infomedics als productie 1 bij dagvaarding overgelegde facturen staat een specificatie van de uitgevoerde behandeling, door wie deze is uitgevoerd en op welke dag. Daarmee heeft Infomedics haar vordering voldoende onderbouwd. Het is vervolgens aan [gedaagde] om daartegen onderbouwd verweer te voeren. Dit heeft [gedaagde] nagelaten, zodat wordt uitgegaan van de juistheid van de door Infomedics overgelegde specificatie.
4.3.
Het verdere verweer dat [gedaagde] heeft gevoerd in de conclusie van antwoord en dupliek is onduidelijk en onsamenhangend. Wat de kantonrechter hieruit opmaakt is dat [gedaagde] stelt dat er een vordering op Infomedics voor hem voortvloeit uit de zekerheidstellingsovereenkomst en het pandrecht. Infomedics was echter bij geen van deze vermeende overeenkomsten een partij, zodat daaruit voor haar geen rechten of plichten voortvloeien. Verder zou de kantonrechter de vordering van [gedaagde] kunnen opvatten als een eis in reconventie. Artikel 137 Rv bepaalt echter dat een eis in reconventie dadelijk bij antwoord moet worden ingesteld. [gedaagde] heeft zijn eis niet eerder dan bij dupliek geformuleerd, waardoor daarop niet kan worden beslist.
4.4.
Gelet op het voorgaande verwerpt de kantonrechter het verweer van [gedaagde] . Dit houdt in dat de vordering van Infomedics wordt toegewezen.
4.5.
Tegen de gevorderde wettelijke rente heeft [gedaagde] geen afzonderlijk verweer gevoerd, zodat deze zal worden toegewezen.
4.6.
Infomedics vordert vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Infomedics heeft aan [gedaagde] een aanmaning gestuurd die voldoet aan de eisen van artikel 6:96 lid 6 BW. De hoogte van de vordering zal worden getoetst aan het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten en gelet daarop wordt € 40,00 toegewezen.
4.7.
Uit het voorgaande volgt dat in totaal het volgende bedrag wordt toegewezen:
- hoofdsom
- rente tot 14 augustus 2024

167,57
7,58
- buitengerechtelijke incassokosten
40,00
+
Totaal
215,15
4.8.
[gedaagde] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Infomedics worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
113,54
- griffierecht
130,00
- salaris gemachtigde
40,00
(1 punt × € 40,00)
- nakosten
20,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
303,54
4.9.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan Infomedics te betalen een bedrag van € 215,15, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over een bedrag van € 167,57, met ingang van 14 augustus 2024, tot de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten van € 303,54, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [gedaagde] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.3.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P.J. Quaedackers en in het openbaar uitgesproken op 5 februari 2025.
VC