ECLI:NL:RBLIM:2025:11890
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - meervoudig
- L. Bastiaans
- N.P.J. van de Pasch
- K. Mestrom
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor witwassen van 18.168,50 euro wegens onvoldoende bewijs van misdrijf
Op 1 december 2025 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van witwassen van een bedrag van 18.168,50 euro. De verdachte werd bijgestaan door haar advocaat, mr. L.P.H. Hameleers. De inhoudelijke behandeling vond plaats op 17 november 2025, waarbij zowel de verdachte als haar raadsman aanwezig waren. De officier van justitie stelde dat het tenlastegelegde feit wettig en overtuigend bewezen kon worden, omdat de verdachte op de hoogte was van de faillissementsstatus van de medeverdachte en het geld op haar rekening was gestort. De verdediging betwistte dit en stelde dat de verdachte niet wist dat het geld uit enig misdrijf afkomstig was. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om te stellen dat de medeverdachte het geld had onttrokken aan de boedel tijdens het faillissement. Er ontbraken cruciale documenten in het dossier die de stellingen van de officier van justitie konden onderbouwen. De rechtbank oordeelde dat niet buiten redelijke twijfel kon worden vastgesteld dat het geldbedrag afkomstig was uit enig misdrijf. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van de tenlastelegging.