3.3Het oordeel van de rechtbank
De vrijspraakoverweging
De rechtbank is, evenals de officier van justitie en de verdediging, van oordeel dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van de tenlastegelegde huisvredebreuk onder feit 2.
De bewijsmiddelen
Getuige [slachtoffer 2]heeft op 10 december 2023 om 04:00 uur– zakelijk weergegeven – het volgende verklaard:
Vandaag 10 december 2023, omstreeks 02.30 uur kwam ik samen met [slachtoffer 1] bij mij thuis, Vrakkerstraat 49 in Weert. [slachtoffer 1] en ik hadden binnen in de woonkamer/keuken een discussie die ging over ons verleden toen we nog een relatie hadden.
Ik zag dat hij de achterdeur, die zich bevindt in mijn slaapkamer opendeed. Ik hoorde hem ineens zeggen "wat de kanker doe jij hier". Ik stond op dat moment in de deuropening van de slaapkamer op ongeveer 3 meter afstand. Op het moment dat [slachtoffer 1] dat zei, zag ik dat [verdachte] mijn slaapkamer binnen gevallen kwam. Ik zag dat [slachtoffer 1] de woonkamer inliep en [verdachte] erachteraan kwam. Ik zag dat [verdachte] met zijn beide handen, [slachtoffer 1] met kracht naar achter duwde tegen zijn borstkas. Ik zag dat [slachtoffer 1] hierdoor in de keukenhoek op de grond viel.
Ik heb [verdachte] van [slachtoffer 1] afgetrokken en richting de deur van de hal geduwd.
Ik zag dat [slachtoffer 1] opstond en naar het aanrecht liep. Ik zag dat hij met zijn
rechterhand een rood keukenmes uit de wasbak pakte. Ik schrok van het mes en ben naar de slaapkamer gelopen. Ik zag dat [verdachte] richting [slachtoffer 1] liep. Ik zag dat [slachtoffer 1] zijn rechterarm omhoog hief met het rode keukenmes in zijn rechterhand. Ik zag dat [slachtoffer 1] met het mes richting de rechterschouder van [verdachte] ging. Ik schreeuwde tegen beiden dat ze moesten stoppen. Ik hoorde dat [verdachte] zei “Auw ik ben gestoken”.
Ik zag dat [verdachte] naar achteren deinsde. Ik zag dat [slachtoffer 1] het mes op het aanrecht
gooide. Ik zag dat [verdachte] weer op [slachtoffer 1] afliep. Ik zag dat hij [slachtoffer 1] wederom met
beide handen tegen zijn schouders duwde met kracht naar de grond. Ik zag dat [verdachte] met zijn rechterhand, [slachtoffer 1] meerdere malen tegen zijn gezicht en
arm sloeg. Ik zag dat [verdachte] zich vaste pakte aan de pilaar en de koelkast en zijn linkerbeen naar achter sloeg en met kracht schopte tegen de rechterzijde van het gezicht van [slachtoffer 1] . Ik heb [verdachte] weer van [slachtoffer 1] afgetrokken en heb hem naar buiten kunnen duwen mijn appartement uit.
De medische informatie van [slachtoffer 1]opgemaakt op de huisartsenpost te Weert d.d. 10 december 2023 is eveneens toegevoegd aan het dossier, waarin onder meer het volgende staat opgenomen:
Uitwendig waargenomen letsel:
Kleine kras/schram in de huid boven het rechteroog, enkele krassen/schrammen op de onderarmen, linker onderarm klein hematoom van ca. 2cm zichtbaar.
Uitwendig bloedverlies:
Ja, gering.
Overige van belang zijnde informatie:
Pijnklachten van het hoofd, zijn ribbenkas links, zijn buik en zijn linkerarm. Conclusie: diverse kneuzingen op voornoemde plekken alsook mogelijke hersenschudding. Bij alle beeldvormende diagnostiek (CT-scans van buik en schedel/nek; X-foto’s van pols, linker onderarm en borstkas) werden geen aanwijzingen gevonden voor botbreuken, bloedingen of andere traumatische
pathologie.
Geschatte duur van de genezing:
Enkele weken tot maanden.
Een verbalisantheeft op 11 december 2023 het volgende gerelateerd:
Ik, verbalisant [naam verbalisant] , deed nader onderzoek naar een poging doodslag, gepleegd op zondag 10 december door verdachte [verdachte] . De verdachte had tijdens het incident werkschoenen aan van het merk Grisport. Ik zag dat dit type werkschoen voorzien is van een S3 - Veiligheidsnorm keurmerk. Dit wil onder andere zeggen dat de schoen een metalen veiligheidsneus heeft.
De bewijsoverweging
Op grond van de voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank vast dat de verdachte op 10 december 2023 [slachtoffer 1] meermaals heeft geslagen met de vuist en tegen diens lichaam en het hoofd en één keer tegen de zijkant van zijn gezicht heeft geschopt met werkschoenen met een metalen neus. Zij ziet zich vervolgens voor de vraag gesteld of dit dient te worden gekwalificeerd als een poging tot doodslag.
Poging doodslag?
Niet is gebleken dat de verdachte vol opzet op de dood van [slachtoffer 1] heeft gehad. Dat leidt de rechtbank tot de vraag of sprake is geweest van voorwaardelijk opzet. De rechtbank stelt daarbij voorop dat voorwaardelijk opzet op een bepaald gevolg – zoals hier de dood – aanwezig is indien de verdachte bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat dat gevolg zal intreden. De beantwoording van de vraag of een gedraging de aanmerkelijke kans op een bepaald gevolg in het leven roept, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Daarbij komt betekenis toe aan de aard van de gedraging en de omstandigheden waaronder deze is verricht. Het zal in alle gevallen moeten gaan om een kans die naar algemene ervaringsregels als aanmerkelijk is te achten.
De verdachte heeft [slachtoffer 1] één keer met kracht tegen de zijkant van het gezicht geschopt met een schoen met een metalen neus. Daarbij kan niet worden vastgesteld welk deel van het hoofd van [slachtoffer 1] is geraakt. Daarnaast heeft de verdachte meerdere malen met zijn vuist tegen het hoofd en lichaam van [slachtoffer 1] geslagen. Het is niet duidelijk geworden wat [slachtoffer 1] houding was toen hij werd geslagen en geschopt.
Dit alles maakt dat de rechtbank, net zoals de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen acht dat er een aanmerkelijke kans op de dood van [slachtoffer 1] bestond. Daarom acht de acht de rechtbank het primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, waardoor vrijspraak voor het primair tenlastegelegde moet volgen.
Poging zware mishandeling?
Wel concludeert de rechtbank dat dit handelen van de verdachte een poging tot zware mishandeling oplevert. Er kan hierbij op zijn minst worden gesproken van voorwaardelijk opzet op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel bij [slachtoffer 1] . Immers heeft de verdachte bewust de aanmerkelijke kans op zwaar lichamelijk letsel aanvaard, door op deze manier te schoppen.