Uitspraak
[gedaagde],
1.De procedure
- de producties van gedaagde partij;
- de mondelinge behandeling van 20 februari 2025;
- de pleitnota van gedaagde partij.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
datde door de verhuurder gestelde vernielingen en overlast veroorzakende gedragingen plaatsgevonden hebben. De kantonrechter ziet ook geen aanleiding om aan de juistheid van de gestelde aard, omvang en ernst van de gestelde vernielingen en overlast te twijfelen. Een en ander blijkt genoegzaam uit de in de procedure overgelegde stukken als ook uit het onweersproken feit dat gedaagde partij het herstel van de provisorisch gerepareerde ramen (steeds) betaalt. Niet ondenkbaar is dat ook andere schade door gedaagde partij is betaald, nu de verhuurder ter mondelinge behandeling, als onderbouwing van het door hem gevorderde voorschot, stelde dat hij niet steeds lang kon wachten op betaling van zijn schade, omdat het inmiddels de spuigaten uitloopt. Hierop werd door gedaagde partij niet gereageerd.