Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 28 februari 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser,
het Dagelijks Bestuur van Veiligheidsregio Limburg-Noord, verweerder,
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Voor de beheersmatige taken van de functie van Algemeen Officier vrijwilligers ontvang je een jaarlijkse vaste vergoeding van 150 oefenuren op basis van categorie 5, overeenkomstig vergoedingentabel vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 april 2012.”
Beoordeling door de rechtbank
“ [eiser] verricht zowel in zijn functie als beleidsmedewerker C / beleidsmedewerker preparatie van het team Veiligheid, als in de functie officier van dienst werkzaamheden voor de brandweer. Voor een duidelijke afstemming van urenbesteding van de functies, en ter voorkoming van overbelasting in de functie van officier van dienst, is het noodzakelijk deze vast te leggen. De vaste vergoeding voor de officieren is in het verleden berekend op een gemiddeld aantal te besteden uren. Voor officieren, niet zijnde commandant, was de vaste vergoeding gebaseerd op 150 uren.”Op de door verweerder op verzoek van de rechtbank overgelegde stukken [1] staat bij het besluit van 31 mei 2011 de volgende opmerking:
“Afstemming urenbesteding ambtelijke en vrijwillige functie: uitgangspunt 150 uur voor OvD.”
“Deze vergoeding is jou toegekend door gemeente Horst aan de Maas voor het uitoefenen van verscheidene taken op officiers niveau. (…) Jouw dienstverband onder gemeente Horst aan de Maas is een rechtsvoorganger van VRLN. Je blijft dus het recht behouden op de vergoeding.”