Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
[handelsnaam] , IN HOEDANIGHEID VAN BEWINDVOERDER OVER DE GOEDEREN DIE (ZULLEN) TOEBEHOREN AAN [naam onderbewindgestelde] , GEBOREN [geboortedatum] 1986,
1.EUROHANDS B.V.,
2.
TITAN GROEP B.V.,
3.
[gedaagde sub 3], bestuurder,
1.De procedure
2.Het geschil
- primair te verklaren voor recht dat er sprake is van een overgang van onderneming van Eurohands naar Titan Groep,
3.De beoordeling
4.De beslissing
- het netto equivalent van € 12.500,00 bruto aan transitievergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 1 februari 2024 tot de dag van volledige betaling,
- het netto equivalent van € 1.297,49 bruto aan vakantiegeld, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 1 februari 2024 tot de dag van volledige betaling,
- het netto equivalent van de eindejaarsuitkering naar rato ad € 582,65 bruto, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 1 februari 2024 tot de dag van volledige betaling,
- het netto equivalent van € 5.148,80 bruto aan vergoeding van de opgebouwde maar niet genoten vakantiedagen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 1 februari 2024 tot de dag van volledige betaling,
- € 1.174,05 aan vergoeding buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 27 september 2024 tot de dag van volledige betaling,