ECLI:NL:RBLIM:2025:2189
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen woningsluiting op grond van de Opiumwet niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, op 27 februari 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Eisers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. R. Engwegen, hebben beroep ingesteld tegen een besluit van de burgemeester van de gemeente Echt-Susteren, dat betrekking heeft op de sluiting van hun woning op grond van artikel 13b van de Opiumwet. De rechtbank heeft het beroep behandeld, waarbij de eisers niet aanwezig waren, maar hun gemachtigde wel. Na de zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.
De rechtbank heeft het beroep van eisers niet-ontvankelijk verklaard. Dit houdt in dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk heeft beoordeeld en dat het besluit van de burgemeester om de woning te sluiten, in stand blijft. De rechtbank heeft vastgesteld dat eisers geen procesbelang meer hebben, aangezien de sluiting van de woning al was geëffectueerd en eisers niet meer in de woning wonen. Bovendien hebben eisers niet voldoende aannemelijk gemaakt dat zij schade hebben geleden als gevolg van het bestreden besluit.
De rechtbank heeft verder overwogen dat, hoewel eisers mogelijk schade hebben geleden door de sluiting, zij niet hebben aangetoond dat deze schade daadwerkelijk is ontstaan of dat zij nog procesbelang hebben. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling en dat het griffierecht niet wordt teruggegeven. De uitspraak is openbaar uitgesproken door rechter mr. G. Leijten, in aanwezigheid van griffier M.M.P. van Diepen, en een afschrift is op 11 maart 2025 aan de partijen verzonden.