Op 25 maart 2025 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg een beschikking gegeven op een verzoek van mr. G. Zuidervaart-Tammenga, die als vereffenaar is benoemd voor de nalatenschap van een overleden persoon. Verzoekster vroeg om vrijstelling van de verplichting om een rekening en verantwoording neer te leggen, alsook om vaststelling van haar loon als vereffenaar. De kantonrechter oordeelde dat, aangezien alle schulden van de nalatenschap voldaan zijn, verzoekster van rechtswege vrijgesteld is van de neerlegging van de rekening en verantwoording. Tevens werd het loon van de vereffenaar vastgesteld op € 12.937,32 exclusief btw, voor de periode van 29 maart 2023 tot en met 14 januari 2025. Daarnaast vroeg verzoekster toestemming om de erfdelen van erfgenamen die niet reageerden op haar verzoeken te storten in de consignatiekas. De kantonrechter oordeelde dat hiervoor geen toestemming nodig was, aangezien de vereffenaar in dergelijke gevallen de goederen aan de Staat kan afgeven. De beschikking werd openbaar uitgesproken door de kantonrechter.