In deze zaak verzoekt de vader om wijziging van de kinderbijdrage voor zijn minderjarige kind, omdat zijn inkomen op bijstandsniveau is en hij inmiddels vader is van twee andere kinderen. De moeder verzoekt om een verhoging van de kinderbijdrage. De rechtbank oordeelt dat de vader niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn overwerk tijdelijk is en wijst het verzoek van de moeder toe. De rechtbank stelt de kinderbijdrage vast op € 300,- per maand, ingaande op 1 april 2024. De rechtbank overweegt dat er sprake is van een wijziging van omstandigheden, aangezien de vader nu fulltime werkt en er gezinsuitbreiding heeft plaatsgevonden. De rechtbank wijst op de noodzaak om de draagkracht van beide ouders in aanmerking te nemen en concludeert dat de vader zijn volledige draagkracht moet aanwenden voor de kosten van de kinderen. De uitspraak is gedaan door mr. L.N. Geerman op 20 februari 2025.