Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
's-Hertogenbosch.
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
primair), dan wel dat hij al dan niet samen met een of meer anderen [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer andere personen heeft uitgelokt deze brand te stichten (
subsidiair),dan wel dat hij al dan niet samen met een of meer anderen medeplichtig is geweest bij deze brandstichting (
meer subsidiair).
3.De beoordeling van het bewijs
“Hij wist wel hoe we geld konden verdienen. Hij kwam dus met dat stukje brandstichting aan. Ik kan eens vragen voor je zei [verdachte] en toen is het gegaan via briefjes via de brievenbus.” Ter zitting heeft [medeverdachte 1] bevestigd dat hij met [verdachte] de verdachte bedoelt. [medeverdachte 1] heeft vervolgens drie briefjes in de brievenbus ontvangen met daarop instructies. Op het eerste briefje, dat hij medio maart 2023 heeft ontvangen, stond de auto, de straatnaam en de plaats. Op het tweede briefje stond “
het is zover”en bij het derde briefje zat het geld. [medeverdachte 1] weet niet van wie hij de briefjes heeft ontvangen. Hij heeft verder verklaard dat de verdachte contact had met iemand, maar dat hij niet weet met wie en dat de verdachte er volgens hem niets mee te maken heeft.
"Ik zie/ontmoet die van [woonplaats verdachte] dan, hij vroeg het adres".
[medeverdachte 3] :die man rijdt er naartoe;
- Om 20:16 uur belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 3] :
- Om 20:36 uur belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 3] :
- Om 00:28 uur belt [medeverdachte 3] naar [medeverdachte 2] :
- Om 00:29 uur belt [medeverdachte 2] naar de verdachte.
- Om 00:30 belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 3] :
- Om 00:34 belt de verdachte naar [medeverdachte 2] .
- Om 00:35:12 belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 3] :
- Om 00:35:32 belt [medeverdachte 2] naar de verdachte.
- Om 00:35:54 belt [medeverdachte 2] naar [medeverdachte 3] .
- Om 01:40 uur belt [medeverdachte 1] naar de verdachte. Hij krijgt de voicemail.
- Om 01:41 uur belt de verdachte terug naar [medeverdachte 1] . De telefoon van de verdachte bevond zich onder het bereik van een zendmast aan de [straatnaam] in [woonplaats verdachte] . [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij niet tegen de verdachte heeft gezegd dat hij de brand heeft gesticht, maar iets in de trend van ‘ik ben klaar in Neer’.
- Om 13:29 uur belt [medeverdachte 3] naar [medeverdachte 2] :
- Om 16:41 uur belt de verdachte naar [medeverdachte 2] .
‘met het stukje brandstichting aankwam’maar dat hij de informatie hierover vervolgens via briefjes heeft gekregen. Op basis van het dossier heeft de rechtbank onvoldoende concrete aanleiding om aan te nemen dat [medeverdachte 1] de informatie op een andere wijze dan via de briefjes heeft ontvangen. De rechtbank hecht daarbij geen waarde aan het WhatsApp-bericht van [medeverdachte 3] op 20 maart 2023, nu niet is vastgesteld dat ‘die van [woonplaats verdachte] ’ daadwerkelijk de verdachte betreft en ook niet dat het adres vervolgens aan de verdachte is doorgegeven en dat de verdachte dit daarna aan [medeverdachte 1] heeft doorgegeven. Dit blijkt namelijk niet uit het dossier. Bovendien gaat de officier van justitie er ten onrechte vanuit dat de verdachte de enige is geweest die contact heeft gehad met [medeverdachte 1] . In het gesprek van [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] op 28 maart 2023 om 11:43 uur zegt [medeverdachte 3] dat ‘die man’ er naartoe rijdt waarop [medeverdachte 2] reageert ‘dan rijd ik mee’. In het gesprek van 20:16 uur zegt [medeverdachte 2] :
Oke...ik ben met hen daarnaartoe gereden.. ik zei dat hij wegrijdt....[ntv] jonge, wat er ook gebeurt ...weet je ...maakt niet uit, je moet het doen....hij zei: "100 %, ik doe het!".Op basis van dit gesprek kan de mogelijkheid dat [medeverdachte 2] met [medeverdachte 1] naar het adres is gereden, niet worden uitgesloten. Verder lijken de contacten rondom de brandstichting vooral tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] te hebben plaatsgevonden, zonder dat daarbij kan worden vastgesteld dat de verdachte daarbij een rol van betekenis heeft gehad. De verdachte komt pas weer voor het eerst in beeld één uur voor de brandstichting. [medeverdachte 2] zegt tegen [medeverdachte 3] dat hij ‘hem’ zal bellen en belt [medeverdachte 3] één minuut later terug met de mededeling:
“hij belde … hij gaat rijden”.In de tussentijd heeft [medeverdachte 2] een videogesprek gevoerd met de verdachte. Zowel de verdachte als [medeverdachte 2] hebben over dit contact verklaard dat het ging over de autohandel. Hoewel de rechtbank het vreemd en onwaarschijnlijk voorkomt dat de verdachte en [medeverdachte 2] op dat tijdstip een dergelijk gesprek hebben gevoerd, blijkt echter niet uit het dossier dat de verdachte na dat gesprek contact heeft gelegd met [medeverdachte 1] en dit vervolgens aan [medeverdachte 2] heeft teruggekoppeld. De rechtbank is om die reden van oordeel dat er behoedzaam moet worden omgegaan met de interpretatie van de telefoongesprekken en verstuurde berichten tussen de verdachte en [medeverdachte 2] en acht de conclusie dat de verdachte als tussenpersoon heeft gefungeerd een te grote invulling van de in deze zaak beschikbare informatie.
aankwam met het stukje brandstichting”volgt niet zonder meer dat de verdachte en [medeverdachte 1] op dat moment al gesproken hebben over deze concrete brandstichting en [medeverdachte 1] heeft daarover verklaard dat hij de concrete informatie pas later via briefjes heeft ontvangen. Op basis van het dossier kan ook niet worden vastgesteld dat de verdachte enige rol heeft gehad bij het verstrekken van de inlichtingen, de adresgegevens en de beloning. Bovendien kan gelet hierop ook niet met zekerheid worden vastgesteld dat de verdachte tijdens het gesprek met [medeverdachte 1] concreet wist wat er zou gebeuren, zodat het opzet op het uitgelokte gronddelict ook onvoldoende uit het dossier volgt.
4.De benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
5.De beslissing
spreekthem daarvan
vrij;
[slachtoffer 1]en
[slachtoffer 2]niet-
nihil;
Voorlopige hechtenis
heft ophet (geschorste) bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van
heden.
(brandversnellende) vloeistof en/of (4-takt- of motor)benzine, althans met een brandbare vloeistof, die over die (bestel)auto was gegoten, ten gevolge waarvan die (bestel)auto, Seat Inca, geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor de in die (bestel)auto gelegen goederen en/of (een) nabijgelegen woning(en), in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor een of meer in voormelde woning(en) aanwezige perso(o)n(en), in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer in voormelde woning(en) aanwezige perso(o)n(en), in elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was; welk feit hij, verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in of omstreeks de periode van 4 maart 2023 tot en met 29 maart 2023 in de gemeente(n) Son en Breugel en/of Best, althans in Nederland, opzettelijk heeft uitgelokt door giften en/of beloften en/of het verschaffen van gelegenheid, middelen of inlichtingen, te weten door als contactpersoon en/of tussenpersoon te fungeren tussen genoemde [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en/of een andere personen en/of een hoeveelheid geld uit te loven en/of te betalen voor het plegen van de brandstichting en/of adresgegevens te verstrekken;
(brandversnellende) vloeistof en/of (4-takt- of motor)benzine, althans met een brandbare vloeistof, die over die (bestelauto was gegoten, ten gevolge waarvan die (bestel)auto, Seat Inca, geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor de in die (bestel)auto gelegen goederen en/of een of meerdere nabijgelegen woning(en) , in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor een of meer in voormelde woning(en) aanwezige perso(o)n(en), in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer in voormelde woning(en) aanwezige perso(o)n(en), in elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was, bij en/of tot het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in of omstreeks de periode van 4 maart 2023 tot en met 29 maart 2023 in de gemeente Leudal opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door als contactpersoon en/of tussenpersoon te fungeren bij de contacten tussen genoemde [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of een andere medeverdachte en/of adresgegevens te verstrekken en/of een geldbedrag te geven aan die [medeverdachte 1] .