Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van
22 april 2025 in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
[derde partij], uit [woonplaats] (vergunninghoudster),
Rechtbank Limburg
Op 22 april 2025 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak over een omgevingsvergunning voor de uitbreiding van een woning in Sittard-Geleen. Eiser, die naast de vergunninghoudster woont, had bezwaar gemaakt tegen de verleende omgevingsvergunning, omdat hij meende dat het bouwplan in strijd was met het bestemmingsplan en de redelijke eisen van welstand. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vergunninghoudster op 31 maart 2023 een aanvraag indiende voor de uitbreiding van haar woning, die bestond uit een deel met twee bouwlagen en een deel met één bouwlaag. De uitbreiding betrof het plaatsen van een tweede bouwlaag. De rechtbank oordeelde dat het bouwplan niet in strijd was met het bestemmingsplan 'Sittard-Zuid' en dat er geen andere weigeringsgronden waren. Eiser voerde aan dat de bouwhoogte van zes meter en de afstand tot zijn perceel zijn woon- en leefklimaat negatief beïnvloedden, maar de rechtbank oordeelde dat de omgevingsvergunning moest worden getoetst aan het geldende bestemmingsplan, dat onherroepelijk was. De rechtbank concludeerde dat er geen grond was om de vergunning te weigeren en verklaarde het beroep van eiser ongegrond. De uitspraak werd mondeling gedaan na de zitting, waarbij alle betrokken partijen aanwezig waren.