In deze zaak verzochten vijf verzoekers, wonende in Portugal, de rechtbank om vernietiging van hun dossier bij Veilig Thuis, een organisatie die meldingen van huiselijk geweld en kindermishandeling behandelt. De verzoekers stelden dat er geen aanmerkelijk belang was om het dossier te bewaren, aangezien eerdere meldingen door de Raad voor de Kinderbescherming waren weerlegd. De rechtbank oordeelde dat Veilig Thuis geen gegronde reden had om het dossier te behouden, omdat de meldingen niet langer relevant waren voor de ontwikkeling van de kinderen. De rechtbank wees het verzoek tot vernietiging toe, maar verklaarde de beschikking niet uitvoerbaar bij voorraad, omdat dit zou betekenen dat het dossier al vernietigd zou zijn in het geval van een hoger beroep. Veilig Thuis werd veroordeeld in de proceskosten van de verzoekers, die in totaal € 1.315,00 bedroegen.