Uitspraak
1.[gedaagde sub 1] ,
2.
[gedaagde sub 2],
3.
[gedaagde sub 3]
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
- de brief waarin is meegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 20 augustus 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Woningstichting Servatius en [gedaagden], bestaande uit [gedaagde sub 1], [gedaagde sub 2] en de bewindvoerder q.q. van [gedaagde sub 1]. De eisende partij, Servatius, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde vanwege ernstige en structurele overlast door het roken van wiet door [gedaagde sub 1]. De huurovereenkomst was tot stand gekomen op 24 januari 2022, waarbij [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] als huurders waren aangesteld. Gedurende de huurperiode ontving Servatius herhaaldelijk klachten van de bovenbuurman over geuroverlast en geluidsoverlast, veroorzaakt door [gedaagde sub 1]. Ondanks meerdere waarschuwingen en sommaties bleef de overlast aanhouden. De kantonrechter oordeelde dat de geur van wiet als ernstige overlast wordt ervaren en dat [gedaagde sub 1] in strijd heeft gehandeld met zijn verplichtingen als huurder. De kantonrechter heeft de vordering van Servatius toegewezen, de huurovereenkomst ontbonden en de ontruiming van het gehuurde bevolen. Tevens zijn de proceskosten aan [gedaagden] opgelegd.