Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de schriftelijke weergave van het mondelinge antwoord
- de conclusie van repliek
- de schriftelijke weergave van de mondelinge dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak vordert de gemeente Maastricht van [gedaagde] betaling van € 232,17, bestaande uit hoofdsom, buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente, wegens onrechtmatig handelen met betrekking tot de Afvalstoffenverordening. De gemeente stelt dat [gedaagde] op 16 januari 2024 huishoudelijk afval onjuist heeft aangeboden, wat is aangetoond door een foto van een doos met adresgegevens van [gedaagde]. De gemeente heeft [gedaagde] hierover geïnformeerd en een factuur gestuurd, maar deze is onbetaald gebleven.
De kantonrechter oordeelt dat de vordering van de gemeente Maastricht moet worden afgewezen. De gemeente heeft onvoldoende bewijs geleverd dat [gedaagde] daadwerkelijk het afval verkeerd heeft aangeboden. De foto die als bewijs is overgelegd, is niet voldoende om de conclusie te trekken dat [gedaagde] verantwoordelijk is voor het onjuist aangeboden afval. Hierdoor wordt de vordering afgewezen, evenals de nevenvorderingen zoals rente en buitengerechtelijke kosten.
De gemeente Maastricht wordt in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten van [gedaagde] vergoeden, die zijn begroot op € 75,00. Dit bedrag is te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving, met bijkomende kosten van betekening indien niet tijdig aan de veroordeling wordt voldaan. Het vonnis is uitgesproken door de kantonrechter op 17 september 2025.