Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de schriftelijke weergave van het mondelinge antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 24 september 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen de rechtspersoon Alektum Capital II AG, gevestigd in Zwitserland, en een gedaagde partij die in Nederland woont. Alektum vorderde betaling van een openstaande factuur van € 215,72, die voortkwam uit een consumentenkoop van een camera die de gedaagde op 31 augustus 2020 had besteld. De betaling was oorspronkelijk geregeld via Klarna, die de vordering later aan Alektum overdroeg. De gedaagde heeft de factuur echter onbetaald gelaten, wat leidde tot de rechtszaak.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de procedure een internationaal karakter heeft, aangezien Alektum in Zwitserland is gevestigd. De Nederlandse rechter is bevoegd om de vordering te behandelen, omdat zowel Nederland als Zwitserland partij zijn bij het Verdrag van Lugano. Het Nederlands recht is van toepassing op de vordering. De gedaagde voerde verweer en stelde dat de vordering was verjaard, omdat hij meer dan vier jaar niets van Alektum had vernomen. De kantonrechter oordeelde dat de vordering inderdaad verjaard was, omdat de laatste aanmaning van Alektum dateerde van 23 december 2021 en er geen bewijs was dat er daarna nog aanmaningen waren verstuurd. Hierdoor was de vordering niet toewijsbaar.
De kantonrechter wees de vorderingen van Alektum af en veroordeelde Alektum tot betaling van de verletkosten van de gedaagde, die op € 50,00 werden begroot. Dit vonnis benadrukt de belangrijke aspecten van verjaring in consumentenkoop en de verantwoordelijkheden van partijen in internationale geschillen.