ECLI:NL:RBMAA:2003:AF4144
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P.J.M. Bruijnzeels
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van vorderingen inzake kinderopvang door kantonrechter Maastricht
In deze zaak heeft de kantonrechter te Maastricht op 12 februari 2003 uitspraak gedaan in een civiele procedure waarbij de eiseres, Stichting Steps, een vordering had ingesteld tegen de gedaagden, die niet verschenen waren. De eiseres had verstek gevraagd en verkregen tegen de gedaagden, die in totaal vier vorderingen hadden met betrekking tot de betaling van kinderopvang voor de maanden december 2001 tot en met maart 2002. De kantonrechter constateerde dat de eiseres naast de onderhavige vordering nog drie andere vorderingen had, die alle betrekking hadden op dezelfde kwestie van kinderopvang.
De kantonrechter heeft de vordering van eiseres afgewezen en haar in de proceskosten veroordeeld. De rechter oordeelde dat de eiseres had gekozen voor een onnodig complexe procedure door vier afzonderlijke dagvaardingen uit te brengen, terwijl deze ook in één dagvaarding hadden kunnen worden samengevoegd. Hierdoor waren er extra kosten gemaakt die voor rekening van de eiseres kwamen. De kantonrechter heeft verder overwogen dat de eiseres slechts een beperkt bedrag aan wettelijke rente kon vorderen, omdat de gedaagden al eerder een bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten hadden voldaan.
De beslissing van de kantonrechter was dus dat de vordering werd afgewezen en dat de eiseres in de kosten van het geding werd veroordeeld, die aan de zijde van de gedaagden tot dat moment op nihil waren begroot. De uitspraak benadrukt het belang van een efficiënte procesvoering en de gevolgen van het kiezen voor een onnodig complexe procedure.