ECLI:NL:RBMAA:2003:AF6622
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake ontbindende voorwaarde bij koopovereenkomst onroerende zaak
In deze zaak, die voor de Rechtbank Maastricht werd behandeld, gaat het om een geschil tussen twee partijen over de totstandkoming van een koopovereenkomst voor een onroerende zaak. De eisers, de heren en mevrouw B., wonende te Kattendijke, hebben de gedaagde, de heer S., aangeklaagd omdat zij van mening zijn dat er een bindende overeenkomst tot stand is gekomen. De kern van het geschil betreft de vraag of er een ontbindende voorwaarde is overeengekomen bij het sluiten van de overeenkomst. De rechtbank heeft in een eerder vonnis de gedaagde toegelaten om bewijs te leveren van zijn stelling dat hij pas tot aankoop kon overgaan nadat hij zijn eigen woning in Maastricht had verkocht. Tijdens de getuigenverhoren heeft getuige S. verklaard dat de gedaagde tijdens een bezichtiging van het pand heeft aangegeven dat hij pas kon kopen als hij zijn eigen woning had verkocht. De rechtbank heeft deze verklaring als bewijs geaccepteerd, ondanks tegenstrijdige verklaringen van andere getuigen. Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de gedaagde is geslaagd in het leveren van het bewijs van de ontbindende voorwaarde. De vordering van de eisers is afgewezen, en zij zijn veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde. Het vonnis is uitgesproken door rechter-plaatsvervanger M.J.M. Goessen.