ECLI:NL:RBMAA:2003:AH9731
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van den Acker
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en schadevergoeding na executie van een later vernietigd vonnis
In deze zaak heeft eiser, de heer S., een vordering ingesteld tegen IDC Group BV, naar aanleiding van schade die hij zou hebben geleden door de executie van een vonnis dat later door het hof is vernietigd. De rechtbank Maastricht heeft op 9 juli 2003 uitspraak gedaan in deze civiele procedure. Eiser stelt dat de executie van het vernietigde vonnis door Rotra Airfreight B.V., de rechtsvoorgangster van IDC, een onrechtmatige daad oplevert, waardoor IDC gehouden is om de door hem geleden schade te vergoeden. De schade bestaat uit diverse kosten, waaronder deurwaarderskosten, kosten van rechtsbijstand en immateriële schade. Eiser heeft IDC gesommeerd tot betaling van een bedrag van € 24.583,04, vermeerderd met wettelijke rente.
De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar de stellingen van eiser en de relevante jurisprudentie. Eiser heeft onder andere verwezen naar arresten van de Hoge Raad waarin is bepaald dat de executie van een nog niet onherroepelijk en later vernietigd vonnis een onrechtmatige daad kan opleveren. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het causaal verband tussen de executie en de door eiser gestelde schade niet aanwezig is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de keuze om niet onmiddellijk tot betaling over te gaan en de kort gedingprocedures te starten, een keuze van eiser zelf was. Hierdoor komen de kosten van deze procedures voor zijn rekening.
De rechtbank heeft eiser in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over het standpunt van IDC met betrekking tot de kosten van rechtsbijstand en andere schadeposten. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling, waarbij partijen hun standpunten verder kunnen toelichten. De uitspraak is gedaan door mr. M. van den Acker, rechter, en is ter openbare terechtzitting uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.