ECLI:NL:RBMAA:2005:AU1654
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.T.M. Bröcker
- Rechtspraak.nl
Toestemming voor het aanvragen van een paspoort voor minderjarigen door een stichting
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Maastricht op 5 augustus 2005 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. De stichting vroeg om een vervangende toestemming voor het aanvragen van een paspoort voor minderjarigen, omdat de moeder, die het ouderlijk gezag heeft, geen toestemming kon geven. De kinderrechter oordeelde dat de wetgever en gerechtshoven die eerder hebben geoordeeld dat een stichting geen verzoek kan indienen, in strijd handelen met artikel 3 van het Verdrag inzake de rechten van het kind. Dit artikel stelt dat bij alle maatregelen betreffende kinderen, de belangen van het kind de eerste overweging moeten zijn.
De kinderrechter benadrukte dat de belangen van de minderjarigen in deze zaak voorop moeten staan. De WSS stelde dat de huidige Paspoortwet hen niet de bevoegdheid geeft om dit verzoek in te dienen, maar dat het belang van de kinderen een dergelijke voorziening vereist. De kinderrechter vond dat de wetgeving niet voldoende rekening houdt met de belangen van kinderen in vergelijkbare situaties, en dat de huidige wetgeving in dit geval niet toegepast kan worden.
De kinderrechter heeft de relevante artikelen van de Paspoortwet buiten toepassing gelaten, omdat deze in strijd zijn met het Verdrag inzake de rechten van het kind. De kinderrechter concludeerde dat er geen bezwaren zijn tegen het verstrekken van een paspoort of identiteitskaart aan de minderjarigen, en dat het verzoek van de stichting moet worden toegewezen. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is ondertekend door de kinderrechter en de griffier.