ECLI:NL:RBMAA:2006:AY4903
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.H.M.J. baron van Hövell tot Westerflier
- Rechtspraak.nl
Uitleg over de beëindigingsovereenkomst en finale kwijting in arbeidsovereenkomst
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Maastricht op 14 juni 2006, staat de uitleg van een beëindigingsovereenkomst in een arbeidsovereenkomst centraal. Eiser, vertegenwoordigd door mr. J.A.H.L. Liégeois, vordert een verklaring voor recht dat de verleende finale kwijting niet betrekking heeft op het achterstallig vakantiegeld en de ingehouden pensioenpremie. Gedaagde, A & A Accountants en Adviseurs B.V., vertegenwoordigd door mw. mr. E.J.C.F. Coumans, betwist de vorderingen niet, maar stelt dat de finale kwijting wel degelijk van toepassing is op de periode voor 13 januari 2005, zoals vastgelegd in de beëindigingsovereenkomst.
De kantonrechter oordeelt dat de finale kwijting niet van toepassing is op de afrekening van vakantiegeld en vakantiedagen, waardoor de vordering van eiser op dat punt wordt toegewezen. De rechter wijst ook op de noodzaak van een bruto-nettoberekening en de wettelijke inhoudingen op het te betalen bedrag. Eiser vordert daarnaast buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente, welke ook worden toegewezen.
De rechter veroordeelt gedaagde tot betaling van een netto-equivalent van € 3.158,26, vermeerderd met buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. Tevens worden de proceskosten aan de zijde van eiser begroot op € 627,60. Het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het anders of meer gevorderde wordt afgewezen. De zaak illustreert de complexiteit van arbeidsovereenkomsten en de noodzaak van duidelijke afspraken omtrent finale kwijting en betalingsverplichtingen.