ECLI:NL:RBMAA:2008:BE9679
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van WIA-uitkering en de rechtsgeldigheid van eerdere WAO-besluiten
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 5 augustus 2008 uitspraak gedaan in het geschil tussen eiseres, [naam], en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen. Eiseres had beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder, dat haar met ingang van 15 januari 2007 een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) toekende. Eiseres betwistte de toekenning van de WIA-uitkering en stelde dat zij recht had op een WAO-uitkering, gezien haar eerdere ziekmeldingen en de combinatie van klachten die haar arbeidsongeschiktheid veroorzaakten.
De rechtbank oordeelde dat verweerder onvoldoende zorgvuldig had gehandeld bij de voorbereiding van het besluit, omdat niet was ingegaan op de grief van eiseres met betrekking tot de WAO-aanspraken. De rechtbank benadrukte dat, gelet op de systematiek van artikel 120 van de WIA, verweerder eerst inhoudelijk op de WAO-aanspraken had moeten ingaan voordat een standpunt over de WIA-aanspraken werd ingenomen. Dit was in strijd met het motiveringsbeginsel van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond en vernietigde het bestreden besluit. Verweerder werd opgedragen om met inachtneming van de uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiseres. Tevens werd bepaald dat het door eiseres betaalde griffierecht van € 39,00 door verweerder vergoed diende te worden. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige besluitvorming en het motiveringsbeginsel in bestuursrechtelijke procedures.