ECLI:NL:RBMAA:2008:BG8022
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.M. Beije
- P.H.M. Kuster
- P. Kistemaker-van Blaricum
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake bigamie en opzettelijk aangaan van een dubbel huwelijk
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Maastricht, is de verdachte beschuldigd van bigamie, het opzettelijk aangaan van een dubbel huwelijk. De rechtbank heeft op 19 december 2008 uitspraak gedaan in deze zaak, die onder parketnummer 03/505810-05 viel. De verdachte was op 3 december 1998 in het huwelijk getreden met [naam 2de echtgenote], terwijl hij nog gehuwd was met [naam 1ste echtgenote]. De rechtbank heeft vastgesteld dat het aan de verdachte ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard, mede op basis van de huwelijksakte en de verklaringen van de verdachte zelf. De verdachte heeft bekend een dubbel huwelijk te zijn aangegaan, wat de rechtbank als opzettelijk heeft gekwalificeerd.
De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen feiten of omstandigheden zijn die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. Gezien de ernst van het feit heeft de rechtbank een gevangenisstraf van drie maanden opgelegd, wat lager is dan de eis van de officier van justitie. De vordering van de benadeelde partij, [naam 2de echtgenote], is door de rechtbank niet-ontvankelijk verklaard, omdat deze niet van zodanig eenvoudige aard was dat deze zich voor behandeling in dit strafgeding leende. De rechtbank heeft bepaald dat de benadeelde partij haar vordering bij de burgerlijke rechter kan indienen.
De zaak is inhoudelijk behandeld op de zittingen van 11 januari 2008 en 5 december 2008, waarbij de verdachte niet aanwezig was, maar zijn raadsvrouw wel. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt. De rechtbank heeft de verklaringen van de getuigen en de verdediging zorgvuldig gewogen en is tot de conclusie gekomen dat de verdachte opzettelijk een dubbel huwelijk is aangegaan, zonder zich te vergewissen van de geldigheid van zijn eerdere huwelijk. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het opzettelijk aangaan van een dubbel huwelijk en heeft de strafmaat bepaald op basis van de aard en ernst van het feit, evenals de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd.