ECLI:NL:RBMAA:2009:BJ7594

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
8 juli 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
03/702768-09
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Meervoudige strafzaak tegen verdachte wegens meerdere inbraken en diefstallen in Limburg

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Maastricht op 8 juli 2009, stond de verdachte terecht voor meerdere inbraken en diefstallen die in een korte periode in Midden- en Zuid-Limburg plaatsvonden. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met medeverdachten betrokken was bij verschillende inbraken, waaronder een inbraak in een woning in Herten op 24 februari 2009, waarbij diverse goederen werden gestolen. De rechtbank achtte de verklaringen van de medeverdachten en de aangiften van de slachtoffers overtuigend en kwam tot de conclusie dat de verdachte schuldig was aan de ten laste gelegde feiten, met uitzondering van enkele punten waar onvoldoende bewijs voor was. De verdachte werd vrijgesproken van de diefstal van fietsen, omdat er geen overtuigend bewijs was dat hij deze had gestolen. De rechtbank legde een werkstraf van 240 uur op, alsook een voorwaardelijke gevangenisstraf van 8 maanden, met bijzondere voorwaarden voor reclasseringstoezicht. De rechtbank benadrukte het belang van begeleiding voor de verdachte om zijn leven weer op de rails te krijgen en herhaling van strafbare feiten te voorkomen. De beslissing werd genomen op basis van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze waren gepleegd, evenals de persoonlijke situatie van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector strafrecht
parketnummer: 03/702768-09
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 8 juli 2009
in de strafzaak tegen
[naam verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Raadsman is mr. R. Mahovic, advocaat te Maastricht.
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 24 juni 2009, waarbij de officier van justitie, de verdediging en de verdachte hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1: samen met een ander een personenauto heeft gestolen door deze open te breken;
Feit 2: samen met anderen heeft geprobeerd een woninginbraak te plegen;
Feit 3 en 4: samen met een ander een woninginbraak heeft gepleegd;
Feit 5 primair: samen met een ander een auto heeft gestolen door deze open te breken;
Feit 5 subsidiair: een personenauto voorhanden heeft gehad wetende dat deze gestolen was.
3 De beoordeling van het bewijs
3.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht de onder 5 primair ten laste gelegde diefstal niet wettig en overtuigend bewezen. Zij acht de onder 5 subsidiair ten laste gelegde heling wel wettig en overtuigend bewezen. De overige feiten acht zij eveneens wettig en overtuigend bewezen. Zij heeft daaraan ten grondslag gelegd de diverse aangiften, de bekennende verklaring van de verdachte en de verklaringen van de mededader(s). Zij heeft zich niet uitgelaten over het standpunt van de verdediging met betrekking tot feit 3.
3.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft evenals de officier van justitie ter terechtzitting betoogd dat feit 5 primair niet wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard. Voor wat betreft feit 5 subsidiair heeft de raadsman zich gerefereerd aan het het oordeel van de rechtbank. Verder wordt door verdachte ontkend dat bij de onder 3 ten laste gelegde woninginbraak een of meer fietsen zijn gestolen.
3.3 Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat het onder 5 primair ten laste gelegde feit niet wettig en overtuigend bewezen is, nu er geen wettig en overtuigend bewijs is dat de verdachte betrokken was bij de betreffende autodiefstal. De rechtbank zal de verdachte daarom van dit feit vrijspreken.
Evenals de officier van justitie en de verdediging acht de rechtbank de onder 1, 2, 4 en 5 subsidiair ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen, gelet op:
Feit 1.
- De bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting;
- De aangifte van [naam slachtoffer 1] van 9 maart 2009;
- Het proces-verbaal van verhoor van medeverdachte [naam medeverdachte 1] van 16 maart 2009;
Feit 2.
- De bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting;
- Het proces-verbaal van aangifte van [naam slachtoffer 2] van 12 maart 2009;
- Het proces-verbaal van verhoor van de medeverdachte [naam medeverdachte 1] van 16 maart 2009;
- Het proces-verbaal van verhoor van de medeverdachte [naam medeverdachte 2] van
16 maart 2009;
- Het proces-verbaal van verhoor van de getuige [naam getuige 1] van 12 maart 2009;
Feit 4.
- De bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 24 juni 2009;
- Het proces-verbaal van aangifte van [naam slachtoffer 3] van 13 februari 2009;
- Het proces-verbaal van verhoor van de medeverdachte [naam medeverdachte 1] van 16 maart 2009
Feit 5 subsidiair.
- De bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting;
- Het proces-verbaal van aangifte van [naam slachtoffer 4], d.d. 2 maart 2009.
Ten aanzien van feit 3 overweegt de rechtbank het navolgende.
Vast staat dat omstreeks 24 februari 2009 werd ingebroken in de woning aan [adresgegevens] te Herten, gemeente Roermond. Daarbij werd met een steen een gat in een raam gemaakt, het raam geopend en vervolgens binnengetreden.
Gestolen werden een laptop, twee LCD-TV’s, geld en een I-Pod
De verdachte heeft hierover ter terechtzitting verklaard dat hij met [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 3] heeft ingebroken in een woning in Herten. [naam medeverdachte 1] en [naam medeverdachte 3] probeerden eerst de achterdeur te openen, maar dat lukte niet. [naam medeverdachte 1] heeft daarop een ruit ingegooid. Om te kijken of iemand dat gehoord had, zijn ze even weggegaan. Toen ze terug kwamen zijn ze met zijn drieën door het raam naar binnen gegaan en hebben ze een lap-top, twee LCD-TV’s, een I-Pod en een bedrag van € 170,- gestolen.[17]
Medeverdachte [naam medeverdachte 1] heeft op 16 maart 2009 bij de politie verklaard dat hij een maand eerder samen met [naam verdachte] en [naam medeverdachte 3] had ingebroken in Herten. Eerst hadden ze geprobeerd via de schuur naar binnen te komen. Vervolgens heeft [naam medeverdachte 1] een baksteen gepakt en daarmee een ruit ingegooid. Zij zijn even weggegaan om te kijken of iemand kwam kijken wat er gebeurd was. Ze zijn toen teruggegaan en via de kapot gegooide ruit naar binnen gegaan. Zij hebben twee televisietoestellen, een laptop, een I-Pod en een geldbedrag gestolen.
De rechtbank acht bewezen dat verdachte deze inbraak met [naam medeverdachte 1] heeft gepleegd. Verdachte en [naam medeverdachte 1] verklaren weliswaar dat ook [naam medeverdachte 3] betrokken was bij die inbraak, maar [naam medeverdachte 3] zelf verklaart dat verdachte en [naam medeverdachte 1] de gestolen spullen bij hem hebben afgeleverd. De rechtbank sluit niet uit dat verdachte en [naam medeverdachte 1] zich op dit punt vergissen. Gelet op het aantal door hen gepleegde feiten en daarom wordt de verklaring van [naam medeverdachte 3] op dit punt betrouwbaarder geacht.
Verder staat in de tenlastelegging vermeld dat verdachte een of meer fietsen zou hebben gestolen. De rechtbank acht het mogelijk dat die fietsen inderdaad zijn gestolen, maar acht niet bewezen dat verdachte en zijn mededader dat hebben gedaan. Verdachte ontkent deze fietsen te hebben gestolen, [naam medeverdachte 1] verklaart daarover niets in zijn bij de politie afgelegde verklaring van 16 maart 2009, terwijl hij verder geheel openheid van zaken heeft geven over deze inbraak. Bovendien is het volgens de rechtbank niet aannemelijk dat verdachte in een Volkswagen Polo, het voertuig waarvan hij en [naam medeverdachte 1] gebruik maakten, naast de voornoemde, gestolen goederen ook nog twee fietsen hebben vervoerd. Gelet op de omstandigheid dat de bewoners enige dagen van huis zijn geweest is het zeer wel mogelijk dat derden de fietsen hebben weggenomen.
3.4 De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1.
op 9 maart 2009 in de gemeente Heerlen samen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto, merk Volkswagen Polo, gekentekend [..-..-..], toebehorende aan [naam slachtoffer 1], waarbij verdachte en zijn mededader die weg te nemen auto onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
2.
op 12 maart 2009 in de gemeente Nuth ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om samen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een aan de [adres] gelegen woning weg te nemen goederen en/of geld, toebehorende aan [naam slachtoffer 2], en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en die weg te nemen goederen en/of geld onder hun bereik te brengen door middel van braak en inklimming, met zijn mededaders een ruit van die woning heeft stukgegooid, die woning is binnengeklommen en de voordeur van die woning heeft geopend, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3.
omstreeks 24 februari 2009 te Herten, in de gemeente Roermond, tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een aan [adres] gelegen woning heeft weggenomen een laptop, 2 LCD tv's, een hoeveelheid geld, een IPod, toebehorende aan [naam slachtoffer 5], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak en inklimming;
4.
op 13 februari 2009, in de gemeente Nuth tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een aan de [adres] gelegen woning heeft weggenomen, onder meer, een computer (merk Dell) en een beeldscherm en een LCD-televisie (merk Sony) en computerspellen, toebehorende aan een ander dan aan verdachte en zijn mededader, waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak;
5 subsidiair.
Op of omstreeks 2 maart 2009 in de gemeente Heerlen een personenauto (merk VW Polo, kenteken [..-..-..]) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die personenauto wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
De rechtbank acht niet bewezen wat meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
4 De strafbaarheid
Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
feit 1:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 2:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming;
feit 3:
diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
feit 4:
diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
feit 5 subsidiair:
opzetheling.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Verdachte is strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.
5 De strafoplegging
5.1 De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan verdachte op te leggen:
- een werkstraf voor de duur van 240 uur, subsidiair 120 dagen hechtenis;
- een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, met als bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich houdt aan de aanwijzingen en meldplicht van de reclassering, evenals het volgen van een budgetteringscursus als de reclassering dat nodig acht.
Zij houdt bij haar eis rekening met de twee ad informandum gevoegde feiten.
5.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ter terechtzitting verzocht een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van de ondergane voorlopige hechtenis op te leggen. Verder heeft hij verzocht geen werkstraf op te leggen in verband met de zwaarte van het beroep van verdachte.
5.3 Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van wat bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is ge¬komen.
Ten aanzien van de aard van de op te leggen straf is de rechtbank van oordeel dat, gelet op de aard en de ernst van de begane feiten, niet kan worden volstaan met een vrijheidsstraf die gelijk is aan de duur van de ondergane voorlopige hechtenis.
Nu het bevel gevangenhouding door de rechtbank is geschorst en niet is gebleken dat verdachte nadien strafbare feiten heeft gepleegd, acht de rechtbank het evenwel niet opportuun om alsnog aan verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. De verdachte heeft inmiddels weer werk en de rechtbank acht het niet in zijn belang als hij dit door detentie weer zou verliezen. Zij legt daarom aan verdachte een werkstraf op voor de duur van 240 uur. De verdachte moet tot deze werkstraf in staat worden geacht naast zijn reguliere werkzaamheden. Het zal van verdachte extra inspanning eisen, maar het gaat dan ook om een straf, die verdachte het onoorbare van zijn handelen moet doen inzien.
Daarnaast zal de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden opleggen om verdachte er van te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
De rechtbank is daarbij van oordeel dat verdachte baat heeft bij toezicht en begeleiding door de reclassering om zijn leven, zonder criminele activiteiten, op orde te krijgen. Daarom legt de rechtbank als bijzondere voorwaarde bij zijn proeftijd een reclasseringstoezicht op.
Bij de straftoemeting heeft de rechtbank ten bezware van de verdachte er rekening mee gehouden dat de verdachte heeft erkend zich schuldig te hebben gemaakt aan strafbare feiten, vervat in het dossier met het parketnummer 702768-09, ter zake waarvan de officier van justitie heeft medegedeeld dat de verdachte daarvoor niet afzonderlijk is of zal worden vervolgd, te weten:
- 16 februari 2009, Horn, gemeente Leudal, diefstal in vereniging uit de
woning [adres] en
- 2 maart 2009, Haelen, gemeente Leudal, diefstal in vereniging uit de
woning [adres].
6 De benadeelde partij
De benadeelde partijen [naam slachtoffer 5] en [naam slachtoffer 6], wonende te [adres], [adresgegevens], vorderen een schadevergoeding van nihil ter zake van feit 3.
Nu de benadeelde partijen in het “Voegingsformulier benadeelde partij in het strafproces” hebben aangegeven dat de gehele schade door de verzekering is vergoed en zij dus geen schade hebben geleden door het bewezen verklaarde feit, zal de rechtbank hen niet-ontvankelijk verklaren in hun vordering.
7 Het beslag
De rechtbank zal de teruggave aan verdachte gelasten van de hierna in de beslissing genoemde in beslag genomen en niet teruggegeven GSM, omdat ter terechtzitting is gebleken dat deze aan de verdachte toebehoort en niet vatbaar is voor verbeurdverklaring dan wel onttrekking aan het verkeer. Omdat de overige in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen niet aan de verdachte toebehoren en niet vatbaar zijn voor verbeurdverklaring dan wel onttrekking aan het verkeer zal de rechtbank de bewaring van deze voorwerpen gelasten ten behoeve van de rechthebbende.
8 De wettelijke voorschriften
De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 24c, 45, 57, 310, 311 en 416 van het Wetboek van Strafrecht.
9 De beslissing
De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt verdachte vrij van het onder 5 primair tenlastegelegde feit;
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
- verklaart dat het bewezen verklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart verdachte strafbaar;
Straffen
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 8 maanden;
- bepaalt dat deze straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast omdat verdachte zich voor het einde van een proeftijd van twee jaar schuldig maakt aan een strafbaar feit of omdat verdachte tijdens de proeftijd de bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt als bijzondere voorwaarde dat verdachte zich tijdens de proeftijd moet gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die worden gegeven door of namens de reclassering, ook als deze voorschriften en aanwijzingen inhouden dat hij een budgetteringscursus zal volgen en/of dat hij zich zal houden aan de meldplicht, zolang de reclassering dat gedurende de proeftijd nodig acht;
- draagt de reclassering op om aan verdachte hulp en steun te verlenen bij de naleving van deze voorwaarden;
- veroordeelt verdachte tot werkstraf voor de duur van 240 uren;
- beveelt dat indien verdachte de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 120 dagen;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde werkstraf, naar rato van twee uur per dag;
- heft op het bevel tot voorlopige hechtenis;
Beslag
- gelast de teruggave van het volgende in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp:
2009029995 8 een GSM, Kleur zwart, merk NOKIA, type N95, serienummer
354829028724296, toestel kapot,
aan [naam verdachte] voornoemd;
- gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van de volgende in beslag
genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen:
2009029995 5 een afstandsbediening, merk JVC, type Rm-Rk60,
2009029995 6 een autoradio, merk MARQUANT, voorzien van frontje,
2009029995 9 een computer, Kleur wit, merk SONY, type Psp, serienummer
FC2937923 en
2009029995 10 een monitor, Kleur zwart, merk DELL, serienummer
CN-OD5432-64180-489;
Benadeelde partijen
- verklaart de benadeelde partijen [naam slachtoffer 5] en [naam slachtoffer 6], wonende te [adres], [adresgegevens], niet ontvankelijk in hun vordering
- veroordeelt de benadeelde partijen [naam slachtoffer 5] en [naam slachtoffer 6] in de kosten door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. Hazen, voorzitter, mr. E.W.A. van den Berg en
mr. R.A.M.M. Gijselaers, rechters, in tegenwoordigheid van J.M.A. Haanen, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 8 juli 2009.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
1.
hij op of omstreeks 9 maart 2009 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto, merk Volkswagen Polo, gekentekend [..-..-..], in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen auto onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;(zaak 1)
2.
hij op of omstreeks 12 maart 2009 in de gemeente Nuth ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een aan de [adres] gelegen woning weg te nemen goederen en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen, een ruit van die woning hebben/heeft stukgegooid, die woning zijn/is binnengeklommen en/of de voordeur van die woning hebben/heeft geopend, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; (zaak 2)
3.
hij op of omstreeks 24 februari 2009 te Herten, in de gemeente Roermond, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een aan [adres] gelegen woning heeft weggenomen onder meer, een of meer fietsen, een laptop, 2 lcd tv's, een hoeveelheid geld, een IPod, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 5] en/of [naam slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming; (zaak 4)
4.
hij op of omstreeks 13 februari 2009, in de gemeente Nuth tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een aan de [adres] gelegen woning heeft weggenomen, onder meer, een computer (merk Dell) en/of twee, althans een beeldscherm(en) en/of een LCD-televisie (merk Sony) en/of een of meer computerspellen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming; (zaak 5)
5.
hij op of omstreeks 2 maart 2009 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een personenauto (merk VW Polo, kenteken [..-..-..]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming; (zaak 17)
subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij op of omstreeks 2 maart 2009 in de gemeente Heerlen, in elk geval in Nederland, een personenauto (merk VW Polo, kenteken [..-..-..]) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die personenauto wist dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;