ECLI:NL:RBMAA:2009:BJ9693

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
6 oktober 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
348832 CV EXPL 09-3823
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.J. Groen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing ontruiming en afwijzing vorderingen tot herstel huurgenot en ontbinding huurovereenkomst

In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 6 oktober 2009 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een verhuurder en een huurster. De verhuurder had de voordeur van de woning van de huurster eigenmachtig afgesloten wegens huurachterstand en overlast. De huurster, die gedwongen was opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis, vorderde toegang tot haar woning. De rechtbank wees deze vordering af, omdat de verhuurder de moeder en/of dochter van de huurster toegang had verleend om persoonlijke spullen op te halen. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende spoedeisend belang was voor de huurster om toegang te eisen, gezien haar situatie in het ziekenhuis.

De vordering van de verhuurder tot ontbinding van de huurovereenkomst werd afgewezen, omdat dit een te vergaande maatregel zou zijn. Echter, de huurachterstand van zes maanden, samen met de niet weersproken geluidsoverlast en stankoverlast, rechtvaardigde wel de toewijzing van de ontruiming. De rechtbank oordeelde dat de verhuurder, ondanks zijn eigenrichting, niet kon worden veroordeeld tot het dragen van de proceskosten, en deze werden gecompenseerd.

De uitspraak benadrukt de noodzaak van een goede huurder- en verhuurderrelatie en de gevolgen van eigenrichting. De kantonrechter stelde dat de huurster niet langer als goede huurder kon worden beschouwd, gezien de ernstige tekortkomingen in haar verplichtingen. De ontruiming werd toegewezen met een termijn van twee weken na betekening van het vonnis, waarbij de verhuurder verplicht werd om de moeder en dochter van de huurster toegang te verlenen tot de woning voor de ontruiming.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Sittard-Geleen
zaakno: 348832 CV EXPL 09-3823
typ: FL
Datum uitspraak: 6 oktober 2009
De kantonrechter te Sittard-Geleen wijst het navolgende vonnis in het kort geding van:
[eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie],
wonende te [adres],
eisende partij in conventie, tevens verwerende partij in reconventie,
hierna verder ook te noemen: “[eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie]”
gemachtigde: mr. R.W.J.L. Loonen, advocaat te Heerlen,
toevoeging aangevraagd,
tegen
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie],
wonende te [adres],
gedaagde partij in conventie, tevens eisende partij in reconventie,
hierna verder ook te noemen: “[gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie]”,
gemachtigde: mw. mr. A.C.E. van den Hombergh, werkzaam bij DAS Rechtsbijstand te Roermond.
HET PROCES-VERLOOP:
In conventie en in reconventie:
Op 18 september 2009 heeft [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] de kantonrechter verzocht om [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te mogen dagvaarden in kort geding ex. artikel 254 Rv. in de nevenvestigingsplaats van de rechtbank Maastricht te Sittard-Geleen aan de Parklaan 17.
De datum en het tijdstip van de mondelinge behandeling zijn door de kantonrechter vervolgens bepaald op maandag 5 oktober 2009 om 13.30 uur.
Namens [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] is haar gemachtigde mr. R.W.J.L. Loonen verschenen.
Namens [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] is haar echtgenoot de heer [echtgenoot] verschenen, bijgestaand door mw. mr. A.C.E. van den Hombergh.
De gemachtigde van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] heeft ter terechtzitting geconclu¬deerd overeenkomstig de inhoud van het overgelegde origineel van het betekende exploot van dagvaarding en heeft tevens verweer gevoerd tegen de door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] ingestelde vorderingen in reconventie.
De gemachtigde van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft verweer gevoerd tegen de vorderingen van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] en heeft tevens een vordering in reconventie ingesteld, dit onder overlegging van een pleitnota en een aantal foto’s.
De uitspraak van het vonnis is hierna bepaald op heden.
DE VORDERINGEN VAN ERKENS:
In conventie:
[eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, bij wijze van onmiddellijke voorziening bij voorraad:
1. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te veroordelen om haar met al het hare en de haren toegang te verlenen tot haar woning en haar en de hare het volle huurgenot te verschaffen en te blijven verschaffen tot dat de huurovereenkomst op rechtmatige wijze is geëindigd, dit op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag of gedeelte van een dag dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] daarmee in gebreke blijft, althans een zodanige maatregel als de kantonrechter in goede justitie vermeent te behoren;
2. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te veroordelen de nutsvoorzieningen in het gehuurde, te weten het gas, water en elektriciteit aan te sluiten en aangesloten te houden, dit op straffe van een dwangsom van € 500,00 voor iedere dag of gedeelte van een dag dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] daarmee in gebreke blijft, althans een zodanige maatregel als de kantonrechter in goede justitie vermeent te behoren en
3. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te veroordelen in de proceskosten.
DE VORDERINGEN VAN PENNERS:
In reconventie:
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, bij wijze van onmiddellijke voorziening bij voorraad:
1. de huurovereenkomst met [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] met onmiddellijke ingang te ontbinden en de ontruiming te bepalen;
2. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] binnen 14 dagen na de uitspraak van dit vonnis te voldoen een bedrag van € 4.050,00 ter zake van achterstallige huurpenningen;
3. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] binnen 14 dagen na de uitspraak van dit vonnis te voldoen een bedrag van € 5.000,00 als voorschot op de schade ter zake van schade aan het gehuurde en
4. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] te veroordelen in de proceskosten.
DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN:
In conventie en in reconventie:
[eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] stelt – zakelijk weergegeven – het volgende. Sinds 1 mei 2006 huurt zij van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] de woning aan de [adres]. De huurprijs bedraagt € 470,00 per maand. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] legt een kopie van de huurovereenkomst over. Op 3 september 2009 heeft [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] tijdens haar afwezigheid het slot van de voordeur vervangen en sindsdien kan zij de woning niet meer betreden. Op 15 en 16 september 2009 heeft haar gemachtigde aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] verzocht om toegang tot de woning, maar [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft dat geweigerd. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft tot twee keer toe de huurovereenkomst opgezegd, maar beide opzeggingen voldoen niet aan de wettelijke vereisten. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft gewoonweg eigenrichting gepleegd. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] is van mening dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] haar goederen verduistert. Van die verduistering is aangifte bij de politie gedaan. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] erkent dat in de woning wat rommel is opgeslagen, maar dat geeft [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] niet het recht om haar geen toegang meer tot de woning te verlenen. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] betwist dat sprake is van een huurachterstand van 6 maanden. Volgens haar is sprake van slechts twee maanden achterstand. Ook de huurachterstand rechtvaardigt geen ontbinding van de huurovereenkomst. Doordat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] haar geen toegang verleent is zij verstoken van kleding, persoonlijke spullen en paspoort. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft tevens het gas, water en elektriciteit afgesloten. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] dient die afsluiting ongedaan te maken. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] erkent dat zij thans gedwongen is opgenomen in de afdeling PAAZ van Orbis Medisch Centrum en dat thans onbekend is op welke datum zij ontslagen zal worden.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] stelt – zakelijk weergegeven – het volgende. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] erkent dat partijen een huurovereenkomst hebben gesloten. Volgens [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] bedraagt de totale huurprijs inclusief voorschot nutsvoorzieningen en servicekosten € 675,00 per maand. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] heeft niet de gehele huurovereenkomst overgelegd. Uit het surplus blijkt dat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] maandelijks naast de huurprijs ad € 470,00 een bedrag ad € 130,00 aan voorschot nutsvoorziening en een bedrag van € 75,00 ter zake van servicekosten verschuldigd is. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] heeft vanaf de aanvang van de huur maandelijks de huurpenningen contant betaald. Steeds werd een kwitantie verstrekt. Sinds mei 2009 heeft [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] niets meer betaald. Thans is sprake van 6 maanden achterstand, derhalve in totaal € 4.050,00. Vanaf omstreeks medio 2008 veroorzaakt [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] ernstige overlast. Er is sprake van geluidsoverlast. Het is voorgekomen dat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] luidkeels op het balkon in zichzelf staat te praten. Meermaals moest de politie worden gewaarschuwd om de orde te herstellen. Daarnaast is sprake van stankoverlast doordat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] de woning niet schoonmaakt en ligt de hele woning vol met rommel en spullen en wel zodanig dat er in de woning niet meer gelopen kan worden. De koelkast is kennelijk stuk en veroorzaakt eveneens stank. Verder heeft [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] het bad laten overstromen. Als gevolg daarvan heeft [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] schade geleden. Die schade is weliswaar vergoed door de verzekeringsmaatschappij, maar gevreesd wordt dat herhaling zich zal voordoen. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] is namelijk lijdende aan een geestelijke stoornis. Medio september 2009 is zij immers gedwongen opgenomen in Medisch Centrum Orbis. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] exploiteert op de begane grond een cateringbedrijf waar etenswaren worden bereid. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] is van mening dat van haar niet langer gevergd kan worden de huurovereenkomst te laten voortduren. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] betwist dat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] niet over haar paspoort, kleding en andere noodzakelijke spullen beschikt. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft immers de moeder van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] in de gelegenheid gesteld die spullen uit de woning te halen. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] verklaart zich bereid de moeder van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] toegang tot de woning te verlenen telkens als dat nodig is. Volgens [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] zal de woning hersteld dienen te worden. Als voorschot op de door haar te lijden schade vordert [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] een voorschotbedrag ter hoogte van € 5.000,00.
HET OORDEEL VAN DE KANTONRECHTER:
In conventie en in reconventie:
De over en weer ingestelde vorderingen hangen nauw met elkaar samen zodat zij zich lenen voor gezamenlijke bespreking.
Beide partijen hebben in voldoende mate aannemelijk gemaakt een spoedeisend belang te hebben bij haar vorderingen.
De door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] gevorderde ontbinding van de huurovereenkomst zal worden afgewezen omdat toewijzing van die vordering een declaratoire uitspraak zou zijn en vanwege haar onomkeerbaarheid een te vergaande maatregel.
Wil er sprake zijn van toewijzing van de door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] gevorderde ontruiming bij wijze van voorlopige voorziening, dan zal de kantonrechter dienen vast te stellen of met een grote mate van zekerheid kan worden aangenomen dat in een bodemprocedure een ontbinding van de
huurovereenkomst zal worden uitgesproken, zeker nu een ontruiming een maatregel betreft die diep ingrijpt in de primaire levensbehoeften van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie].
De kantonrechter zal dan ook dienen na te gaan of de door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] gestelde tekortkomingen van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] in de nakoming van de huurovereenkomst zodanig ernstig zijn en deze tekortkomingen [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] kunnen worden toegerekend, dat voorshands geoordeeld kan worden dat deze tekortkomingen in de bodempro¬cedure een ontbinding van de huurovereenkomst zullen rechtvaardigen.
Naar het oordeel van de kantonrechter is in dit geval voor toewijzing van de vordering tot ontruiming voldoende grond aanwezig, daar het alleszins waarschijnlijk is dat in de bodemprocedure de huur¬overeenkomst op de gestelde grondslag zal worden ontbonden.
[eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] heeft erkend dat sprake is van ten minste 2 maanden huurachterstand. Verder staat als niet betwist vast dat de door [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] gehuurde woning ernstig is vervuild c.q. verontreinigd en dat sprake is van stankoverlast. Uit de overgelegde foto’s blijkt dat sprake is van een enorme puinhoop in de woning. Voorts heeft [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] niet weersproken dat zij meermaals geluidsoverlast heeft veroorzaakt en dat deswege meerdere keren de politie is gewaarschuwd. De kantonrechter is derhalve voorshands van oordeel dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] ernstig is tekortgeschoten in haar verplichting om zich als goed huurder te gedragen en dat van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] niet langer gevergd kan worden om die situatie te laten voortduren. Daarbij speelt mede een rol dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] op de begane grond een cateringbedrijf exploiteert en in die ruimten etenswaar wordt bereid en [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] niet heeft aangegeven binnen welke termijn aan de onhygiënische situatie een einde wordt gemaakt.
Hoewel het plegen van eigenrichting door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] niet getolereerd kan worden, lijkt de handelwijze van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] voorshands ingegeven te zijn door onkunde, onmacht en de vrees dat de situatie zou verergeren en daardoor mogelijk zijzelf, haar bedrijf en derden in de toekomst schade kunnen lijden bij voortzetting van de huurovereenkomst door [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie]. Niet betwist is dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] de afgelopen maanden meerdere keren heeft gewaarschuwd en heeft gesommeerd om zich als goed huurder te gedragen en de rommel in de woning op te ruimen. [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] kan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] dan ook thans niet verwijten geen of onvoldoende rekening te hebben gehouden met haar belangen en thans geen spoedeisend belang te hebben bij een ontruiming.
Al het vorenstaande leidt er toe dat de kantonrechter de gevor¬derde ontruiming zal toewijzen, waarbij de ontruimingstermijn zal worden gesteld op twee weken na betekening van dit vonnis.
Nu vast staat dat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] thans op grond van een rechterlijke machtiging in het kader van de Wet BOPZ in het Medisch Centrum Orbis verblijft en onbekend is wanneer [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] uit dat medisch centrum wordt ontslagen, zal worden bepaald dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] aan de moeder en dochter van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] toegang zal dienen te verlenen tot de woning om desgewenst de ontruiming te regelen en te effectueren.
Nu niet is weersproken dat de moeder en/of dochter van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] het paspoort en kleding van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] reeds uit de woning hebben gehaald en [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie], zoals hiervoor reeds overwogen, thans in het Medisch Centrum Orbis verblijft en onbekend is wanneer [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] uit dat medisch centrum wordt ontslagen, kan niet gezegd worden dat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] thans een direct belang heeft bij haar vordering om haar toegang tot de woning te verlenen. Gelet op al het vorenstaande
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft zich bereid verklaard de moeder en dochter van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] toegang tot de woning te verlenen.
Nu de gevorderde ontruiming wordt toegewezen, heeft [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] geen belang meer bij haar vordering tot herstel van de aansluiting op de nutsvoorzieningen. Overigens heeft [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] weersproken dat die voorzieningen waren afgesloten.
[eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] heeft niet weersproken dat de huur steeds contant werd betaald en dat zij telkens een kwitantie van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft ontvangen. Hoewel [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] stelt dat sprake is van slechts twee maanden huurachterstand, heeft [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] geen stukken overgelegd, meer in het bijzonder kwitanties, waaruit blijkt dat zij na mei 2009 huurpenningen heeft betaald. Voorshands moet er derhalve van worden uitgegaan dat inclusief de maand oktober 2009 sprake is van 6 maanden huurachterstand. Door [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] is een huurovereenkomst overgelegd waarin sprake is van een huurprijs van € 470,00 te vermeerderen met € 75,00 als voorschot voor de levering van gas, water, elektriciteit en cai, terwijl [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] stelt dat daar bovenop een bedrag van
€ 130,00 per maand verschuldigd is voor servicekosten. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft een kopie daarvan overgelegd. Voorshands moet derhalve van een totale huurprijs van € 675,00 worden uitgegaan. Dat betekent dat aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] zal worden toegewezen een bedrag van € 4.050,00 ter zake van huurachterstand tot en met de maand oktober 2009.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] heeft de gestelde schade ter zake van herstel van de woning in het geheel niet onderbouwd, zodat dit deel van de vordering afgewezen zal worden.
Als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij dient [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] te worden veroordeeld in de proceskosten, maar mede gelet op de gekozen eigenrichting door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] waardoor [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] genoodzaakt was het onderhavige kort geding aanhangig te maken, acht de kantonrechter termen aanwezig om de proceskosten te compenseren aldus dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
DE BESLISSING:
In conventie:
Wijst de vordering van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] tot het treffen van een onmiddellijke voorziening bij voorraad af.
Compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
In reconventie:
Wijst de vordering van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] tot het treffen van een onmiddellijke voorziening bij voorraad toe en wel als volgt:
Veroordeelt [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] om binnen twee weken na betekening van dit vonnis de woning aan de [adres], te verlaten en onder afgifte der sleutels geheel vrij en ontruimd ter beschikking van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te stellen.
Bepaalt dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] de moeder en/of dochter van [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] toegang zal verlenen tot het gehuurde om de ontruiming te regelen en te effectueren.
Veroordeelt [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] om aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 4.050,00 gelijkstaande aan het bedrag van de achterstallige huur tot en met de maand oktober 2009.
Compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.J. Groen, kantonrechter en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van F.C.H. Lassauw als griffier.