ECLI:NL:RBMAA:2009:BK1285

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
14 oktober 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
347918 CV EXPL 09-3702
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.J. Groen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verantwoordelijkheid van de debiteur bij verhuizing en niet ontvangen facturen

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Maastricht op 14 oktober 2009, vorderde de besloten vennootschap InVesting B.V., rechtsopvolger van KPN BV, betaling van een bedrag van € 186,79 van de gedaagde partij, die in persoon procedeerde. De vordering was gebaseerd op een tekortkoming in de nakoming van een overeenkomst voor mobiele telecomdiensten. De eiseres stelde dat de gedaagde nalatig was in de betaling van de verschuldigde bedragen, ondanks herhaalde verzoeken en sommatie. De gedaagde betwistte de vordering en voerde aan dat hij door meerdere verhuizingen geen post had ontvangen, waardoor hij niet kon controleren of de vordering correct was.

De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde niet voldoende had onderbouwd dat hij de adreswijzigingen tijdig had doorgegeven. De rechter stelde vast dat wanneer een debiteur verhuist en niet kan aantonen dat hij de crediteur op de hoogte heeft gesteld van zijn nieuwe adres, het voor zijn rekening komt als hij geen facturen of incassopost ontvangt. De kantonrechter concludeerde dat de gedaagde niet had aangetoond dat de vordering onterecht was en dat de eiseres recht had op betaling van het gevorderde bedrag.

De rechter veroordeelde de gedaagde tot betaling van € 186,79, vermeerderd met wettelijke rente, en wees de gedaagde ook in de proceskosten. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheid van debiteuren om ervoor te zorgen dat zij bereikbaar zijn voor hun crediteuren, vooral bij verhuizingen.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
locatie Sittard-Geleen
vonnis d.d. 14 oktober 2009
zaak/rolnr.: 347918 / 09-3702
typ.:
coll.:
De kantonrechter van de locatie Sittard-Geleen heeft het navolgende vonnis gewezen
inzake
de besloten vennootschap InVesting B.V., rechtsopvolger van de besloten vennootschap KPN BV, statutair gevestigd te Hilversum, te dezer zake woonplaats kiezende te Hilversum aan de Bonairelaan 4,
eisende partij,
gemachtigde: Vesting Finance Incasso BV,
tegen
[gedaagde], wonende aan de [adres],
gedaagde partij,
procederende in persoon.
1. Het verloop van de procedure
partijen wisselden de volgende stukken:
- exploot van dagvaarding met producties, uitgebracht op 18 augustus 2009,
- mondeling antwoord met producties,
Daarna heeft de kantonrechter vonnis bepaald en de uitspraak daarvan bepaald op heden.
De inhoud van alle stukken geldt als hier ingelast.
2. De vordering en het verweer
2.1. Eiseres, hierna KPN, vordert veroordeling van gedaagde tot betaling van € 186,79, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding, over € 143,13 en veroordeling in de proceskosten. De vordering is gegrond op het door gedaagde tekortschieten in de nakoming van een over¬eenkomst krachtens welke eiseres aan gedaagde mobiele telecomdiensten in de vorm van een telefoonabonnement heeft verleend. Ondanks verzoek en sommatie blijft gedaagde nalatig in de nakoming van de uit deze overeenkomst voortvloeiende verbintenis tot betaling van voormelde bedrag. Door gedaagdes nalatigheid heeft eiseres werkzaamheden moeten laten verrichten ter incasso van haar vordering, waartoe zij een bedrag van € 37,-- van gedaagde vordert. Ter zake van vertragingsrente stelt eiseres dat gedaagde aan haar verschuldigd is de somma van € 6,66 vanaf de vervaldag van de facturen tot en met de dag der dagvaarding.
2.2. Gedaagde weerspreekt het gevorderde stellende dat hij diverse abonnementen bij KPN heeft gehad waarover steeds onduidelijkheid is geweest. Gedaagde kan niet controleren of de vordering correct is. Gedaagde is de afgelopen jaren meerdere keren verhuisd. De rekeningen en brieven kwamen niet aan waardoor er verwarring is ontstaan over wat wel en niet betaald was. Gedaagde bestrijdt brieven van welke incassobureau dan ook gehad te hebben. Gedaagde stelt de nieuwe adressen wel doorgegeven te hebben. Omdat gedaagde geen post van incassobureaus heeft gehad, moeten de incassokosten in ieder geval worden afgewezen.
Naar de kantonrechter begrijpt concludeert gedaagde tot afwijzing van het gevorderde.
3. De beoordeling
3.1. de vaststaande feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, gaat de kantonrechter uit van de navolgende vaststaande feiten.
Tussen eiseres en gedaagde is een overeenkomst tot stand gekomen krachtens welke eiseres aan gedaagde mobiele telefoondiensten leverde.
3.2. het oordeel
Het verweer is niet door middel van bescheiden onderbouwd, zodat de kantonrechter niet kan nagaan of de stellingen van gedaagde op waarheid berusten. Gedaagde is onduidelijk over de abonnementen bij KNP en stelt meer keren verhuisd te zijn. Onder die omstandigheden is het goed voorstelbaar dat de facturen van KPN niet bij gedaagde aankwamen, evenals incassopost. Gedaagde stelt wel de adreswijziging te hebben doorgegeven, maar onderbouwt dit niet door middel van bijvoorbeeld de afschriften van de correspondentie daarover. Wanneer de debiteur (meermaals) verhuist en niet aanstonds aannemelijk maakt dat van de verhuizing deugdelijk berichtgevingen aan de crediteuren is gezonden, dient dit voor rekening van de debiteur te blijven dat hem of haar facturen en incassopost niet bereiken.
De kantonrechter oordeelt dat het gevorderde als zijnde niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken in de gestelde omvang kan worden toegewezen.
Gedaagde dient als de in het ongelijk gestelde partij worden verwezen in de proceskosten aan de zijde van eiseres.
Wat partijen overigens nog hebben aangevoerd leidt niet tot een andere beslissing.
4. De beslissing
de kantonrechter:
4.1. veroordeelt gedaagde om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiseres te betalen de somma van € 186,79 (zegge: eenhonderdzesentachtig 79/100 euro), vermeerderd de wettelijke rente over € 143,13 vanaf 18 augustus 2009, de dag der dag¬vaar¬ding, tot aan de dag der alge¬hele vol¬doe¬ning;
4.2. veroordeelt gedaagde in de kosten van deze procedure aan de zijde van eiseres gerezen en tot op de datum van dit vonnis begroot op € 199,25, waaronder € 30,--gemachtigdensalaris;
4.3. verklaart dit vonnis voorzover de wet dat toelaat uitvoerbaar bij voor¬raad;
Aldus gewezen door mr. J.J. Groen, kantonrechter en uitgesproken ter openbare civiele terechtzitting, in tegenwoordigheid van de griffier.