ECLI:NL:RBMAA:2010:BM2394

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
8 april 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
366622 EJ VERZ 10-166
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.J. Groen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst op grond van geschil over loonbetalingen

In deze zaak heeft de verzoekende partij, Euro Media Team B.V., een ontbindingsverzoek ingediend bij de kantonrechter, nadat de verwerende partij een loonvorderingsprocedure had gestart wegens achterstallig salaris, vakantiegeld en ziekengeld. De verzoekende partij stelde dat de verwerende partij haar gelijk probeerde te halen via de rechter, wat volgens hen geen gewichtige reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst vormde. De kantonrechter heeft op 8 april 2010 de mondelinge behandeling gehouden, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. De verzoekende partij heeft aangevoerd dat de verwerende partij naar behoren functioneert, maar dat de situatie onhoudbaar was door het geschil. De kantonrechter oordeelde dat de aangevoerde reden voor ontbinding niet voldoende was om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. De kantonrechter heeft het verzoek tot ontbinding afgewezen en de verzoekende partij veroordeeld in de proceskosten van de verwerende partij, die op €600,-- zijn begroot. De beslissing is genomen door kantonrechter J.J. Groen en openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Sittard-Geleen
Datum beschikking : 8 april 2010
Zaaknummer : 366622 EJ VERZ 10-166
De kantonrechter heeft de navolgende beschikking ex art. 7:685 BW gegeven
inzake
Euro Media Team B.V., gevestigd te 6161 DA Geleen, aan de Heiweg 14a,
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. J.H.M. Witteveen, werkzaam bij Geulconsult B.V. te Valkenburg aan de Geul;
en
[verwerend partij], wonende te [adres],
verwerende partij,
gemachtigde: mr. J.P. Geertsema, advocaat te Sittard;
1. het procesverloop
Gezien de stukken, waaronder speciaal het inleidend verzoekschrift met bijlagen d.d. 2 februari 2010, ingekomen ter griffie op 3 februari 2010, de bijlagen bij het verzoekschrift en de nadere toelichting, het verweerschrift met bijlagen d.d.19 februari 2010, het aantekeningenblad van de mondelinge behandeling d.d. 1 april 2010. De mondelinge behandeling was in eerste instantie gepland op 25 februari 2010 omdat verwerende partij niet in persoon verschenen was en de reden hiervan onbekend, is verzocht om aanhouding. De zaak is vervolgens voor mondelinge behandeling gepland op 22 maart 2010. Op 19 maart 2010 is door gemachtigde van verwerende partij verzocht om aanhouding om een viergesprek te hebben. De zaak is vervolgens voor mondelinge behandeling gepland op 1 april 2010. Ter mondelinge behandeling is namens verzoekende partij de heer [naam] verschenen, bijgestaan door bovengenoemde gemachtigde. Verwerende partij is in persoon verschenen bijgestaan door haar gemachtigde. Partijen hebben bij de mondelinge behandeling over en weer hun standpunten nader doen toelichten door bovengenoemde gemachtigden.
2. de beoordeling
De verzoekende partij verzoekt op de in het verzoekschrift gestelde gronden de arbeidsovereenkomst zo spoedig mogelijk te ontbinden.
Bij gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft de kantonrechter expliciet geïnformeerd naar de gewichtige reden voor het onderhavige verzoek. Verzoekende partij heeft gesteld dat deze gelegen is in het feit dat verwerende partij haar gelijk probeert te halen via de rechter. Hij heeft hier nog aan toegevoegd dat dit soort werknemers gemist kunnen worden als kiespijn. Desgevraagd stelt verzoekende partij dat verwerende partij naar behoren functioneert.
De verwerende partij stelt in het verweerschrift en bij de mondelinge behandeling ten verwere dat zij voordat zij ziek werd gemiddeld 28 uur per week werkte. Tussen partijen is een verschil van mening ontstaan over de betaling van achterstallig salaris, vakantiegeld en ziekengeld. Verwerende partij zag geen andere mogelijkheid dan de zaak voor te leggen aan de rechter nu verzoekende partij niet bereid was over te gaan tot correcte betaling. Verwerende partij voegt er nog aan toe dat zij nadat zij weer arbeidsgeschikt was verklaard weer 10 en half uur per week is gaan werken en zij naar behoren functioneert. Door het minder aantal gewerkte uren is haar salaris met ongeveer €500,-- per maand verminderd, voor verwerende partij des te meer reden dat er een correcte uitbetaling plaatsvindt.
De kantonrechter is op grond van het vorenstaande van oordeel dat de door verzoekende partij aangevoerde reden de laatste reden is die onderhavig verzoek zou kunnen dragen.
De kantonrechter oordeelt dat er in onderhavige zaak geen sprake is van zodanige verandering in de omstandigheden dat er sprake is van een gewichtige reden op grond waarvan der partijen arbeidsovereenkomst op korte termijn dient te eindigen door ontbinding daarvan.
De kantonrechter zal het verzoek afwijzen.
Gezien de uitkomst van het geding, acht de kantonrechter termen aanwezig om verzoekende partij in de kosten van deze procedure te veroordelen.
3. de beslissing
De kantonrechter beschikt als volgt:
wijst het verzoek af;
Veroordeelt de verzoekende partij in de kosten aan de zijde van de verwerende partij tot de datum van deze beschikking begroot op €600,-- gemachtigdensalaris.
Aldus gegeven door mr. J.J. Groen, kantonrechter, en in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken.